Mijn heer en lieste hartge

Tag: Franse Leger

Nog meer narigheid in Naarden

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 12 september 1673 Amsterdam
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 20 september 1673 Hamburg
Lees hier de originele brief

Margaretha hoort dagelijks van schermutselingen tussen de twee troepen rondom Naarden. Omdat ze zich grote zorgen maakt om haar zoon, heeft besloten nog twee dagen in Amsterdam te blijven. Samen met haar schoondochter logeert ze daar, zodat ze het nieuws over Naarden beter kunnen volgen. De drost is kort bij het leger geweest en heeft verteld dat haar zoon elk kwartier druk is en geen rust heeft, overdag niet en ’s nachts ook niet.

Nieuws uit Naarden

Het lijkt erop dat de Fransen wachten op versterking van buitenaf en er kunnen inderdaad troepen uit Overijssel of Zeist komen. In Naarden wordt er van binnenuit met musketten geschoten: een wanhopige poging tot verdediging. Maar het is zeker dat de vijand bijna al zijn troepen heeft samengebracht en het leger over de IJssel heeft gestuurd. Men zegt dat ze nu ongeveer 14.000 man sterk zijn.

Brieffragment over de schoten vanuit Naarden

die van binne schiete weijnich met kanon maer
heel seer met muskette hebbe haer vaendels op de
stats walle geset, het schijnt zij op ontset hoope,
tis seecker dat de vijant ontrent seijst al sijn
macht bij Een treckt sij hebbe haer voclk wt over=
ijssel en daer ontrent ontboode so veel se daer
konne misse, men seijt sij te seijst wel over de 14000
man sterck sijn, [donse hebbe Eergistere weer Een]

Gewonden, gevangen en doden

Twee dagen geleden was er een schermutseling. De troepen van Willem III bestonden uit ongeveer 200 man en hadden de overhand. Maar het noodlot sloeg toe, toen de vijand met ongeveer 2000 man een hinderlaag opzette. De Staatse troepen werden omsingeld, maar er werd dapper gevochten en velen konden ontsnappen. De majoor van het regiment is zwaar gewond geraakt, en er vielen ook doden. Aan beide kanten zijn mannen gevangen genomen.

Eerste brieffragment gewonden, gevangenen en doden
Tweede brieffragment gewonden, gevangenen en doden

[man sterck sijn,] donse hebbe Eergistere weer Een
reijnkontre1Rencontre: Min of meer toevallige ontmoeting tusschen twee vijandelijke strijdmachten ter zee of te land, ongeregeld gevecht, treffen. gehad wij waere maer over de twee
hondert die Een troep vande vijant ontmoete en

haer sloechge, doch sij hebbende noch ontrent 2000 man
in ambuskade2Embuscade: hinderlaag legge daerdonse niet op verdacht
waeren quame en omsingeldeese, daer donse haer
door sloechge en dapper vochte ent meest ontkoome
sijn troxses3Onbekend de Maijoor vant reesgement vande heer
van langeraeck4Frederik Hendrik van den Boetzelaar die donsevolck komandeerde is
swaerlijck gequetst de ritmeester heemskercke5Onbekend
doot en so gevangene als doode ontrent de sestich
gebleefve men seijt vande vijant niet min gebleef
sijn donse hebbe ongemeen wel gevochte maer
men geeft vrij wat schult aen ons offisiers dat
sij niet voorsichtiger geweest sijn van konschape6Kondschap: Kennis, inlichtingen
te neeme, [nu so komt schravemoor die hier bij bur]

Belegering en verovering van Naarden door de prins van Oranje, 12 september 1673. Op de voorgrond het transport van kanonnen. In het midden knielt de burgemeester van Naarden voor de prins die wordt omringd door zijn staf van officieren. In de verte het beleg en de bestorming van de stad.
Belegering en verovering van Naarden in 1673, Jan Luyken, 1680. Collectie Rijksmuseum.

Vijandelijke troepen opkomst

Maar dat was twee dagen geleden. Deze nacht hebben de troepen een deel van Naarden ingenomen, waar hevig gevochten is en opnieuw zijn veel mannen aan beide zijden gesneuveld. Er is bericht dat er nog veel meer vijandelijke troepen vanuit Utrecht richting Naarden gaan. Margaretha vreest voor het leger; een ontsnappingsroute lijkt bijna onmogelijk, dus zal er tot de dood gevochten moeten worden als Naarden zich niet overgeeft. Het zal veel inspanning vergen, en ze kan amper haar pen vasthouden van zorgen.

Zoetelende vrouw

Het goede nieuws is dat haar man heeft geschreven dat hij snel thuis zal zijn. Ze bidt tot God dat de reis spoedig en zonder problemen zal verlopen. Het zou goed zijn als hij eindelijk thuis is, want als zijn regiment zonder kolonel blijft, vreest ze dat het ten onder zal gaan. De ene officier heeft geen flauw idee waar hij mee bezig is en gebruikt geweld, de andere laat sjoemelt met geld en zijn vrouw zoetelt bij Nieuwersluis. Zoetelen is een mooi woord voor het drijven van een handeltje in proviand.

Brieffragment over de zoetelende vrouw

[=we en hoope,] wt uhEd vande 5 deeser sien ick deselfve
staet maeckt om nu in korte thuijs te sijn godt de
heere wil uhEd Een geluckige en spoediege reijse geefe
het sal wel goet sijn dat deselfve hier waert want
so sijn reesgement langer sonder kornel blijft
vreese ick dat het selfve heel te niete sal gaen want
weddel7Georg Ernst von Wedel so ick hoor slaet en smijt onder de offisiers
met onverstant en staet hier ock maer tamelijck
wel te hoof, kapteijn Miltenaer8Onbekend die teminck so
wel voor sijn gelt alst geene uhEd hem heeft gedaen
heeft doen maene en aenspreecke heeft hem niet
gegeegve seijt noch paesijensi te moete hebbe tot dat
hij weer gelt ontfanckt, sijn vrou soetelt9Zoetelen: Proviand, vaak ook toebereide eetwaar slijten inz. aan militairen te velde aende
nieuwer sluijs verkoopt bier en alderhande Eet
waere aende soldate, [lorijn de luijtenant vande heer]

Vrouw zit achter tafeltjes met kannetjes en ze spreekt drie mannen met hoeden, en zwaarden aan die voor haar tafeltje staan.
Fragment uit Drankverkopers, anoniem, naar Cornelis de Wael, 1613 – 1667. Collectie Rijksmuseum.

Het arme beest

En dan, het verdrietige nieuws dat nog eens bovenop alle ellende komt: het hondje Citroen is overleden. Het arme beest wilde vier dagen niet eten en was erg ziek. Ze had een zweer aan haar buik. Ook de kleinkinderen Frits en Tietje zijn erg bedroefd. Maar het is duidelijk dat het voor Margaretha zelf ook enorm zwaar valt. Ze heeft veel vriendschap voor het hondje gevoeld.

Naschrift over Citroentje

onse Arme sijtroen, naer datse
4 dage niet heeft wille Eeten
en heel sieck was issij aen Een
sweer in diessij onder aenden
buijck had gistere merge hier ge=
storfve, is van frits en tiege
beweent, mij jamert het
arme beest noch daer ick
so veel vrienschape van ge=
=hadt heb

Een jonge vrouw zit op een stoel en laat haar hand besnuffelen door een klein hondje dat tegen haar linkerknie opspringt. In de rechterhand houdt zij een stokje.
Jonge vrouw met een hondje, Eberhard Cornelis Rahms, naar Eglon van der Neer, 1861. Collectie Rijksmuseum.
  • 1
    Rencontre: Min of meer toevallige ontmoeting tusschen twee vijandelijke strijdmachten ter zee of te land, ongeregeld gevecht, treffen.
  • 2
    Embuscade: hinderlaag
  • 3
    Onbekend
  • 4
    Frederik Hendrik van den Boetzelaar
  • 5
    Onbekend
  • 6
    Kondschap: Kennis, inlichtingen
  • 7
    Georg Ernst von Wedel
  • 8
    Onbekend
  • 9
    Zoetelen: Proviand, vaak ook toebereide eetwaar slijten inz. aan militairen te velde

De herovering van Naarden

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 9 september 1673 Amsterdam
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 13 september 1673 Hamburg
Lees hier de originele brief

De brief van 9 september is verstuurd vanaf Amsterdam. Ontvanger Uyttenboogaard heeft namelijk tegen de drost gezegd dat hij de ordinantie niet kan betalen, en ook geen termijn kan geven, waarop Margaretha naar Amsterdam vertrokken. Ze wilde er wat druk achter te zetten. Ook is er zeer belangrijk nieuws uit Naarden… En Van Ginkel is erbij betrokken!

Geld en mannen

Het is heel fijn dat de troepen van Godard Adriaan inmiddels gearriveerd zijn, maar het maakt het dagelijks leven wel ingewikkeld. Margaretha had al moeite om de financiën van haar man en haar zoon bij te houden, nu komt dit regiment er ook nog bij. Het is de vraag wie al geld gehad heeft en waarvoor. Daarbij kunnen deze mannen ook weer uit verschillende potjes betaald worden. Gelukkig is er de oude vertrouwde Temminck waar Margaretha op kan rekenen, of dat bij alle officiers van de troepen ook zo is, vraagt ze zich serieus af.

Twee mannen, links de geldschieter met een vos met een vogel in de bek en rechts de burger met een hond.
De geldschieter en de burger, anoniem, 1700 – 1800. Collectie Rijksmuseum

Daarnaast is het de vraag welke troepen waar zijn en hoeveel man er nu echt zijn. Los van het feit dat er verschillende varianten zijn over de aantallen van de geleverde mannen, zijn goede manschappen ook bij andere regimenten zeer gewenst. Margaretha is er inmiddels achter dat meerdere mensen de mannen van Godard Adriaan claimen.

Margaretha schrijft alles minutieus op, hopelijk kan Godard Adriaan het nog volgen.

Brieffragment over troepen, betaling, demissie, bandelieren en een vaandel

[wat dichter bij] ock hebbenderseer veel siecke onder
die kompange geweest die meest al beetere, ick
heb bij provijsie tot betaeline van de 25 man 50f
aen gelt gesonde door den drost diet selfve aende
sergant jochem nicklaij1Onbekende sergeant heeft gegeefve en belast
alleen die 25 man daer meede te betaelle,
uhEd sal nu sijn demissie2Demissie: Verlof om uit de dienst te vertrekken om thuijs te koome hebe
ontfange, ick heb volgens uhEd schrijfve van Eerste
deeser noch 50 bandeliere3Bandelier: Een door musketiers dwars over den schouder gedragen riem, waaraan een zeker aantal houten of metalen kruidmaatjes waren vastgehecht; later werd aan den bandelier de patroontasch gedragen bestelt te maecke en
salt korlonels vaendel hier aent huijs vande
drost bestelle, [nu leijt sijn hoocheijt met het]

Een volwassen vrouw. Ze zit aan een tafel en telt geld uit een beurs.
Vrouw die geld telt, Jan Chalon, 1793. Collectie Rijksmuseum

Margaretha legerfinancier

In haar vorige brief vroeg Margaretha zich nog af of ze de troepen uit eigen zak moest betalen. Nu heeft ze de knoop doorgehakt. Ze heeft 50 gulden gereserveerd voor betaling van 25 man. De drost moet het geld aan een sergeant te gegeven, die ALLEEN deze 25 mannen daarmee mag betalen, en niets of niemand anders.

Maar dat is niet het enige dat Margaretha voor het leger doet. Ze laat op bestelling vijftig bandeliers maken en is nog van plan een kolonelsvaandel te laten maken.

Beschrijving staat in bijschrift
Bandelier of schelkoord (fragment) van groen zijden ripslint, met florale motieven geborduurd van zilverdraad en vloszijde, aan uiteinde ornament met afhangende slingers, rondom afgezet met lusjesfranje van metaaldraad, anoniem, ca. 1700 – ca. 1750. Collectie Rijksmuseum

Willem III met het leger voor Naarden

Willem III ligt met het leger voor Naarden. De stad, die vorig jaar juni door de Fransen is ingenomen, is op dinsdag 5 september omsingeld. In de eerste dagen van september zijn troepen met uitleggers naar Naarden gebracht. Margaretha schrijft niets over uitleggers, maar ze wist op 1 september al wel te melden dat er iets groots op handen leek te zijn. Willem III heeft de stad opgeëist, maar de Fransen geven zich nog niet zo gemakkelijk over. Tot nu toe zijn de Staatse troepen nog bezig geweest met het op orde stellen van het geschut, maar Margaretha gelooft dat de beschietingen van de vesting vandaag van start zullen gaan.

Brieffragment over Willem III voor Naarden

[drost bestelle,] nu leijt sijn hoocheijt met het
leeger voor naerde dat de heer van ginckel
voorleeden dijnsdach heeft berentBerennen: Het insluiten van een plaats, zodat die plaats belegerd kan worden sij begrae
fven haer daer voor sijn hoocheijt heeft de stat
doen op Eijschen dan hebbe geantwoort hetsel
=fve te wille defendeere, tot noch toe sijnse beesich
geweest met de baterijeBatterij: Een verzameling geschut te stelle so datter noch
niet op is gekanoneert maer gelooft me dat
vandaech begine sal, [de heer van ginckel]

Op de achtergrond Naarden. Op en om de wallen de rook van kanonnen. Helemaal op de voorgrond wat verschanste soldaten met kanonnen die naar de stad schieten. de baan van de kogel staat met een streepjeslijn aangegeven. Tussen de verschanste soldaten een zigzag loopgraaf naar de stad vol met soldaten.
Belegering en verovering van Naarden (detail van de beschietingen), 1673, Jacobus Harrewijn, 1684. Collectie Rijksmuseum.

Van Ginkel op de linkerflank

Margaretha heeft begrepen dat haar zoon het commando voert op de linkerflank. Hij heeft het zo druk; hij heeft nog geen dag rust gehad! Hij heeft laatst 40 uur achter mekaar op zijn paard gezeten en is oververmoeid. Ze hoop dat de Heer hem sterkt en gezondheid geeft en hem zal bijstaan.

Levensgrote cartoon van een charmante jonge man in een blauw harnas met lang, golvend rossig haar en een witte sjaal om. Hij staat met zijn linkerbeen ergens op en zijn linkerhand rust op zijn been, zijn rechter hand rust op een zwaard.
Godard van Reede van Ginkel in het Vestingmuseum Naarden.

Brieffragment over Van Ginkel op de linker flank

[vandaech begine sal,] de heer van ginckel
komandeert so mij geseijt wort de lincker vleu
=gelt vant leeger en heeft so veel te doen dat
hij nacht noch dach rust heeft heeft 40 Eure
te paert geseete, hoope de heer almachtich hem
sterckte en gesontheijt sal geefve om deese
swaere fatijgees4Fatigeren: Vermoeien te konne wtstaen voor waer
het komter op aen, [den vijant seijt me dat noch]

Plattegrond van Naarden omsingeld door de troepen van Willem III. Rechts een regiment dat omcirkeld is.
Belegering en verovering van Naarden door de prins van Oranje (detail, met door de auteur groen omcirkeld Van Ginkel met zijn troepen), 1673, Romeyn de Hooghe, 1673. Collectie Rijksmuseum

Fransen, Spanjaarden en broodbakkers

Hoewel het erop lijkt dat het Staatse leger bij Naarden een klinkende overwinning zal behalen, is er nog geen eindoverwinning in zicht. Het Franse leger is nog zeer goed vertegenwoordigd in de bezette provincies en lijkt met geweld een troepenmacht te verzamelen. Men vreest voor een aanval op het Staatse leger. En dan zijn er nog de Spanjaarden, notabene de bondgenoten van de Republiek, die de schaarse levensmiddelen innemen zodra de schepen aanmeren! Ze willen niet eens betalen. Naast gebrek aan overige levensmiddelen, is er gebrek aan brood. Daarom zijn alle bakkers nu gelast dag en nacht voor het leger te bakken.

Eerste brieffragment Fransen, Spanjaarden en broodbakkers
Tweede brieffragment Fransen, Spanjaarden en broodbakkers

[het komter op aen,] den vijant seijt me dat noch
wel inde 40000 man inde ge veroverde provinsie
sterck is en dat se haer volck met gewelt
bij Een trecke so dat men vreest sij noch Een

Efort op ons leeger sulle doen, de spaense maecke groote
dees ordere, alser scheepe met vijfvrees5Vivres: Levensmiddelen en andere
behoefticheede in ons leeger koome so haellen sijtter
wt en koopent sonder te wille betaelle, waerom
de toevoer so groot niet is alser wel noodich
waer, en se somtijt broot gebreck hebbe nu is hier
aen al de backers gelast nacht en dach voort
leeger te backe en worter gesonde, [ick Maestri]

*Onderste boven aan de bovenkant van de pagina:
tis hier dach en nacht sulck quade natten reegenige
weer dat ick vrees ons leeger grootelijcks moet inko
modeere

Links staat een bakker deeg te kneden voor het raam, een weegschaal boven zijn werkbank. Achter hem een man die takkenbossen verzameld voor de over waar de vlammen uit slaan, daarachter staat een vrouw met een mandje. Daaronder de tekst: O schepper van het lieve brood, tot voetsel van het tijd'lick leeven, hoe heeft uw mildheidt ons genood, om ons uselfs tot brood te geeven, o brood dat uit den heemel viel, versaadigd ghij dan onse ziel
Bakker, Jan Luyken, 1694. Collectie Rijksmuseum.

Troepen in Amerongen

Maastricht is in elf dagen door de Fransen op de Republiek veroverd, hoe lang zal het nu duren voordat het Staatse leger Naarden op de Fransen verovert? Hopelijk staat de Heer ons bij. Margaretha zegt het niet met zoveel woorden, maar ze hoopt dat het allemaal snel voorbij is. In Amerongen zijn namelijk ook troepen gesignaleerd, en het schijnt dat er beesten gevorderd worden. En er was al niet veel meer over in het dorp…

Brieffragment over Maastricht en Amerongen

[leeger te backe en worter gesonde,] ick Maestri
hebbe de franse van ons in Elf dage gekreechge
hoet ons hier voor naerde gaen sal moete wij
sien de heer wel ons bij staen en sijne seegen
geefve, de partije loope tot Ameronge toe daer al
beeste vandaen hebbe gehaelt, so dat nu weer
op nieu alles bedurfve wort watter noch over
is gebleefve, [het doet mij leet dat het ter plaet]

Op het moment dat ze haar handtekening onder de brief van 9 september zet, heeft Margaretha maar liefst zes kantjes volgeschreven. Maar ze heeft nog meer te melden, want ze voegt nog een los briefje toe. Bij Wijk bij Duurstede schijnt de vijand een brug te hebben geslagen. Zouden ze zich in de Betuwe zich willen terugtrekken? Ze hebben in ieder geval flink in de omgeving geplunderd. In Amerongen wonen nog maar drie inwoners: Teunis Huijbertse, de secretaris en ene Jan Evertse. Wat een ellendige oorlog is dit toch…

Briefje over de ellendige oorlog

te wijck te duerstede heeft den vijant Een
bruch geslage somige meene dat is om
alstder op aen sou koome om haer reetreete
inde beetuwe te neeme, voor hebbense alle
bruchge afgebroocke, en de meeste dorpe
weer wt geplundert, te Ameronge sijn
maer drije mans int heelle dorp dat
is tunis huijbertse en de seekreetaris en Eenen
ijan Evertse, och wat Elendiger
oorlooch is dit, de heer almachtich wil
ons alle bij staen, men seijt deese nacht
met het ineeme vande konterscherp6Conterscherp: De buitenboord van eene vestinggracht daer
700 man in was en al omgekoome sijn
van donse wel bij de 1200 soude gebleefve
sijn

Zicht op Wijk bij Duurstede over de Lek. Op de voorgrond de rivier, in het midden de kerk met de stompe toren, links het nog volledig staande kasteel Duurstede, rechts het stadje met twee molens en een kade.
Gezicht op Wijk bij Duurstede, Adam Frans van der Meulen, 1672. Collectie Mobilier National Frankrijk
  • 1
    Onbekende sergeant
  • 2
    Demissie: Verlof om uit de dienst te vertrekken
  • 3
    Bandelier: Een door musketiers dwars over den schouder gedragen riem, waaraan een zeker aantal houten of metalen kruidmaatjes waren vastgehecht; later werd aan den bandelier de patroontasch gedragen
  • 4
    Fatigeren: Vermoeien
  • 5
    Vivres: Levensmiddelen
  • 6
    Conterscherp: De buitenboord van eene vestinggracht

Verslag

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 12 juni 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 16 juni 1673 Hamburg
Lees hier de originele brief

Margaretha valt maar gelijk met de deur in huis. Sinds de vorige brief is er niks gebeurd. Er is alleen een brief van Michiel de Ruyter gepubliceerd, waarin hij eigenlijk hetzelfde zegt als wat Van Heteren vorige keer in zijn brief al zei. Toch vindt ze het nodig om alles nog even te herhalen en het klinkt bijna alsof ze aan het begin van de vergadering het afsprakenlijstje doorneemt.

De Eerste Slag bij het Schooneveld

  • Cornelis Tromp is op zijn vierde schip over gegaan
  • Onze vloot is twee maal door de vijands vloot geslagen
  • De vijand trok terug en bleef op twee uur liggen, maar wel in het zicht van de onzen
  • Die wilden gelijk door
  • Onze vloot was moedig
  • Er zijn wat lieden die het niet overleefd hebben, waaronder de twee vice-admiraals Schram en Vlug
Portret van een man naar rechts gewend, hij heeft haar tot op zijn schouders met een pony, een dunne snor en flinke wallen onder zijn ogen. Hij draagt een lange jas over zijn forse buik. Onderaan staan de knoopjes open. Over de jas draagt hij een witte, vierkante kraag en een riem waaraan een zwaard hangt. Hij staat op een schip naast een kanon. Op de achtergrond de zee met een heleboel schepen.
Portret van Volkert Schram, Vice-admiraal van Holland en West-Friesland, Jan Veenhuysen, 1656 – 1686. Collectie Rijksmuseum
Portret van een man naar links gedraaid, hij heeft het haar op zijn schouders en een brede snor. Hij draagt een lange jas over een flinke buik, de onderste knoopjes staan open. Om zijn hals heeft hij een sjaaltje geknoopt, over de jas hangt een medaille en een brede riem waaraan een zwaard hangt. Hij staat voor een doek met daarop Engeland en de Oceaan. Hij staat naast een kanon en een anker en pedestal waarop zijn doopceel staat. Naast het pedestal twee dolfijnen.
Portret van David Vlugh, Schout bij Narcht van Holland en West-Friesland, onbekend. Collectie Skoklosters Slott, Skokloster, Zweden
  • Van de vijand zijn er meer omgekomen
  • De branders hebben nauwelijks iets gedaan
  • Het gevecht was afgelopen woensdag de zevende en het begon rond één uur
  • Het begon hevig en ging door tot ’s avonds negen uur

Een nieuwe brief van Tromp

Terwijl Margaretha aan het schrijven is, komen de berichten uit een brief van Tromp binnen. Ze weten nu dat de vijand twaalf grote schepen en een paar kleinere kwijt is geraakt. Vast staat dat de onzen absoluut gewonnen hebben. Bij Maassluis en andere zeehavens spoelt wrakhout aan waar de lelie1Frankrijk en de roos2Engeland op staat. Gisteren hebben ze weer horen schieten en drie schepen horen springen. Tot zover de verslagen van anderen, nu is Margaretha zelf aan de beurt. Zij begint natuurlijk met de Heer te vragen om ze bij te staan als er weer gevochten wordt en dat het eind maar net zo goed mag zijn als het begin.

Brieffragment over de brief van Tromp

[ten neegene,] nu so komter Een brief wt onse
vloot van tromp dewelcke seijt nu Eerst te
weeten wat schade den vijant heeft gehadt
datter wel 12 van vijants kapijtaelle groote
scheepe behalfve Eenige kleijne vaertuijch so ge=
soncke als gespronge sijn en dat d onse tot dier
tijt toe apseluijt de vicktoorije hebbe behoude, te
maeslant sluijs en op andere seehavens komt
meenichte van hout als stucke van scheepe aen
drijfve daer so geseijt wort de leelije en de roos op
staet, gistere hebbense weer seer hoore schieten
en so sij meene perfeckt drij scheepen hoore springe
de heer almachtich wisse3wil ze weederom bij staen so
se weer aen malkandere sijn en geefve dat het
Eijnde so goet alst begin geweest is mach sijn,

Een vrij vage tekening van een veldslag op zee met vooral heel veel boten tot aan de horizon. Op sommige plekken zie rook en rechts voor staat een sloep in brand.
De Eerste Slag bij het Schooneveld, 28 mei 1673, Willem van de Velde, 1684. Collectie National Maritime Museum, Greenwich, London, Caird Collection

Jantje huilt, Jantje lacht

De droeverigheid lijkt weg te zijn, iedereen is vrolijk: eerst zijn de Fransen tegen gehouden bij Nieuwersluis en nu hebben de Engelsen klop gekregen. Margaretha sloot haar vorige brief af met de melding dat Maastricht berend (belegerd) was, hier zegt ze daar niks over, alleen dat de Franse koning uit Brabant trekt en men vermoedt dat hij richting Maastricht gaat. Daar liggen voldoende troepen die goed zijn uitgerust, dus hij wordt opgewacht!

Eerste brieffragment over de vreugde
Tweede brieffragment over de vreugde

hier is sulcke vreuchde onder de gemeente4Gemeente: Bij overdracht. Het geheel der personen die met elkander eene gemeenschap vormen, waarbij niet aan gemeenschappelijk bezit, maar aan gemeenschappelijke rechten en verplichtingen gedacht wordt. dat
niet te spreecke is, so goet is die groote godt dat
hij ons tot hier toe so genadelijck heeft bij gestaen
so wel te water als te lande, die wercke die de
onse aende nieuwersluijs hebbe gemaeckt doen
alreets sulcke operaesie dat die aen die post
legge verscheijde vijande atackeere telckens
met groot suckses en verlies vant vijantsvolcke
men begint hier heel goede moet te krijge en
seijt me dat den koninck met sijn volck wt brabant
hoochger op treckt men meent het op Maestricht

gemunt is daer sij so wel van volck en alderhande
noottrufticheede5Nooddruftigheid: Wat nodig is tot levensonderhoud versien sijn dat sij hem getroost
sijn te verwacht, [men meent dat me vandaech]

In een heuvelachtig landschap trekken paarden, pakezels, lopende mensen en honden van links naar rechts. Er zit geen orde in. op de voorgrond loopt een vrouw met haar kind op de rug. Rechts kijken twee mannen toe met een hond aan hun voeten. Daarachter staat een ruiter te praten met een man waarnaast een vrouw knielt bij een kind.
Het optrekkende leger, Hendrik Verschuring, 1678. Collectie Rijksmuseum.

Militaire zoon

In een paar zinnen wordt ook duidelijk hoe ingewikkeld het is om moeder van een militair te zijn. Er zijn schoten rond Schoonhoven gehoord en haar zoon is gelegerd in Gorinchem. Hij ligt dus daar ergens op een post. Tegelijkertijd is er ook reden tot tevredenheid: ene van Benthem heeft Van Ginkel een compliment gebracht van Willem III zelf! Het zou fijn zijn als dat in de toekomst nog wat effect zou hebben.

Een console met de vrouwelijke personificatie van Lof. Ze heeft een rozenkrans in het haar. In haar rechterhand een trompet waaruit licht komt. Met haar andere hand wijst ze. De prent maakt deel uit van een album.
Personificatie van Lof, Robert van Audenaerd, 1673 – 1743. Collectie Rijksmuseum

Werving en kraam

In de afsluiting van de brief reageert ze op wat Godard Adriaan kennelijk geschreven heeft over de moeilijkheden die hij ondervindt bij het werven van troepen. Ze begrijpt hem en het moet ook maar eens gedaan zijn, maar ze begrijpt ook dat het nou eenmaal tijd kost. Het is inmiddels drie weken geleden dat schoondochter Philippota bevallen is. Het gaat goed met de kraamvrouw, ze hoopt morgen of overmorgen beneden te komen eten.

Uiteindelijk rest de dankbaarheid.

Brieffragment over dankbaarheid

[moet sijn tijt hebbe,] nu is de vrou van ginckel
drije weecken out inde kraem en heel wel hoopt
merge of overmerge beneede te koome Eeten
wij konne godt niet genoech dancke voor alle
sijne genade, inwiensheijlige bescherminge
uhEd beveelle blijfve

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
M Turnor

  • 1
    Frankrijk
  • 2
    Engeland
  • 3
    wil ze
  • 4
    Gemeente: Bij overdracht. Het geheel der personen die met elkander eene gemeenschap vormen, waarbij niet aan gemeenschappelijk bezit, maar aan gemeenschappelijke rechten en verplichtingen gedacht wordt.
  • 5
    Nooddruftigheid: Wat nodig is tot levensonderhoud

Meer over laatste dagen van 1672

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 9 januari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 21 januari 1673
Lees hier de originele brief

Eindelijk is er weer een brief van Godard Adriaan bezorgd. De brief is persoonlijk aan Margaretha overhandigd door kolonel Johan Thibault Webbenom. Volgens de kolonel en de inhoud van de brief maakt Godard Adriaan het goed. Toch maakt Margaretha zich zorgen. De brief van haar lieve man is alweer drie weken oud. Zou het nog steeds goed gaan? Margaretha heeft al haar brieven naar Bielefeld gestuurd. De vraag is of Godard Adriaan blij zal zijn met de inhoud van haar brieven…

De droefviege toestant van ons liefve vaderlant

In de brieven die Margaretha reeds richting Bielefeld verzonden heeft, rept ze over de toestand in de Republiek. Ze schrijft hierin onder andere over de tocht van de hertog van Luxembourg. De eerste week van januari is rustig verlopen, maar Margaretha weet ook dat de Franse dreiging nog lang niet voorbij is en dat het makkelijk weer mis kan gaan als het gaat vriezen… De hertog, heeft Margaretha vernomen, schijnt in het water te hebben gelegen en is ziek geworden. Ook was een aantal militairen verdronken.

Brieffragment over de droevige toestand van ons vaderland

en daer wt sien den droefviege toestant van
ons liefve vaderlant, wij sijn hier nu weer
wat in stilte hoe lange het duere sal weet die
groote godt met d Eerste vorst hebbe wij die
alarm weer te verwachte de heer almachtich
wil ons behoede, den hartooch van lutsenburch
seijt me dat int water geleegen heeft en te
wttrecht sieck leijt, tis seecker sijn volck
seer gedevaliseert1devaliseren: zich met geweld meester maken daer weer ingekoomen is
en datter Etelijcke verdroncken sijn[, had]

Gravure van een man in harnas die naar rechts gedraaid staat. Hij kijkt ons een beetje bedrukt aan. Op de achtergrond zijn de Franse troepen de Utrechtse bevolking aan het afslachten.
Portret van F.H. de Montmorency, geboren 1625, hertog van Luxemburg, gouverneur van Utrecht in 1672, overleden 1695. Anonieme prent uit 1674. Bron: Utrechts Archief

De tocht van Luxembourg

Maar als de Staatse generaal Moïse Pain et Vin zijn post niet verlaten had, hadden de Franse troepen zich niet terug kunnen trekken en waren er veel meer omgekomen. ‘Sij waren alle in Een sack’, aldus Margaretha, ‘daer souder niet Een afgekoome sijn’. Wederom een smet op het blazoen van het Staatse leger.

Eerste brieffragment over Pain et vin bij Nieuwebrug
Tweede brieffragment over Pain et vin bij Nieuwebrug

[en datter Etelijcke verdroncken sijn,] had
penevijn die post aende nieuwe bruch niet
verlaeten, sij waeren alle in Een sack daer
souder niet Een afgekoome sijn[, door den ster]

De herovering van Coevorden

Een schilderij van een man die een binnenpretje lijkt te hebben of stiekem een scheetje heeft gelaten in zijn harnas. Hij heeft lange bruine krullen, zijn wenkbrauwen lijken opgetrokken. Hij heeft een streepsnorretje en een kneveltje op zijn kin. Om zijn nek zit een wit sjaaltje geknoopt. Hij draagt een harnas. NB we zijn het niet helemaal eens over zijn gezichtsuitdrukking. Door andere redacteuren wordt genoemd: trots, zelfverzekerd, zelfingenomen, arrogant, verveeld en alsof hij spijt dat hij zijn snor heeft laten staan voor het portret....
Portret van Carl von Rabenhaupt uit 1670, anoniem. Collectie Rijksmuseum

Toch was er ook nog goed nieuws over de krijgsverrichtingen van de Republiek te melden: op 30 december 1672 wist de Boheemse legercommandant Carl von Rabenhaupt Coevorden te heroveren. Margaretha geeft een opsomming van wat er in de heroverde vesting is aangetroffen: 2000 gulden aan contanten, het zilveren servies van de bisschop en 140 stuks geschut. Kort na de overwinning komen er pamfletten uit waarop complete overzichten staan van wat er in Coevorden is buit gemaakt. De Republiek kan trots zijn op de Boheemse edelman: ‘die man doet al fraeije acksie’, vat Margaretha de mening van eenieder over ‘raefvenshooft’ samen.

Brieffragment over Coevorden

[vaeren,] het veroveren van koefverde dat
raefvenshooft bij antreeprijse heeft ingenoome
20000f, aen kontante het silver servies van
bischop en hondert en 40 stucke geschut daer
in gevonde en verovert, heeft hier blijschap
veroorsaeckt, die man doet al fraeije acksie

Op de voorgrond een ongeordende verzameling van soldaten te paard en te voet. Ze hebben ladders, vaandels, speren en zwaarden bij zich. In verschillende colonnes trekken ze naar de vesting op de achtergrond. Rondom de vesting zie je op verschillende plekken rookwolken.
De bestorming van Coevorden, 30 december 1672, Pieter Wouwerman, 1672 – 1682. Collectie Rijksmuseum

De situatie van Van Ginkel

De ruiterij is in de steden gelegerd; het regiment van Van Ginkel bevind zich te Gorinchem. Eén van de knechten van Margaretha’s zoon is heel ziek. Gelukkig is zoonlief zelf weer aan de beterende hand. Margaretha hoopt hem snel weer te zien. In haar brief van 2 januari 1673 schreef ze dat Van Ginkel een aderlating heeft ondergaan. Nu schrijft ze dat hij in 48 uur maar liefst vier keer is adergelaten. Zoonlief had laten weten dat zijn ziekte te wijten was aan het feit dat hij in ijskoud weer 20 uur lang in het zadel heeft gezeten.

Brieffragment over Van Ginkel

ick verlange he mijn soon te sien hij is in tijt
van tweemael 24 Eure 4 mael gelaete
had op deene sijde Een speesie van beroerte
doch nu de heer sij gedanckt weerover en wel
volgens sijn leste schrijfve, deese sieckte is door
de groote koude die hij so geseijt wort 20 Euren
aen Een te paert sittende in dat felle weer
veroorsaeckt, sij hebbe Een seer swaere mars ge
hadt[, nu seijt me dat mompelijan het luijtenant]

Een kabinet met specerijen

Klaarblijkelijk heeft Godard Adriaan de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) een dienst bewezen. Margaretha sluit haar brief af met de mededeling dat ze als bedankje hiervoor een kabinet met specerijen heeft ontvangen. Ze heeft het kabinet nog niet geopend, maar aangezien de specerijen tegenwoordig heel duur zijn, komt het onverwachte geschenk zeker van pas.

Brieffragment over de specerijen

so sende de heer vande oostindishe kompangi aen mij en doen
Een komplement maecke over Eenige dienste die sij segge uhE
haer gedaen heeft, waer voor sij uhEd opt hoochste bedancke
en sende mij tot Een teeken daer van Een kabijnet met
Eenige speeserije dat ick noch niet geopent heb, maer wel
te pas sal koome de wijlle de speeserije hier heel dier sijn
nu sal ick dees Eijndige en blijfve

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
MTurnor

We zien een tropisch landschap met verschillende palmen en bomen. Op de voorgrond links, naast een ananasplant, geeft een Hollander aanwijzingen aan enkele lokale inwoners van het land. De lokale inwoners dragen slechts een lendendoek. Ze hebben zakken met stokken of pijlen. Rechts zit een man op een kameel, daarvoor loopt een ezeltje met een zware last. Met een legenda in het Frans en het Nederlands. We zien onder andere een kaneelboom, een peperboom, een kruidnagelboom met bloemen, nootmuscaatboom, een wonder kruid boom en vijgebomen.
Bomen en specerijen. De prent is afkomstig uit een album met voorstellingen van planten, dieren en volkeren van West- en Oost-Indië. 1682-1733, Romeyn de Hooghe. Collectie Rijksmuseum
  • 1
    devaliseren: zich met geweld meester maken

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén