Oh nee! Godard Adriaan heeft tóch een extra opdracht gekregen! Nu duurt het dus nog langer voor hij thuis is. Margaretha lijkt het gelaten op te nemen. Haar zorgen zitten tijdelijk elders: Neef Welland raakt steeds dieper in de financiële problemen. Zijn schuldeisers hebben nog steeds geen cent terug gezien van wat ze hem hebben geleend. Hij betaalt niet eens rente. Erger nog, ze kunnen geen contact met hem krijgen. De heer Breijerius trekt zijn handen van hem af. Hij wil nog wel met Godard Adriaan zaken doen, maar niet meer met Welland. Omdat de Van Reedes blijkbaar garant stonden, komt Wellands schuld nu voor hun rekening. Het zelfde geldt voor een schuld aan predikant van den Hengel.
[Rec:. 31 dito] Ameronge den 26 meij 1677 Mijn heer en lieste hartge
heeden ontfange ick uhEd aengenaeme vande 22 deese waer wt sien deselfve al weer nieuwe ordere heeft bekoomen, dat ick vreese noch lange sal dueren, wat belanckt de saecke vande heer van wellantGoderd Willem van Tuyll van Serooskerken sij hebben haer kapitaelle al verscheijde reijseReis: berisping, aanmaning van hem op geEijst maer konnen noch renthe noch kapitael van hem krijgen en hem qualijck te spreecke koomen, daer om breijeeriusonbekend, waarschijnlijk een financiële zaakwaarnemer en/of schuldeiser van zowel Godard Adriaan als Welland seijt met uhEd heel wel te doen wil hebbe, maer versoeckt met den heer van wellant geen doen meer te hebe , so dat, dat kapitael tot onsen laste staet gelijck ock dat vande preedikant vande hengeleDaniël van den Hengel doet
De bouw van de keldergewelven duurt wat lang. Ze zijn acht dagen bezig geweest met het vormen van de gewelven onder de gaanderij en de alkoofkamer. Maar het goede nieuws is dat het zesde schip met hardsteen geheel volgens plan in goede orde is binnengekomen. Bij het uitladen bleef de hele vracht heel. En dankzij het mooie weer draait de steenoven ook weer op volle toeren! Er wordt dagelijks “sterk gewerkt”.
[die deselfve sal beantwoorde,] de wulfsels vande kelders neemen wveel tijt se hebbe nu meer als achtdagen beesich geweest met de vormeelle tot de wulfsels vande gaelderij en de alkobij
kamerAlcove kamer, het seste schip met hartsteen hebbe wij hier ontfange en ontvracht alles volgens de vracht brief op gereede en onbeschadicht bekoomen,
[gevoert gekleet,] de steen oven heeft nu wel sijn weer en wort dagelijcks sterck gewerck
Doorsnede van gebouw met kamer en alkoof, Jean Lepautre (mogelijk), ca. 1628-1666. Collectie Rijksmuseum.
Poolse dragonders: fraai volk
Margaretha heeft niks van zoon Godard of zijn vrouw uit het leger vernomen. Er gaan nog steeds geruchten dat ze Maastricht willen belegeren. Ondertussen zijn afgelopen week 170 Poolse dragonders door Wijk bij Duurstede getrokken die in dienst van prins Willem zouden zijn. Volgens de verhalen is het fraai volk met prachtige nieuwe blauwe uniformen, geel gevoerd.
wt ons leeger hoor ick niet, heb sint het ver= treck van vrou van ginckel wt den haech niet van haer hoochEd of onse soon gehoort, de geruchte gaen dat men Maestrich soude wille beleegeren so dat aen gaet salt weer om meenich Eerlijck man te doen sijn , tot wijck te duersteede hebbe deese weeck 170 poolse draech onder 2 a 3 dage paseerende geleechgen die onder de garde van sijn hooch =heijt soude sijn alle so geseijt wort heel fraij volck met nieuwe blaeuwe rocke met geel gevoert gekleet [, de steen oven heeft nu wel]
Ruiterstandbeeld stadhouder Willem III, naar Toon Dupuis, origineel 1921. Collectie Kasteel Amerongen, Foto: Annemiek Barnouw.
De kinderen smullen van de pruimen
Margaretha is nog steeds in de wolken over de pruimenzending. Ook Frits en de andere kinderen vinden ze heel lekker en presenteren hun ootmoedige dienst aan grootpapa! P.S. Frederik van Reede is met zijn jonge vrouwtje op kasteel Renswoude.
ick bedancke uhEd noch seer voor gesondene pruij me die heel schoon en goet sijn, so doet ock frits met sijn broer en al sijn susters, die alle haere oot moedige dienst aende groote papa preesenteere en de pruijme wel meuge, waermeede blijfe
Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff M Turnor
de heer vande liereFrederik van Reede van Renswoude is met sijn huijs vroutgeClara Elisabeth van der Myle. Ze waren net een jaar getrouwd, hij ca. 46, zij 24 jaar oud op rhijnswou
Margaretha is in Utrecht geweest, waar ze de perikelen rondom de burgemeestersverkiezingen heeft kunnen aanschouwen. Alle ‘bekende lieden’ wantrouwen elkaar. Margaretha houdt alles nauwlettend in de gaten, en deelt de verworven informatie met haar heer en liefste hartje. Wat zijn ieders belangen? Wie doet met wie zaken? Godard Adraan moet het gevoel hebben dat hij eigenlijk helemaal niet weg is uit de Republiek.
[van den andere hebbe is niet wt te spreecke] ende sijalosije1Jaloezie van dat uhEd int huijs vande heer van sandenburch2Diederik Borre van Amerongen met Eenige heeft gesproocke buijten kenisse vand andere vriende, en dat dien Eene inden haech sou koome konense niet op Eenen, en sijn tegens de sollisitaesi vande luijte -nant kolonel als vijanden ingenoomen, hoet daer noch me gaen sal weet ick niet geloofve uhEd konfrater daer onder roeijt, de partij meende en segge sij hadde het kleijne maneken daer nu heel onder en so dat hij der noeijt weer op sou gekoome hebbe en waerent werck heel te boofven komt hijder nu weer op dat hij sijn oude nucken niet sal konne laeten en Erger sal sijn als voor dees in soma de sijalosij en murmeraesij3Murmeren: morren, mopperen is so groot dat te be droefve is wil hoopen alles noch Een goeden wtslach sal neeme
Margaretha heeft, zoals ze in haar vorige brief al aankondigde, in Utrecht met oud-burgemeester Johan van Nellesteyn gesproken. Ook sprak ze met domheer Everard Both van der Eem. Both van der Eem was de broer van vroedschapslid Pieter Both van der Eem. Maar goed, de hele situatie is ingewikkeld en Margaretha schrijft dat ze er niet verder over wil uitweiden omdat het zo’n lang verhaal is. Typisch Margaretha, volgt vervolgens tóch een lang verhaal. Jacob van Dinter, blijkt bereid te zijn alles aan Everard en Pieter Both over te laten. Mits zij er vrede mee hebben dat Jacob van der Dussen, de huidige burgemeester, er voor zorgt dat de broer van Jacob van Dinter, Johan van Dinter, afziet van zijn sollicitatie.
[Euren voor mijn vertreck noch seer disperaet] hoewel ick daechs te vooren de burgemeester Nellisteijn4Johan van Nellesteyn gesprocke hebende en daer Even te voorn den domheer bodt5Everard Both van der Eem niet ande dochte of alles sou wel sijn, alle die sirkomstansie6Circumstantie: omstandigheid sijn hier te lange te verhaelle, sal alleen segge dat bodt mij seijde dat van linteren7Jacob van Dinter alles aen hem bodt en sijn broeder differeerde als sij kontentement naeme dat hij te vreede was dat ock vander dusse8Jacob van der Dussen de burgemeester hem lintere en bodt gepreesenteert hadde van sijn broert de schouts9Johan van der Dussen, schout van Rhenen sollistaesie te disesteere10Desisteren: afzien van en haer wilde en koste versee ckeren vande nominaesije voor bodt [so sij sijn partij wil de]
Het klinkt allemaal ingewikkeld en dat is het ook. In ieder geval weten we dat zowel Jacob van Dinter als Jacob van der Dussen niet willen dat Johan van Nellesteyn weer burgemeester wordt. Godard Adriaan, en daarmee dus ook Margaretha, is wél voor de benoeming van Van Nellesteyn.
Verkiezingen in de 17e eeuw deden niet veel onder voor een hedendaagse verkiezingsstrijd…
Nadat Margaretha nog een heel essay heeft geschreven over de burgemeestersverkiezingen, stapt ze over op een nieuw onderwerp: de berg bij Rhenen, oftewel de Grebbeberg. Utrecht heeft het voornemen om de Grebbeberg te ‘bekramen’. Dit houdt in dat de berg door rieten matten tegen de golfslag van het water beschermd zal worden.
hier koomende verstaen ick dat men te wttrecht van sin is het bekramen11Bekramen: Het met strooien matten beschermen van bijvoorbeeld een dijk tegen golfslag van het water vanden berch bij rienen of de greb int b publijck aen te besteede en dat de schout van rhiene gesint is dat aen te neemen , nu verlanckt mij te weeten wat de heer van dijckevelt dies aengaende b op de uhEd schrijfvens heeft geantwoort, en of uhE hier Eits verders in wilt gedaen hebbe , [ de schade die]
Gezicht vanaf de Heimenberg bij Rhenen over de Rijn op de Betuwe met in het midden het dorp Lienden.Gezicht vanaf de Heimenberg bij Rhenen over de Rijn op de Betuwe met in het midden het dorp Lienden, anoniem, ca. 1690-1720. Collectie Het Utrechts Archief. Heimenberg is een ringwalburg op de Grebbeberg.
Schade en schande
Dan is er ook nog klein nieuws. Het heeft flink gewaaid maar Godzijdank is er heel weinig schade. Aaltje van Bemmel uit Amerongen is overleden. Aaltje had hoge schulden. Secretaris Kemp en predikant Keppel kibbelen over een aanzienlijk geldbedrag dat de kerk van haar tegoed zou hebben.
[hier Eits verders in wilt gedaen hebbe,] de schade die hier door de stercke wint is geschiet is heel weijnich de heere sij gedanckt, die ons so genadelijcke heeft bewaert de doot van Aeltge van bemel heb ick uhEd geschreefve waerdoor groote desensie tuschen onse gesupstituweerde seeckreetaris12Secretaris Kemp en de preedikant13Predikant Keppel is ontstaen, en dat over de twee hondert gul die de kerck van haer heeft te pree tendeere daer velpe borch voor staet die wel sufi tant genoech voor die peninge is maer ock lange ge
tracht heeft van die borchtocht ontslage te sijn [en nu]
Margaretha vindt het maar niets dat er zo gekrakeeld wordt. Komende zondag wordt het Heilig Avondmaal gevierd in de kerk, daar hoor je niet ruziemakend heen te gaan. En het gaat hier nog wel om de predikant en de schoolmeester!
[ontboode sijn waer niet wel gedaen,] men sal hier toe koomende sondach het nachtmael14Heilig Avondmaal in de protestantse kerk dat maar een paar keer per jaar plaats vond wt deelle tis niet wel dat men teegens die tijt so krackeelt15ruzie maakt insonderheijt voor preedikant en schoolmeester dan sij sijn beijde vrij wat kreegel16halsstarrig , en de schoolmeester meent hij nu heel den baes is [ ick sal verneeme wat vande jongen van Aeltgen van]
Een prinsje voor Fritsje
Kleine Frits en zijn zusje Antje zijn bij oma Margaretha op bezoek. Fristje drinkt elke dag op opa’s gezondheid en hoopt dat opa hem een prinsje zal brengen. Vermoedelijk bedoelt hij een pop.
Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff en dieners MTurnor
onse joncker van Ameronge met sijn suster Antge sijn weer hier bij mijn sij preesenteere beijde haeren kleijne ootmoedige dienst aen groote papa en frits drinckt alledaech grootpapaes gesontheijt en hoopt grootpapa hem haest een prinsge sal brenge
De bekende tienduizend gulden is weer waar Margaretha haar brief begint. Weer is er geen vooruitgang te melden. Waarom ze er dan toch over blijft schrijven? Om Godard Adriaan op de hoogte te houden natuurlijk en om te laten zien dat ze hard werkt om betaald te krijgen. Het moet voor Godard Adriaan wat geweest zijn: iedere brief van vrouwlief die hij kreeg begon met steeds hetzelfde slechte nieuws. Toch fluit Godard Adriaan Margaretha hier kennelijk niet over terug, zoals hij dat bij andere zaken waar Margaretha iets te uitgebreid over doorging wel deed. Schijnbaar is dit onderwerp van groot belang voor hem. Begrijpelijk wel, het is tenslotte zijn salaris.
Mijn heer en lieste hartge uhEd aengenaeme vande 7 deeser heb ick ontfange, de state van hollant sijn vergadert, den ontfa wt den boogaert1Ontvanger-generaal Johannes Uittenboogaard wort hier verwacht die de raet pensionaris2Raadspensionaris Gaspard Fagel belooft heeft te sulle spreecke weegens onse betaeline van de bekende tien duijsent gul, ick wacht daer op met het versoecke van weer Een ordinansi, vrees =sende dat als ick die weer versoecke sij noch difisielder sulle weesen om deese te behaelle maer so haest ick hoore wat hoop den ontfanger mij tot de betaeline van deese geeft sal ick weer Een versoecke, het gelt is niet te krijge uhEd sou niet geloofve hoe slecht het met de betaelline gaet, en hoe scherp se overde be= =taeline vande schattine maene, ick meende en wist niet beeter of had met de betaelin van de Eerste kapitaele leenin overt ijaer 1673 voldaen, en nu van weeck sendense mij wees Een deurwaerder om de tweede kapijtaele leenine overt selfve ijaer bine 24 Eeure
op peene van Een dubbelde som te moete betaele het welcke ick dan weer voorde tweede mael betaelt heb ter som van 200f, [int begin]
Salaris krijgt Godard Adriaan niet maar leningen moeten wel terugbetaalt worden. Zo was er van de week nog een deurwaarder langsgekomen die geld wilde. Had Margaretha hem niet afbetaald, was het bedrag als straf verdubbeld. Heel de Republiek is in geldnood en iedereen moet moeite doen om rond te komen. Zo ook de Staten-Generaal: de eerder aangekondigde honderdste penning moet in augustus weer betaald worden, net als de belasting op onroerende goederen.
Echter, niet iedereen heeft zin om dit te betalen wanneer de betalingen aan het leger zo slecht lopen en het geld daarnaast gestopt gaat worden in het versterken van steden die dan na tien of elf dagen toch wel in de handen van de vijand vallen. Het pessimisme zit er goed in bij de bevolking.
voor waer niet hoet gaen sal, so onwillich worden de liede alse hoore dat de betaelin so slecht voor de meeliesie gaet en dat de steede die so veel van fortifiseere koste en van alles so wel versien sijn so in 10 a 11 daege over in hande vande vijant gaen, men derft niet segge maer se roepe seer over de spaense, de heer almachtich weet alles, met de naeste post sal ick uhEd de meemoorije vande mij laest ontfan gene twee duijsent gul sende op dat deself kan sien wat ick daer van heb betaelt so ick hier geen gelt ontfan weet ick geen raet het wort tijt om alderhande provijsie
De geldnood heeft ook nog een ander nadelig gevolg: Margaretha kan niet op tijd voorraden voor de winter in slaan. Met name hout en turf zijn duur geworden. De constante regen is slecht voor de turf en heeft ook nadelige gevolgen voor het hooi. Margaretha vraagt zich af waar de ruiters nog hooi voor hun paarden vandaan zullen halen, wanneer er zo veel hooiland onder water staat en de regen de rest verpest. Het blijkt weer eens dat de Hollandse Waterlinie zowel een zegen als een vloek is.
[voorde winter te doen] turf en hout is seer dier ten doet niet als reegenen dach op dach dat niet goet opt hoeijhooi of turf is, soot so voort gaet weet ick niet waerse hoeij voor de ruijters sulle haelle, daer staet so veel hoeij lant onder water en dat drooch leijt wort vande reegen bedurfven, [sijn hoocheijt]
Het staatse leger trekt uit
Dat er hooi nodig is voor paarden mag blijken uit de rol die de ruiterij heeft gekregen van Stadhouder Willem III: ze zijn de Langstraat in gestuurd, een gebied tussen Breda en de Meierij van Den Bosch. Willem III is bezig met het formeren van een leger in het zuiden van Holland maar helaas is hij niet de enige die daarmee bezig is. Ook de Fransen zijn bezig met de voorbereidingen van snode plannen: menig takkenbos wordt naar de stad Woerden gesleept met een onduidelijk doel. In Utrecht zijn de Franse plannen een stuk duidelijker: daar willen ze simpelweg driehonderdduizend gulden van de inwoners hebben. Alsof het niets is…
[wort vande reegen bedurfven,] sijn hoocheijt doet vast Een leeger formeere so men seijt gaet onse ruijterij s naer de langestraet3De Langstraat is een gebied ten noorden van / tussen de Baronie van Breda en de Meierij van Den Bosch. Tegenwoordig valt dit onder Noord-Brabant maar destijds hoorde dit gebied bij Holland. derworde ock veel scheepe geprest4Pressen: Personen, of in dit geval schepen, tot den krijgsdienst dwingen., de heer almachtich wilt voorneeme seegenen, te woerde seijt me dat ock groote preepe raesie gemaeckt worde datter meenichte vande tackebosse gebrocht sijn die wel Eens so lan als ordinaerise5Ordinaris: Gewoon(lijk), ick vreese sij alweer wat voor sulle hebbe, tot de vreede seijt me dat gans geen apreehensie6Apprehensie: Bevatting / besef hebben van is. Kan ook beducht, bezorgd betekenen. De context is onduidelijk, de heer wil ons bij staen te wttrecht willense weer drijmael hondert duijsent gul vande inwoonders hebbe en dat voor kontrebuijsie over de maende van meij en ijuini lestleeden, [de heer van]
Kaart van “Hollandiae pars meridionalior vulgo Zuyd-Holland” (met aanduiding van De Langstraat: Baardwijk, Waalwijk, Besoijen, Sprang, Vrijhoeve, Capelle, Waspik), z.j. Auteur: Nic Visscher. Via Streekarchief Langstraat Heusden Altena. Links groen is de Baronie van Breda, het roze midden onder is het Land van Altena en het witte daartussen is de Langstraat.
Diplomatieke rivaliteiten
Er heerst geldnood, de oorlog woedt door en het leven is onzeker maar ondanks al deze narigheid neemt Margaretha toch nog even de tijd voor roddels over Godard Adriaans rivaal, ambassadeur Daniël Oem van Wijngaarden, heer van Werkendam. De rivaliteit – van Margaretha’s kant tenminste – is al een tijdje gaande: al in maart 1672 schreef Margaretha over hem in weinig positieve bewoording en met enige jaloezie. Werkendam mocht namelijk een koets, zijn vrouw en een stel dienaren meenemen op missie naar Denemarken. Destijds was Werkendam al ambassadeur extraordinair terwijl Godard Adriaan nog maar ambassadeur ordinaris was.
[van meij en ijuini lestleeden,] de heer van rhijnswou7Johan van Reede van Renswoude gistere bij mij sijnde seijde gehoort te hebbe dat den heer van werckendam8Daniël Oem van Wijngaarden vande koninck van deenmercke9Christiaan V was baron ge =maeckt en Een ordere had bekoomen dan geloofde niet het die vande oliphant was
Om de situatie nog wat spannender te maken: Werkendam heeft deze buitenlandse titel ontvangen zonder dat de machthebbers in de Republiek hier iets van wisten. Dat nemen ze Werkendam uiteraard kwalijk en Margaretha lijkt hier nogal van te genieten. Of er daadwerkelijk gevolgen zullen volgen is onwaarschijnlijk maar het is toch wel licht vernederend voor Werkendam. Het zijn de kleine pleziertjes in het leven die er toe doen…
en dat hij dit buijten kenisse van den staet soude aengenoome hebbe, het welcke sijn hEd meende seer qualijck soude genoome worde, hij staet hier noch niet wel datter geen goet toe sal doen, dan hij moet sijn doen verantwoorden,
Detail van de plafondschildering in de hal van Kasteel Amerongen.
Troepen in beweging
Het lijkt er wel op dat niet alleen de ruiterij van Willem III zich nabij Den Bosch bevindt: zoon Godard van Ginkel schrijft dat de Franse voorhoede al nabij Heeze en Leende is. Een oogje houden op Heeze en Leende is belangrijk aangezien daar Godard Adriaans nichtje en haar man dame en heer zijn. Veel schrijft Van Ginkel er blijkbaar niet over: de Franse troepen lijken zonder veel problemen te zijn gepasseerd. Wat er verder volgt is iets wat enkel God weet – en Margaretha in haar volgende brieven natuurlijk.
so komt Een brief vande heer van ginckel wt gorckom die schrijft daer advijse10Advies: Mondeling of schriftelijk geuit oordeel te sijn dat de franse weer afkoome en de voor troepees al hees en leen11De heerlijkheid Heeze en Leende noemt ze niet toevallig. Hier woonde de dochter van Godard Adriaans zus Catharina. Deze Anna Margaretha was getrouwd met Albert Snouckaer van Schauburg, heer van Heeze en Leende. Deze heerlijkheid was bovendien een protestantse enclave in katholiek Brabant. gepasseert waeren so dat me gelooft sij noch Eits sulle atenteere12Attenteren: ondernemen waert hem nu weer gelde sal vrees ick dat mij haest sulle hooren de heere wil ons bij staen en bewaeren, inwiens heijlige bescherminge w uhEd be= veelle, blijf Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff M Turnor
1
Ontvanger-generaal Johannes Uittenboogaard
2
Raadspensionaris Gaspard Fagel
3
De Langstraat is een gebied ten noorden van / tussen de Baronie van Breda en de Meierij van Den Bosch. Tegenwoordig valt dit onder Noord-Brabant maar destijds hoorde dit gebied bij Holland.
4
Pressen: Personen, of in dit geval schepen, tot den krijgsdienst dwingen.
5
Ordinaris: Gewoon(lijk)
6
Apprehensie: Bevatting / besef hebben van
7
Johan van Reede van Renswoude
8
Daniël Oem van Wijngaarden
9
Christiaan V
10
Advies: Mondeling of schriftelijk geuit oordeel
11
De heerlijkheid Heeze en Leende noemt ze niet toevallig. Hier woonde de dochter van Godard Adriaans zus Catharina. Deze Anna Margaretha was getrouwd met Albert Snouckaer van Schauburg, heer van Heeze en Leende. Deze heerlijkheid was bovendien een protestantse enclave in katholiek Brabant.