Mijn heer en lieste hartge

Tag: Schaking

Geschaakt

Van Ginkel noemde in de lange rij doden en gewonden bij Seneffe ‘Papekop: doot’. Papekop was Nicolaas van Vlooswijk, zoon van de Amsterdamse burgemeester Cornelis van Vlooswijk. Nicolaas werd door twee kogels doorboort en liet een vrouw en twee kinderen na. Margaretha kende vader Cornelis, want hij hielp haar wat op weg toen ze naar Amsterdam moest vluchten in het rampjaar.

Burgemeesterskinderen

Nicolaas was niet de enige die bij de Slag bij Seneffe sneuvelde, waarom krijgt hij dan hier een plekje? In de brieven van Margaretha aan haar man uit 1676 zal Nicolaas’ weduwe een rol spelen. Wat tot de meeste commotie zal leiden is hoe het huwelijk tussen Nicolaas en Eleonora tot stand gekomen is.

De liefde van Nicolaas van Vlooswijk en Eleonora Constantia van der Meyden is er één die waarschijnlijk zelfs nu nog chocoladeletters in de krant zou opleveren, of iets 21ste-eeuwser, goede clickbait:

Dochter van burgemeester van Rotterdam nieuwe liefde van zoon van burgemeester van amsterdam

Het grootste verschil met de 21ste eeuw is dat in de 17e eeuw liefde geen basis is voor een relatie. Laat staan voor een huwelijk. Als Nicolaas de hand van Eleonora vraagt bij haar vader, dan wordt hem dit geweigerd. Vader heeft Eleonora al beloofd aan een oudere, zeer rijke, heer. Om het zekere voor het onzekere te nemen, verbiedt vader Van der Meyden Nicolaas de toegang tot het huis in Rotterdam.

KuiperijDoor ongeoorloofde middelen trachten iets te verkrijgen

De geliefden laten het hier niet bij. Gelukkig maar, anders was dit verhaal overbodig. Via het personeel houden de twee contact met elkaar en ze smeden een plan. Dit plan maakt dit verhaal tot een van de meest spraakmakende schakingen van de 17e eeuw. Onder het huis van de vader van Eleonora zit een wijnkoper die zelf wijn in vaten kuipt.

Glasplaat in houten vatting. Panorama van zeven kuipers (tonnenmakers) die met verschillende stappen in het productieproces van tonnen bezig zijn. Van links naar rechts het zagen van de de duigen, het plaatsen van de duigen in de hoepels, het aanslaan van de hoepels, het branden van de ton, de complete ton en het maken van de deksel.
Kuipers aan het werk, anoniem, ca. 1700 – ca. 1800. Collectie Rijksmuseum.

De afspraak is dat Eleonora in de nacht naar beneden komt en dat er daar een ton staat waar ze in kruipt. De ingekuipte Eleonora wordt op een slede gelegd die klaar ligt. De slee met de maagd in de ton verlaat bij de Goudse Poort Rotterdam. Dan mag ze uit de kuip en vertrekken de geliefden met gezwinde spoed naar IJsselstein. Dit was een vrijplaats waar de lange arm van de wet geen toegang had. De ouders van Eleonora konden hier dus niet tegen beginnen. Nicolaas en Eleonora voeren dit plan in mei 1663 uit. In mei 1664 keert het stel terug naar Rotterdam en verzoent zich met de ouders van Eleonora. Ze trouwen hierna in Amsterdam.

Links een eenvoudige ophaalbrug over een gracht die leidt tot een poort met twee achtkantige torens met kantelen.
De Goudse poort Anno 1580 aan de Goudsesingel, uit het noorden, Gerrit van Smack, 1658-1662. Collectie Stadsarchief Rotterdam.

Puberzoons

Als dit allemaal gebeurt is Nicolaas 26 en Eleonora 18. Margaretha en Godard Adriaan zitten op dat moment thuis met twee puberjongens: Van Ginkel is negentien en pleegzoon Welland, net een jaar wees, is zestien. Je kunt je voorstellen dat in Huize Van Reede te Amerongen dit verhaal tevens gebruikt werd om de jonge jongens een lesje moraal te geven. Het jaar erna vond een nog spraakmakender schaking plaats. Beide schakingen waren snel bij een breed publiek bekend en er worden gedichten en toneelstukken over gemaakt. De schaking van Nicolaas van Vlooswijk en Eleonora van der Meyden lost zich op door een verzoening, maar andere schakingen konden tot intense rechtszaken leiden.

Schakingen

Meer weten over deze en andere schakingen? In 2017 is Rolf Hage op schakingen gepromoveerd en in het kader van zijn proefschrift heeft hij ook de databank schakingen opgezet: een heerlijke plek om te verdwalen in smeuïge verhalen.

Een gezelschap op een bordes, gekleed volgens de mode van 1680. Een man en vrouw zitten te schaken. Een bordurende vrouw kijkt toe. Beide vrouwen hebben een fontangekapsel. Onderschrift, midden onder in de marge, gegraveerd: ‘Brave Guerrier il faut se rendre / La Belle a trop d'Esprit ses yeux ont trop d'éclat; / E pour peu qu on ait le Coeur tendre / On est en deux facons bien tost échecs et mat.’
Le Jeu d’Echecs, Barent Velthuysen, ca. 1680. Collectie Rijksmuseum.

Afscheid

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 24 september 1671 Middachten
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 28 september 1671
Lees hier de originele brief
Dit is de eerste brief waar Godard Adriaan een ontvangstdatum op zet.

Margaretha heeft afscheid genomen van Godard Adriaan, hij is op weg voor zijn nieuwe missie naar Duitsland. Ze heeft hem naar Wesel gebracht en op de terugweg wordt ze door deze en gene aangesproken die wil dat ze nog even langs komt. In Rees logeert ze bij ene commisaris Lobbrecht1Waarschijnlijk Cornelis van Lobbrecht.

Zicht op Wesel, Links een grote kerk met daaromheen bebouwing. Buiten de wal staan ook nog wat huizen. Rechts een bastion met op de wal een molen.
Wesel vanuit het zuidwesten, Hendrik Feltman, ca. 1650. Collectie Museum Kurhaus Kleve.

Familieroddels

Margaretha zou graag door reizen, maar het weer is slecht. Dus zijn ze een dag langer in Rees gebleven en hebben daar neef Adolph van Oostrum bezocht. Naar onze begrippen zouden we Adolph geen neef noemen. Voor de liefhebber: zijn overgrootmoeder (Maria van Reede) was een dochter van de overgrootvader van Godard Adriaan (Goert van Reede van Saesfelt) van Godard Adriaan. Hij was ook een kleinzoon uit het eerste huwelijk van de derde vrouw (Catharina van Merveld) van Godard Adriaans grootvader (Frederik van Reede). In de culturele antropologie zou je zeggen dat deze ‘neef’ tot de clan behoorde.

Er hangt overigens nog een saillant verhaal aan de ouders van deze neef: zijn moeder, Catharina de Wael zou eigenlijk met de vader van Ursula Philippota (Reinier van Raesfelt) trouwen. Het huwelijk ging niet door, omdat Catharina op weg naar het huwelijk geschaakt werd door haar geliefde, Johan van Oostrum. Ursula Philippota is inmiddels de schoondochter van Margaretha.

Eerste brieffragment over vertraagde reis door het weer
Tweede brieffragment over vertraagde reis door het weer

ick meende sanderendaechs te ver=
= trecke maer derfde door de groote
tempeest en onweer ons niet op de reijs
begeefve, aeten dien Middach bij ons neef
van gerfverskop2Adolph van Oostrum , savonts brocht
tense haer spijs te saeme int huij van
lobrecht daer wij doen aeten, en gistere
avont hier gekoome sijn, mosten
bij Dieren om rijde om dat de pont
bruch voor doesburch doort onweer

teenemael is gaen drijfve, het was dien
dach Een noot weer daer ick vreese
men noch van sal hooren, en ben niet weijn
met uhEd bekomert geweest ver
lange seer te hoore hoe deselfve is over
gekoome, [wij quame al reedelijck sterck]

Op een landweg loopt een herder met drie koeien en zijn hond richting een boerderij. De bomen buigen onder de wind.
Landschap met naderend onweer, Jan Baptiste De Jonghe, 1800 – 1844. Collectie Rijksmuseum

De schipbrug

Bij Doesburg had Margaretha de ‘pontbrug’ bij Doesburg willen nemen om bij Kasteel Middachten te komen. Maar, schrijft Margaretha, de brug was gaan drijven door het onweer. Een oversteek per boot bij rivieren was gevaarlijk en bruggen waren er weinig. Bij een smalle rivier die veel in hoogte kon wisselen, werden schipbruggen aangelegd. Bij een schipbrug staan de pijlers van de brug op schepen en drijft de brug dus eigenlijk. Zulke schipbruggen vond je veel op de IJssel, bijvoorbeeld bij Arnhem en bij Deventer. Met zwaar weer kon een dergelijke brug natuurlijk makkelijk los slaan en wegdrijven.

Op de voorgrond een rivier. Links een dorp met huizen, een kerk en een molen. Over de rivier ligt een brug. Het deel het dichtst bij het dorp is een ophaalbrug. Meer naar rechts steunen de pijlers van de burg op bootjes. Aan de kant van het dorp zijn wat schepen aangelegd. Op de rechter oever een fisser en een wandelaar.
Gezicht op Doesburg, de schipbrug (ophaalbrug) over de IJssel, anoniem, 1700-1800. Collectie Gelders Archief.

De Hertog van Lotharingen

Tijdens het oponthoud in Rees is Margaretha ook nog een bekende tegen gekomen die bij de Hertog van Lotharingen (Karel IV) geweest was. Hij zei dat het een fraai heerschap was en dat Godard Adriaan hem wel zou mogen. Kennelijk zei deze persoon nog meer over de hertog, maar dat durfde ze haar pen niet toe te vertrouwen. Wie weet wie er mee leest. Karel IV had geen al te beste reputatie.

Brieffragment over de Hertog van Lotharingen

[gemoete sal sien,] te rees sprack
ick den heere frens die van keulle
quam daer hij den hartooch van
looterine had gesproocke die hij
seijt Een seer fraeij heer te sijn en
gelooft uhEd wel sal aenstaen,
voort derf ick de pen dit mael
niet meer vertrouwe niet weeten
=de of dees ter hande sal koome

  • 1
    Waarschijnlijk Cornelis van Lobbrecht
  • 2
    Adolph van Oostrum

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén