Mijn heer en lieste hartge

Auteur: Annemiek Barnouw Pagina 10 van 12

Bezet!

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 20 juni 1672 Amsterdam
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 6 juli 1672 Hamburg
Lees hier de originele brief

Na een week komen de eerste berichten door over hoe de Fransen te werk gaan. Het rumoer onder de bevolking blijft, maar gelukkig treedt Amsterdam hard op. Uit Amerongen heeft Margaretha gehoord dat de Prins van Condé op het kasteel geslapen heeft. Het enige dat ze er echt belangrijk aan lijkt te vinden is dat het kasteel niet beschadigd is.

Sauvegarde

De sauvegarde doet zijn intrede. Letterlijk is sauvegarde een bescherming van goederen of personen. Tegen betaling kan je een sauvegarde aanvragen. Haar zoon wil dit wel doen, maar is dat verstandig?

Brieffragment over de sauvegarde

[van kan ick niet weeten,] de heer van ginckel schrij
van verstaen te hebbe dat men wel safveguarde
mach versoecke het welcke hij dan voort huijs ent dorp
te Ameronge als ock voor Middachte wilde doen
dat sal al veel koste maer wat raet tis noch
beeter wat koste als dat seet huijs soude afbrande

Utrecht

Ook uit de stad Utrecht is er nieuws. De Staten van Utrecht hebben twee heren naar Lodewijk XIV gestuurd om de stad over te geven. De Staten van Utrecht bestonden enkel uit deze heren en een paar burgemeesters, de rest van de bestuurders is naar het westen gevlucht. Lodewijk accepteert hun voorwaarden niet, want hij vertrouwt het niet en stuurt ze terug.

Brieffragment over Utrecht

te wttrecht heeft den heer van soomere1Johan van Someren en sanden=
burch2Diederik Borre van Amerongen met de burgemeesters, daer in doen maels
door dapsensie3de absentie vande andere heere, de staetse vergaderi
bestont, aende koninck besonde en die stat doen
preesenteere, het welcke hij niet heeft wille aen
neeme, so geseijt wort, wt vreese van daer in niet
verseeckert te sulle sijn, men sijn hoocheijt had bij de
gemeente aldaer so veel te weege gebracht dat sij te
vreede waeren datter 3 a 4 reesgemente krijs
=volckeren inde stat soude koomen en dat sij die
stat soude gedefendeert hebbe, dan daer quam
terstont ordere op, vande state generael dat me
wttrecht sou abandoneere en ons ganse leeger
op de frontiere4frontier: grens van hollant trecke [het welcke]

Op een dijk staat de prins met een groep mannen. De prins wijst op een kaart. Het water staat tot aan de dijk, in de verte een bootje en een plaats waar een Nederlandse vlag wappert.
Stadhouder Willem III inspecteert de waterlinie (Oude schoolplaat)

De Oude Hollandse Waterlinie

De troepen zijn inderdaad richting Holland getrokken, Van Ginkel is naar Schoonhoven en anderen zijn naar Weesp. Margaretha noemt de waterlinie niet letterlijk de waterlinie, maar beschrijft het proces wel. Veel vertrouwen lijkt ze niet te hebben in die waterlinie: ze verwacht de vijand nu elke dag voor de poort.

Brieffragment over angst belegering

in hollant wort alles onder water geset ge
lijcke se hier om deese stat ock doen de saech
moollens afgebroocke, de liede lijde seer groote
schade het gekarm vande mense en beeste is so groot
dat Een steene hart moet Eerberme, och wat tijt
beleef ick, men verwacht hier alle daech den
vijant voor de poorte doch stelle haer in defensi
om beleegert te worde, dan sulle wij in Een
beleegerde stat sijnde geen kleijne benautheijt
hebbe, de heer wil ons behoede mij bekomert niet
meer als die vier kleijne bloetges en met deese
kontiniweelle droochte vreese verswater gebreck
te sulle hebbe,owee wee wee die geene die oorsaeck
sijn van alle ons ongelucke, [so aenstonts ontfan]

Gezicht op de Utrechtsepoort en de bijhorende brug te Amsterdam, gezien van buiten de stad. Op de achtergrond een molen, op de voorgrond een bootje.
Gezicht op de Utrechtsepoort te Amsterdam, Jan Veenhuysen (toegeschreven aan), 1664. Collectie: Rijksmuseum.

Wees voorzichtig!

Uiteraard is Margaretha ook weer achter de betaling van haar mans vergoeding aan gegaan, maar ook dat is moeilijk. Margaretha is zo in de bonen dat ze zelfs goed nieuws niet meer positief kan zien. Er zijn schepen naar Hamburg gezonden om haar man op te halen. Alleen zit de Waddenzee vol kapers, dus ze maant hem om vooral voorzichtig te reizen.

Tot slot ook nu weer de vraag die op ieders lippen brandt:
Waar zijn de Brandenburgse troepen?

Weest verzekerd dat ik ben

Zelfs de ondertekeningen van Margaretha’s brieven worden wanhopiger. Groeten van de kleinkinderen kunnen er nog net vanaf.

Brieffragment met afsluiting en ps

gesonde, hiermeede bevele uhEd inde bewaerin
des alderhoochste die ons alle in daesen hoochge
noot wil bij staen, tsij int leefve of sterfae
weest verseeckert dat ick ben
Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
M Turnor

int schrijfve dees
beginne de liede
hier so bij Een te troepen
dat ick vreese offer al
meede wat te doen mochte
koomen, och hoe sit men in gedurige benoutheijt
de vrou van ginckel en haer kinderkens presenteere haere
dienst

  • 1
    Johan van Someren
  • 2
    Diederik Borre van Amerongen
  • 3
    de absentie
  • 4
    frontier: grens

Goet en Bloet

Brieffragment van Godard Adriaan

… geen redelijke ziel
zal bij leven of sterven
ons komen culperen omdat wij
goedt en bloet voor de dier
gevochte vrijheid hebben
opgeofferd…

Godard Adriaan, 5 juli 1672

Vandaag opent de expositie Goet en Bloet op Kasteel Amerongen, het kasteel dat Margaretha na het Rampjaar heeft gebouwd. Aan de hand van de verhalen van Margaretha, Godard Adriaan en hun zoon Godard van Reede van Ginkel worden de bezoekers meegenomen langs de gebeurtenissen in het Rampjaar.

Rampjaar

De drie hoofdpersonen van Goet en Bloet: Godard Adriaan, Margaretha en Godard

Dit jaar is het 350 jaar geleden dat de Fransen, de Engelsen en twee Duitse bisschopen de Republiek de oorlog verklaarden en dit wordt uiteraard in Nederland ruim herdacht. Met Margaretha, Godard Adriaan en Van Ginkel heeft Kasteel Amerongen hoofdrolspelers die elk op hun eigen plek het Rampjaar mee maken. Hun verhaal moet natuurlijk op Amerongen verteld worden.

Goet

Het belangrijkste goed van Godard Adriaan en Margaretha is hun Kasteel in Amerongen. Het staat er nog steeds, maar niet meer zoals voor het Rampjaar. Door de dramatische gebeurtenissen is het huis zelf ook een hoofdpersoon geworden.

Bloet

De familieband, het bloed, is sterk, maar Margaretha, Godard Adriaan en Godard weten niet of en wanneer ze elkaar weer zullen zien. Margaretha zit achter de waterlinie, in het waarschijnlijk veilige Holland. Godard Adriaan zit als diplomaat aan het hof van de Keurvorst van Brandenburg. Hun zoon Godard is aanvoerder in het Staatse leger. De brieven die zij elkaar schrijven, zijn hun levenslijn. De expositie is een duik in hun levens én in de vaderlandse geschiedenis.

Dit blog en de expositie

Dit blog en de expositie staan los van elkaar, maar gaan over hetzelfde. Vanuit het blog is de expositie een manier om de plek, de tijd en de tijdsgeest te beleven. Vanuit de expositie is het blog een persoonlijker kennismaking met Margaretha. Bovendien is in de expositie het Rampjaar al begonnen en voorbij, terwijl het hier voor Margaretha nog moet beginnen. En ook al weet je hoe het afloopt: het blijft spannend.

Goet en Bloet - Strijdvaardige familie verliest Kasteel in Rampjaar 1672

Huis in Amsterdam: De Gulden Troffel

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 30 mei 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 6 juni 1672
Lees hier de originele brief

Margaretha klaagt wel steen en been over de trage en gebrekkige voorbereiding van de Republiek op de oorlog, maar zelf kan ze er ook wat van. In haar brief van 25 januari 1672 vraagt ze de secretaris al om een huis te zoeken in Amsterdam, en nu, het is nog net geen juni, is de kogel door de kerk. Margaretha huurt voor een half jaar een pand genaamd de Gulden Troffel aan de Nieuwe Herengracht in Amsterdam.

Een rijtje Amsterdamse grachtenpanden
De Nieuwe Herengracht, het huis met het puntdak is nummer 21, waar in het Rampjaar de Gulden Troffel stond. Links de Walter Süsskindbrug en de Amstel. Foto en copyright: Shinji Otani, bron: Stadsarchief Amsterdam

De Nieuwe Herengracht

De Nieuwe Herengracht is de allernieuwste uitbreiding van Amsterdam. De uitbreiding is zelfs zo nieuw, dat het gebied aan de overkant van de gracht nog “gewoon” weiland was. In dit weiland ligt nu de plantagebuurt met Artis en de Hermitage. De Amstelhof, het bejaardentehuis waarin de Hermitage zit, werd in 1681 gebouwd.

Het goed vervoeren

Wat Margaretha nu te doen staat is er nu voor zorgen dat al haar waardevolle goed in Amsterdam komt. En dat pakt ze voortvarend aan. Ze heeft een schip gehuurd dat inmiddels van Elst (een dorp naast Amerongen) naar Amsterdam vaart. Wat er in de eerste vracht zit, vertelt ze niet, maar waarschijnlijk moet ze nog een volgende vracht moet zenden. Er zou een tweede schip komen, maar dat is kennelijk niet gekomen, omdat het water zo laag staat.

Brieffragment over het huren van de Gulden Troffel

[behandicht] het huijs te Amsterdam is gehuert voor Een
half ijaer so ons het ongeluck dient dat ment langer sal
sal moeten hebbe konne wijt langer in hueren, deesen
dach vaert Een schip vol van ons en vande vrou van
ginckels goet hier van Elst af naer Amsterdam 
wij sulle het selfeschip of Een ander noch wel eens vol
hebbe het welcke almeede met den Eerste meen te
sende vermidts het water op de reevier so seer
valt en solaech wort vrees ick het in korte niet te
sulle kome sende en over lant sou vrij wat kosten,
ben nu meest bekomert met onse wijn weet niet hoe ick
daer mee sal maecken, brenge ickse te Amsterdam
salmen ter stont die swaere inposte1Imposten: accijnzen daer van moete
betaelle en al die wijn drincke wij in geen ijaer, [ick]

Wijn en belasting

Interessant is haar zorg om de wijn. Elke stad rekende zelf de accijnzen voor wijn voor eigen consumptie. Aangezien de wijn al in de kelder ligt, heeft ze dergelijke accijnzen waarschijnlijk al eerder betaald. Als ze de wijn nu naar Amsterdam vervoert, zou ze dat weer moeten betalen, terwijl ze niet weet of ze het op gaat drinken. Stel dat het niet op gaat en ze wil de wijn daarna naar Den Haag vervoeren, dan zal ze daar dus ook weer accijnzen moeten betalen. Dat wordt dan wel een beetje prijzig. Wat is wijsheid? De wijn in Amerongen laten voor de Fransen of die accijnzen toch maar betalen?

Fragment van vogelvlucht plattegrond van Amsterdam. De Binnen Amstel stroom links boven en komt uit in het Rokin. Duidelijk te zien zijn het Stadhuis, De Nieuwe kerk, de Oude kerk, de Amstelof (Wat de Hermitage was). De Amstelhof ligt nog in de velden. Links onder zijn ingerichte tuinen geekend.
Het Centrum van Amsterdam, na 1688 (de Amstelhof/Hermitage is gebouwd). Onder het woord Binnen Amstel is de linkerkant van de driehoek de Nieuwe Herengracht. Fragment uit kaart van Frederik de Wit, Atlas van der Hagen. Collectie Koninklijke Bibliotheek

Reizen en vluchten

De familie moet in beweging komen: Philippota is nog steeds in Middachten en Margaretha zou haar toch wel erg graag in Amerongen hebben. Dat geeft haar de ruimte om eens zelf in Amsterdam te gaan kijken. Van een definitief vertrek naar Amsterdam is nog geen sprake: ze blijft zo lang mogelijk in Amerongen. Ze denkt Philippota en de kinderen die kant op te kunnen sturen als dat nodig is. Waar Margaretha zich het meest zorgen om maakt is hoe haar man thuis komt: alle doorgangen naar de Republiek zijn in handen van de Bisschop van Münster. Twee dagen na Margaretha’s brief zal hij de Republiek binnen vallen in het oosten.

Gouden koppen

De oprukkende Fransen krijgen in deze brief geen aandacht. Ze gaat nog wel in op de financiële situatie en de vraag wat ze met haar gouden koppen moet doen.

Brieffragment gouden koppen

[veel meer, noch in kasse leijt,] ick heb mijn ge=
dachte al laeten gaen of ick niet wel sou doen
de goude koppe op deen plaets of dander te
begraefve of Ergens in Een muer te laeten
metselen, maer dewijlle ick dat bij mijn
selfve niet kan doen derf ickt niet wagen
salt met de rest so naeu2Nauw bewaren: met alle zorg bewaren bewaeren alst mogelij
sal sijn [den redder van Meroode is alweer so]

Heel herkenbaar dat je met zo’n stressvolle verhuizing opeens allemaal rare details bedenkt. Gelukkig zal ze alles zo zorgvuldig mogelijk bewaren. Als Godard Adriaan er nu geen vertrouwen in heeft, weet ik het ook niet meer.

  • 1
    Imposten: accijnzen
  • 2
    Nauw bewaren: met alle zorg bewaren

Margaretha’s brieven lezen

De post heeft in mei 1672 zijn werk niet goed gedaan. Tussen 6 mei en 20 mei zijn er geen brieven van Margaretha brieven aan gekomen. Het kan ook zijn dat Godard Adriaan ze niet bewaard heeft. Merkwaardig genoeg schrijft ze daar helemaal niets over in haar brieven van eind mei. Het kleine aantal brieven in mei geeft ons de tijd om eens andere onderwerpen aan te snijden. Begin april kwam er een reactie op een blog over het lezen van het handschrift van Margaretha. Wij van de “app- en mailgeneratie” zijn steeds minder gewend om handschriften te lezen. Dus hier een uitgebreid(er) verhaal over het lezen en transcriberen van oude handschriften.

Handschriften en spelling

Het lezen van een oud handschrift is voor veel mensen een heel nieuwe ervaring. Sowieso verschillen handschriften natuurlijk zowel van persoon tot persoon, maar ook van tijdsperiode tot tijdsperiode. Als je wat specifieke kenmerken van 17de eeuwse handschriften weet, helpt dat al met lezen.

Zo zetten ze toen een soort krul boven een u, als onderscheid met een v en een n. Een s was een veel langere letter die boven en onder de andere letters uit kon komen, sterker nog er bestonden een lange en een korte s! Een heel handig gebruik was om een streep boven een woord te zetten als daar nog -de of -den achter moet. Bijvoorbeeld van met een streep erboven is vande.

Wat ook lastig is in 17de eeuwse brieven, is dat er in de 17de eeuw nog geen standaardspelling bestond. Margaretha schrijft haar brieven heel erg fonetisch, maar ze heeft een gigantische woordenschat. Ze gebruikt heel veel woorden die we in het Nederlands eigenlijk niet meer gebruiken, maar als je ze uitspreekt herken je ze nog wel uit het Engels en het Frans. De meeste van deze woorden zijn overigens wel terug gevonden in de historische woordenboeken van het Instituut voor de Nederlandse Taal en waren dus gewoon Nederlandse woorden.

Hieronder staan een paar fragmenten uit brieven van Margaretha’s familieleden en een tijdgenoot. Ze komen allemaal uit het familiearchief van Kasteel Amerongen. Het gaat niet om de inhoud, maar vooral om het handschrift.

Godard Adriaan

Margaretha heeft Godard Adriaans brieven niet bewaard, dit fragment komt uit een brief waar hij zelf een minuut (=kopie) van bewaard heeft. Het is de brief die Godard Adriaan aan Margaretha stuurt na het afbranden van het kasteel. Kennelijk was deze brief (van 10 maart 1673) zo belangrijk en koos hij zijn woorden hier zo zorgvuldig, dat hij daar een minuut van maakte.

Brieffragment van Godard Adriaan

Het soude mij bedroeven, bij aldien ick op godt
niet en vertrouwde, die ick weete dat alles ten besten
ende tot onse salicheijdt dirigeert, uijt U Hooch Edele schrijvens
vande 3e martij te zien, het ruineren en afbranden van onse
goederen ende huijsen tot Amerongen, [ende waer over u]

Godard Adriaan heeft een handschrift dat er erg mooi uit ziet met zijn sierlijke krullen en halen. Het leest alleen niet heel makkelijk. Mooi is de lange s in het eerste soude, de krul boven de u van uijt in de derde regel en aan het begin van de vierde regel: vande 3e.

Lees hier de hele brief

Godard van Reede van Ginkel

Zoon Godard schreef zijn vader regelmatig brieven en deze liggen ook in het Utrechts Archief. Deze brief (13 april 1672) schrijft hij nog voor het rampjaar, vlak na zijn sollicitatie (waar Margaretha het uiteraard ook over heeft gehad).

Brief van Godard van Reede van Ginkel

T’sedert mijnen laetsten van voorleden woensdach
hebbe ick de eere gehad t’ontfangen UHEd
missive van 10 deses, ick trooste mij gaern dat
in mijne sollicitatie niet veel heb opgedaen
en dencke mede, die weijnich op sich hebben
sal, te weijniger hoeft te verantwoorden
ongetwijfelt sal alles soo effen niet toe gaen
of daer sal wel een abuijs begaen werden, en

In deze brief ook weer de verschillende ss-en: missive en deses in de derde regel en het krulletje boven de hoofdletter U in UHEd aan het eind van de tweede regel en boven de u in abuijs in de laatste regel.

Lees hier de hele brief

Ursula Philippota van Raesfelt

In het archief van Kasteel Amerongen zitten een aantal brieven die Ursula Philippota aan haar schoonvader Godard Adriaan schreef. Deze brief is van 13 juni 1672 als ze net met Margaretha van Amerongen naar Amsterdam gevlucht is.

Brieffragment van Ursula Philippota

den drouegedroevige tou stant van ons vaderlant
sal uHEgU hoogedelgeleerde nou ock weten en met verwonderinge
gehort hebbe, wan het is nit te begripe hast
in soo corte tit soo een lant te vorligen sonder
dat de geuosten1waarschijnlijk vorsten: uitstellen wort, als een ranconter2rencontre: ongeordend treffen tussen twee strijdmachten dat
de is voor gevallen, in het passeren ouer den rin
en doun3toen heeft ons helle leger har geritert4Retireren: terugtrekken

Als het puur om de letters zou gaan, is haar handschrift best goed te lezen, maar de spelling is lastig, vooral omdat u en v hetzelfde zijn, maar ook de ou als oe gebruikt wordt. Als je meer van haar brieven leest, valt op dat ze veel Oost-Nederlandser zijn met een duidelijke Duitse invloed.

Lees hier de hele brief

Stadhouder Willem III

Het handschrift van Stadhouder Willem III is heel goed te lezen, vooral omdat zijn spelling al een stuk dichter bij onze spellingsregels komt, dan bijvoorbeeld de spelling van Margaretha. Deze brief (16 augustus 1691) schrijft hij aan Margaretha om haar te bedanken voor de felicitatie die zij hem gestuurd heeft voor zijn overwinning in Ierland.

Brieffragment Willem III

UhE missive van den 4 deser is mij wel ter
hand gekomen en hebbe niet willen onder
laten deselve ganschr vrundelijkck te bedancken
voor de felicitatie daer in vervat over de victorie daer mede het God gelieft
heeft mijne wapenen te zegenen in’t passere,

In de eerste zin zie je het verschil van de lange ss-en in missive en de korte s in deser. Ook het haakje boven de u in vrundelijck is goed herkenbaar. Het UhE aan het begin is een soort sierlijke krul geworden.
Lees hier de hele brief

Transcriberen met kunstmatige intelligentie

Voor het lezen van individuele handschriften zijn gelukkig moderne snufjes ontwikkeld, die heel erg kunnen helpen om een handschrift te gaan lezen. De brieven van Margaretha liggen, net als het hele archief van Kasteel Amerongen, in Het Utrechts Archief. Het Utrechts Archief heeft een Europees initiatief, Transkribus, gebruikt om de brieven van Margaretha beter toegankelijk te maken. Transkribus is een computerprogramma dat kan leren om oude handschriften te lezen. Van een handschrift moeten dan scans en de transcripties van 100 van die scans ingevoerd worden. Het programma interpreteert de vorm van de letters en de meest logische volgorde van de letters en kan zo de handgeschreven brieven omzetten in platte computertekst.

Dit is een gigantische klus geweest, die waar namens Het Utrechts Archief Kathleen Verdult (inhoud), Joyce Pennings (projectleiding), Rick Companje (dataprogrammering) en Petra Dreiskämper van Grobbel & Dreis (dataprogammering) aan gewerkt hebben.

Icoontjes, van boven naar beneden een velletje papier met daarop een rij streepjes met een vraagteken ervoor, tegen voor een link (drie bolletjes waarvan twee aan de derde gelinkt zijn), downloaden (vierkant met een pijl naar beneden op een horizontale streep), hoofdletter T met een cursor ernaast.

Bij de scans van de brieven van Margaretha op de site van Het Utrechts Archief kan je de transcriptie van die brief weergeven. Links naast de scan staan de icoontjes die je hier ook links ziet. De bovenste drie (informatie, link en download) kom je bij bijna alle stukken in het archief tegen, maar de T die onderaan staat niet. Als die T er staat is er een transcriptie beschikbaar. Door op de T te klikken kan je de transcriptie naast de scan van het document op het scherm zien.

Een groep vrijwilligers van Kasteel Amerongen is onder leiding van Roel ten Kleij (die ook de transcriptie van de brief hierboven van Godard Adriaan maakte) momenteel hard aan het werk om transcripties te maken van de brieven van Van Ginkel. Transkribus gaat er vervolgens mee aan de slag en kan dan ook al die brieven omzetten naar platte tekst.

Zelf doen!

Als je wilt oefenen met het lezen van oude handschriften of het maken van transcripties, dan kan je daarvoor de site Wat staet daer? gebruiken. Hier staan voorbeelden van handschriften uit verschillende tijden, kan je oefeningen doen en veel meer lezen over het maken van transcripties. Er is ook een pagina waar je kunt oefenen met een fragment uit een brief van Margaretha.

Video over het transcriberen van de brieven van Van Ginkel
  • 1
    waarschijnlijk vorsten: uitstellen
  • 2
    rencontre: ongeordend treffen tussen twee strijdmachten
  • 3
    toen
  • 4
    Retireren: terugtrekken

Geen post

Pas twee weken na de brief van de 11e ontvangt Godard Adriaan de volgende brief van zijn vrouw. Wij als moderne mens, verwachten natuurlijk een beetje dat dat vroeger waarschijnlijk sowieso veel onregelmatiger ging, de post. Niets is minder waar, maar het al dan niet aankomen van post was wel een onderwerp, Margaretha begint er elke brief mee.

De geschiedenis van de postbode in postzegels

Regelmaat

De brieven die we van Margaretha hebben, zijn de brieven die Godard Adriaan bewaard heeft. Het kan zijn dat hij brieven weg gegooid heeft, maar waarom zou hij dat doen? Je merkt aan veel brieven dat Margaretha voorzichtig is in wat ze schrijft en over wie ze schrijft. Dus waarschijnlijk zijn de brieven die hij bewaard heeft, de brieven die hij gekregen heeft.

In oktober 1671 vertrekt hij op missie. Hij is dan november en december waarschijnlijk in Nederland, dus dan schrijven ze niet. Vanaf 21 januari schrijft Margaretha weer trouw. Je ziet de regelmaat in oktober en februari: er zitten steeds drie of vier dagen tussen twee brieven. In maart verwacht je eigenlijk nog een brief op de 14e en één op de 27e of de 28e. In april en mei gaat het echt mis: tussen 11 en 25 april zitten maar liefst veertien dagen! En in juli is er helemaal geen post: Godard Adriaan is even in Nederland.

okt-71jan-72feb-72mrt-72apr-72mei-72jun-72aug-72
221131639
62547820613
9296101123916
131118253012
1615202913
20182417
242220
2625
2928
De data van de door Margaretha geschreven brieven in het archief

Geen post

Het duurt even voordat Margaretha door heeft dat haar man geen post van haar krijgt. Op 25 april schrijft ze alleen dat ze zijn brief van de 17e heeft ontvangen. De volgende brief, van 29 april, begint ze haar brief met de mededeling dat ze zijn brief van de 27e heeft ontvangen. Maar het venijn zit in de staart:

Brieffragment over de haperende post

[voor silver gelt op te wisselen,] ick ben verwondert
uhEd met die post weer geen briefve van ons heeft
ick heb noch noijt Eene post overgeslage sonder
te schrijfve, onse kinderen sijn de heere sij ge
danckt heel wel frits wort so groot en sterck
dat uhEd merckelijck aen hem sal gewonne hebe
hij en sijn sustert leert ock naer sijnen doen sijn vrage en gebee
=de heel wel, de heer wil hen en aldandere voort
seegene en insijne vreese laete op wasse, inwiens
bescherminge uhEd beveelle en blijfve

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
MTurnor

Ze zegt dus dat ze nog nooit een post heeft overgeslagen: dat betekent dat de brieven van 13, 17 en 21 april waarschijnlijk missen.

Onbezorgde brieven

Een zwarte houten kist met daarin heel veel brieven. Voor de kist liggen ook nog wat brieven.
De kist van De Brienne, Collectie Beeld en Geluid Den Haag.

Waar Margaretha’s brieven gebleven zijn, is niet te achterhalen. Dat het vaker gebeurde is duidelijk door de postkist van de Haagse postmeester Simon de Brienne. Alle brieven die hij niet kon bezorgen deed hij in een kist. Die kist is nu in bezit van Beeld en Geluid Den Haag. Onderzoekers verdiepen zich in de inhoud en Beeld en Geluid maakte een (engelstalige) online expositie over de kist.

En hier?

Hier vullen we de tijd met het verder uitbouwen van de site en het geven van achtergrond informatie. Heb je ideeën of wensen? Laat ze achter in de reacties!

Zorgen om man, zoon en oorlog

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 8 april 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 15 april 1672
Lees hier de originele brief

Als huisvrouw en moeder heb je je permanente zorgen. Let je man wel op zijn gezondheid? Gaat het bij je zoon thuis wel goed? En wie is verantwoordelijk voor het mislopen van zijn sollicitatie? Op wie van je vrienden kan je eigenlijk echt vertrouwen?

Man naar Saksen

Brieffragment over de missie naar Saksen

[wij noch hebbe,] seedert heb ick uhEd aengenae
me vande maert ontfange, daer wt verstaen
uhEd sijn reijs naer saxsen inde toekoomende
weeck meent voort te sette, de heer almachtich
wil uhEd geleijde en voor alle ongeleijcke bewaer
men drinckt aen dat hoff sterck ick hoope
uhEd sorchge voor sijn gesontheijt sal dragen,

Tekening van een gigantisch symmetrisch paleis met een voorplein en twee overdekte galerijen aan de zijkant. Het heeft twee verdiepingen, een blauw dak en aan de linker en rechter zijde een blauwe koepel. Op de dakrand staan allemaal standbeelden. Boven alle ramen zitten versieringen. Op het voorplein zijn brodderieën en zijn diverse mensen en een koets.
Residenzschloss Dresden, Matthäus Daniel Pöppelmann, 1712/1713. Collectie Deutsche Fotothek

Alle andere onderwerpen komen ook aan bod. De carrière van haar zoon gaat weer gepaard met allemaal namen die de promotie krijgen die haar zoon verdient. Ook de diverse Utrechtse politici passeren weer de revue, echt te vertrouwen zijn er weinig.

Naderende oorlog

De echte zorgen liggen toch bij de naderende oorlog.

Brieffragment over de naderende oorlog

[meeste swaericheijt sitten,] de heere wil ons bij
staen voor mij ick weete niet waer heene te vluchte
de heer en vrou van ginckel sijn vandaech met
tietge1de koosnaam voor Margaretha junior, de oudste dochter van Godard van Ginkel en Philippota naer middachte gegaen, de drij andere
kindere2dit zijn, in volgorde van leeftijd, Frederik Christiaan (“Fritsge”), Anna Ursula (“Antge”) en de pasgeboren Reiniera hier gebleefve, sij meene in Een weeck
of drije weer hier te sijn, de vrou van ginckel voor
al de soomer bij mijn te blijfve de wijlle de leeger
aende ijsel sulle geleijt worde en naer alle aprehen
=sie volck opt huijs te Middachte, de tijdine die
men hier krijcht sij hoe langer hoe Erger, daer
van ick niet meer sal segge, vermidts uhEd
die van andere genoech geadviseert worde,

Margaretha is alleen in Amerongen met drie van haar kleinkinderen, waaronder de pasgeboren Reiniera (en waarschijnlijk haar min). Haar gedachten gaan over een mogelijke vlucht als het oorlog wordt, maar ze ziet ook wel dat de toekomst voor het huis van haar zoon en schoondochter, Middachten, minder rooskleurig is. Zo vlak aan de IJssellinie zullen er wel militairen ingekwartierd worden. Ze gaat er maar vanuit dat haar man de berichten over de situatie en de verwachtingen van anderen krijgt, als dat niet zo is zal ze hem zelf wel informeren.

Links is een haard waar een groot vuur in brand. Daarnaast op de grond zit een dame met een prachtige jurk. Op een kussen zit de min die de baby bakert terwijl ze praat met de meid die een doek oprolt. Over haar schouder hangt een kind, één borst is nog ontblood. Op de achtergrond maakt een meid het bed op. Voor het bed staan een paar sloffen en een po. Het raam op de achtergrond staat open. Rechts voor een hondje.
Interieur met een min met baby, een moeder en dienstmeid rond een haard, Abraham Bosse, 1633. Collectie Rijksmuseum

  • 1
    de koosnaam voor Margaretha junior, de oudste dochter van Godard van Ginkel en Philippota
  • 2
    dit zijn, in volgorde van leeftijd, Frederik Christiaan (“Fritsge”), Anna Ursula (“Antge”) en de pasgeboren Reiniera

Hoera!

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 1 april 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 8 april 1672
Lees hier de originele brief

Margaretha begint haar brief vandaag met het danken van de heer voor de gezondheid van haar schoondochter en de kleinkinderen. Reiniera is nog geen maand oud en schoondochter Ursula Philippota is de kraamtijd alweer te boven.

Een dame loopt door een tuin vol tulpen met een gieter en geplukte bloemen in haar schort dat ze omhoog houdt.
Lente, Jean Couvay, naar Grégoire Huret, 1632 – 1657. Collectie Rijksmuseum. Een lente zoals Margaretha hem liever gezien had.

Daarna gaat ze in op het weer en de tuin: het is droog, het water in de gracht staat laag en alles is verdord. Ze noemt dat Engeland een paar dagen eerder, op 27 maart, Nederland de oorlog verklaard heeft, gaat in één moeite door naar de zware zomer die komt en dankt Godard Adriaan voor zijn brief van de 23ste.

Brieffragment over de droogte

[te stelle,] ick heb hier voort alles wel gevonde
maert water so laech inde grafte dat
het haest wonder is hoe de vis haer daer
in kan houde, het Aertrijck is ock so drooch
datter niet wt kan koome, de sneu die te
winter gevalle is doen die aent smelte quam
trock al de vochtichheijt in daerde, en sint
heeft het niet gereegent, so dat alles ver=
doret, het schijnt de hant des heere ons aen
alle kante besoeckt, de quade tijdine die
Wij wt Enlant hebbe sal uhEd hebbe ver=
staen [volgens de opijnie van Een ijder]

Links Godard adriaan met een snor en vlassig krullend haar tot op de schouder op de witte kraag. Rechts margaretha turnor met een bijzonder hoge haarlijn en een wijd uitgesneden hals.
Godard Adriaan van Reede en Margaretha Turnor. Samenvoeging van twee portretten van Jurgen Ovens. Collectie Kasteel Amerongen.

Dan, helemaal aan het eind, schrijft ze nog dit:

Brieffragment verjaardag Godard Adriaan

[uhEd al op zijn verdere reijs waert,] nu is
deselfve merge weer ijaerich en vijftich
ijaere out sal nu den berch die dus lang
geklome heeft gaen daelle de heer alma
=chtich wil geefve uhEd de overijge tijt
sijns leefvens in gesontheijt en voors poet
mach door brenge dat het selfve mach
strecke tot sijns naems Eer en uhEd sielen
salicheijt dit wenst van harten

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff en
dieners M Turnor

ick laete vast
Elst en sperre
boome lans de nieu gemaeckte wal poote en
Eijcke heijsters weer in daerse doot gegaen sijn

Kortom, ze wenst hem voorspoed en gezondheid, maar hij moet zich wel realiseren dat het vanaf nu allemaal bergafwaarts gaat. Ze kan het weten, want zelf is ze acht of negen jaar ouder dan haar man. De opmerking is bijzonder omdat we er nu vanuit gaan dat Godard Adriaans geboortedatum op 6 januari 1621 is…

Ze eindigt de brief nog met een opmerking over de bomen die ze langs de nieuwe wal zal plaatsen. De prioriteiten zijn duidelijk.

Trap des Ouderdoms. Op 10 treden van de trap des ouderdoms staan 10 mannen in de leeftijd van 0 tot 100 jaar. Onder de brug drie bogen met allegorische voorstellingen: in het midden Het Laatste Oordeel. Onderaan de tekst: Des menschen op en nedergangh valt d'eene soet en dander bangh. Bovenaan in cartouches twee 4-regelige versjes in het Nederlands.
Trap des Ouderdoms, anoniem, 1640 – 1660. Collectie Rijksmuseum

Diplomatenvrouw

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 20 maart 1672 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 23 maart 1672
Lees hier de originele brief

Het leven van een diplomatenvrouw is niet altijd makkelijk. Margaretha heeft het er moeilijk mee dat haar man altijd weg is. Aan de andere kant lijkt ze ook wel te genieten van de ruimte die ze heeft om het landgoed te beheren en zich met de politiek te bemoeien. In de brief van vandaag is ze enigszins teleurgesteld dat haar man weer een andere missie aangenomen heeft.

Brieffragment over de nieuwe missie van haar man

tis mij seer lief wt uhEd schrijfvens vanden
13 deeser en wt de voorgaende te sien de kon
=tiniwaesie1continuatie: voortduring (hardop uitspreken!) van uhEd gesontheijt, maer ben
van harte bedroeft te sien uhEd de komissie
weer naer saxse heeft aengenoome hoewel
men seijt het maer voor Een korten tij sal
sijn, daer kan ick mij niet meer mee laete
abuseere2abuseren: misleiden want dat heeft men vant begin
van deese komisie geduerich aengeseijt3aanzeggen: bekend maken, ent
heeft nu overt ijaer geduert, wie weet waneer
het noch Endicht se moogen uhEd vandaer
voort naer weenen bij de keijser versoecke
te gaen ick maeck nu geen staet uhEd van
alde soomer weer thuijs te sien dat al vrij
verdrietich sal vallen, [wt mijne laeste]

Ze gelooft de belofte dat hij snel thuis zal komen ook niet meer, dat hebben ze al zo vaak gezegd. Bovendien kan het maar zo zijn dat ze hem hierna naar Wenen sturen, naar de keizer. Ze gaat er maar vanuit dat hij met de zomer niet thuis zal zijn en dat “valt haar verdrietig”.

Rechts een groot statig buiten huis. Op het voorplein is het een drukte van belang. Groepjes mannen staan te praten en tegen de achtermuur staan diverse koetsen geparkeerd. Het voorplein heeft twee poorten en door elke poort komt een koets met zes paarden.
Twee koetsen met ieder zes paarden komen aan bij Huis ter Nieuwburg in Rijswijk. Fragment uit: Gezicht op de zijkant en de voorkant van Huis ter Nieuburch te Rijswijk vanuit het westen, Pieter Schenk (I), 1697. Collectie Rijksmuseum

Na de reguliere zakelijke mededelingen gaat het over een andere diplomaat, die zijn missies op een heel andere manier regelt dan Godard Adriaan. Daniël Oem van Wijngaarden, heer van Werkendam wordt naar Denemarken gestuurd. Ze heeft al een paar keer over hem geschreven, maar dan vooral over het feit dat hij als ambassadeur extraordinair naar Denemarken gaat. Die titel had Johan de Witt eigenlijk ook aan Godard Adriaan beloofd, maar hij is nog steeds ambassadeur ordinaris. In deze brief stookt ze het vuur verder op. Werkendam neemt niet alleen zijn vrouw mee, maar een complete hofhouding! Twee koetsen, elk met zes paarden! En dan ook nog pages en lakeien! Het is waarschijnlijk niet (alleen) jaloezie, maar ook haar calvinistische inborst die maakt dat ze moeite heeft met zo veel luxe.

Brieffragment over de luxe diplomatieke missie van de Heer van Werkendam

[pareeren,] den heer van werckendam
vertreckt deese weeck noch so men seijt met
sijn vrou die hij meede neemt, met twee
koetse ijder met ses paerde, drije paes –
=ges en neegen lackeijen, dat is schoon voor
madame, hij heeft tot sijn Equipaesge
en verdere te doene koste bij provijsie
18000f vant lant ontfange, ick hoop
uhEd deese noch te berlijn sal behan
=dicht worde, ick weet niet of met de
naeste post sal schrijfve wt vreese of
uhEd voort aenkoome van die mocht
vertrocken sijn, sal nu hiermeede
blijfve
Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
M Turnor

de vrou van
ginckel en haer
kindere sijn de heere sij gedanckt heel wel

Het is ook een nadeel als je man van post wisselt, dat je niet precies weet wanneer je man waar zal zijn. Een brief schrijven heeft dan dus niet veel zin. Gelukkig gaat het goed met haar vers bevallen schoondochter en de kinderen.

Pop, voorstellende de kraamvrouw, gekleed in een crèmekleurig satijnen jak, dat tot halverwege het bovenbeen reikt. Het jak is nauwsluitend en loopt vanaf het middel naar onderen toe uit. Onder het jak een enkellaags linnen hemd, daarboven een schoudermantel van kant.
Pop, voorstellende de kraamvrouw, anoniem, ca. 1676, onderdeel van het poppenhuis van Petronella Dunois. Collectie Rijksmuseum.
  • 1
    continuatie: voortduring (hardop uitspreken!)
  • 2
    abuseren: misleiden
  • 3
    aanzeggen: bekend maken

Eindelijk verlossing

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 10 maart 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 18 maart 1672
Lees hier de originele brief

Op 8 maart staat de koets wéér klaar om Margaretha naar Utrecht te brengen en weer zal het haar niet lukken daar aan te komen.

Bevalling

Als ze in de koets wil stappen begint haar schoondochter te ‘kraken’: de bevalling begint! Omtrent half tien in de ochtend is het eindelijk zo ver: bijna 3 maanden nadat Philippota op Kasteel Amerongen aan kwam is ze bevallen van een dochtertje, gezond en wel geschapen. Een jonge Godard was natuurlijk zeer welkom geweest, maar Margaretha is dankbaar voor spoedige en makkelijke verlossing en het gezonde kind.

Brieffragment over de bevalling van Ursula Philippota

rec: 18 Martij

Ameronge den
10 maart 1672

Mijn heer en lieste hartge

voorleedene dijnsdach sijnde den 8 deeser so
mijn koets gereet stont en ick daer meede naer
wttrecht meende te gaen begost de vrou
van ginckel te kraeckende 1voorteekenen van de naderende bevalling vertoonen, barensweeën hebben, en is door de hulpe des
heere dien merge ontrent de klocke half tien
seer genadelijck en spoedich van Een dochter
verlost
het welcke een gesont en wel geschaepe vrucht
is, hadde wel gewenst het Een jonge godert
hadde geweest, dan het sijn gaefve des al=
der hoochste, die wij niet genoech konne dancke
voor so Een spoedige en genadelijcke verlos=
=sine en gesonde vrucht, de kraemvrou is on
gemeen wel naer den tijt hoope godt den heere
haer hEd voort sterckte en volkoome gesontheijt
sal verleenen, de heer van ginckel is deesen
Middach wt den haech hier gekoomen verwacht
ten nu alle Eure de heere van wulfve en wel
=lant die over het kint ten doop sulle staen
en soude wij noch gaeren sijne kristelijcke
doop alhier in onse kercke deesen avont laeten geefven om
daer in niet te versuijmen, [beuseckom heeft te]

Gravure van een interieur. Rechts een hemelbed, daarvoor zit een vrouw achterover geleund, hoofd achterover. Voor haar op de grond zit een vrouw, haar jurk is omhoog getrokken, zodat je haar blote been ziet. Om haar heen staan nog drie vrouwen die met haar bezig zijn.
Bevalling van een vrouw, anoniem, 1620-1664. Collectie Rijksmuseum

Doop

Twee dagen na de bevalling is de vader van het kind, Godard van Reede van Ginkel uit Den Haag aangekomen en nu wachten ze op de beide neven van de vader: de heer van Wulven en de heer van Welland. Zodra zij aankomen, kan het kind gedoopt worden.

Margaretha vervolgt haar brief nog met allerhande wederwaardigheden. Ze verzucht dat het haar niet lijkt te lukken om in Utrecht te geraken om haar zakelijke afspraken na te komen. Ze stopt met schrijven en gaat de volgende dag verder.

Brieffragment over de doop van Reiniera

dus verde heb ick deese gistere geschreefve, ons
kint heeft gistere avont sijn kristelijcken
doop ontfange met de naem van reijniera, naer
de vrou van ginckels vader, heb dit so goet ge
docht om of ons de heer almacht noch Een soon
gaf dat wij de naem van godert adrijaen
mochte daer voor reeserveere, de heer van
wulfve en wellant sijn deese merge weer
vertrocken, mosten de vergaderin vande state
bij woonen onse joncker van Ameronge sijn sijn
acksie gereesen, de kraem vrou ent kint sijn
noch heel wel naer de geleegentheijt pesenteert
haeren dienst t en ick blijf
Mijn heer en lieste hartge

uhEd getrouwe wijff
M Turnor

Op 10 maart 1672 krijgt het kind zijn christelijke doop in de Andrieskerk in Amerongen. Dit is voor Margaretha een belangrijk moment. Haar schoondochter is katholiek en ze wil er alles aan doen om haar kleinkinderen goede protestanten te laten worden. De nieuwste telg uit het geslacht Van Reede wordt Reiniera genoemd, naar de vader van Philippota, Reinier van Raesfelt. Dit vindt Margaretha een goede keuze, want als er nog een zoon geboren wordt, dan is de naam Godard Adriaan in ieder geval nog vrij. In 1670 was de eerste zoon geboren die al Godard Adriaan heette, maar het jochie overleed al in 1671. Met de kennis van nu kunnen we zeggen dat die inderdaad nog komt: in 1674 wordt zoon Godard Adriaan geboren. In 1678 wordt nog een zoon geboren, dus ook Reinier wordt nog vernoemd: Reinhard.

Interieur van een kerk richting het koor. Op de voorgrond groene kerkbanken. In het midden een preekstoel met daaromheen een bruin hek. Rechts tegenover de preekstoel eveneens groene banken. Aan de wanden en rondom in het koor hangen rouwborden.
Het interieur van de Andrieskerk, overzicht naar het oosten na restauratie. Foto: P. van Galen, 1992. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
  • 1
    voorteekenen van de naderende bevalling vertoonen, barensweeën hebben,

Een groot sieraet aen beijde de hoofven

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 7 maart 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 14 maart 1672
Lees hier de originele brief
Let op! Het toegevoegde deel dat bij de brief van 4 maart hoort, is hier tussendoor gescand.

Met het voorjaar op komst is Margaretha kennelijk het gevoel van oorlogsdreiging helemaal kwijt. Er wordt gewerkt in de hof! Daem Hendrixse uit het dorp heeft werk aangenomen en is hard bezig. Margaretha hoopt dat de dooi doorzet, zodat hij zijn werk af kan maken. Het staat immers zo slordig als alles er half af bij ligt. Daem is begonnen met reparatiewerk, maar zoon Godard heeft ook nog wel wat goede ideeën.

Brieffragment over de werkzaamheden in de tuin

met deesen doeij daer meede wij hoopen het ijs
teenemael wt het water sal gaen, schiet
ons nu alt werck teffens over de hant, dae
daem is beesich met sijn aengenoome werck te
voldoen en geloofve hij merge gedaen sal
krijgen, als dat nu so ten halfve afgegraefe
blijft legge salt seer slordich daer staen
dat muertge daer de doorne hech lans den
Booven hof ende wt geroijden boogaert1boomgaard op staet
diende ock wel gereepareert en overal aen ge –
stopt, de heer van ginckel meent dat Een groot
sieraet aen beijde de hoofven sou geefven dat
men Een gif glintintge2Latwerk dienende om vruchtboomen te ondersteunen of leiboomen te leiden op de selfde fatsoen
en manier gelijck rontom den nieuwe hof
is niet hoocher als nu de doorn die der op staet is
is, en opdie hoochte, op dat voorseijde muer
tge vande boven hof sette, en dat men dan
fruijt boomges teegens dat muertge omlaech
liet sette die soude dan hoochte genoech hebe
om tegens die glintin op te wasse, en alst
niet hoochger komt sout het gesicht vant
Eene hof int ander gans niet beneeme
maer Een reegeliere teijt geefven, uhEd

Brieffragment of haar man ook eens zijn mening wil geven.

belieft eens te schrijfve oft deselfve gevalt so
soude ickt laete maecke op dat wij die hoofve
Eens in Esse mochte krijgen3In esse mogen krijgen: in goede staat mogen krijgen, hiermeede blijfe
Mijn heer en lieste hartge

uhEd getrouwe wijff
en dieners M Turnor

Een muur met leifruit

Het muurtje om de bovenhof moet gerepareerd worden. Kennelijk is daar net een boomgaard gerooid. De tuin van het kasteel heeft een hoogteverschil waardoor verschillende tuinen ontstaan en één daarvan is kennelijk de bovenhof (nu de boventuin). Het idee van haar zoon is om latwerk (glintinge) aan te brengen, waar fruitbomen tegenaan kunnen groeien. Margaretha is verguld met het idee, want zo kan je toch nog van de ene naar de andere hof kijken. Ze eindigt haar brief met de vraag of haar man ook maar eens zijn mening wil schrijven en als het hem bevalt, dan zal ze er werk van maken, zodat de hof eindelijk eens op orde is.

In een boomgaard wordt geoogst. Er lopen mensen met ladders, er wordt aan bomen geschud en vruchten worden van de grond geraapt en in manden gedaan. In het midden loopt een elegant stel te flaneren. Op de achtergrond zien we nog net een huis.
September (fragment), anoniem, 1584 Collectie Rijksmuseum
  • 1
    boomgaard
  • 2
    Latwerk dienende om vruchtboomen te ondersteunen of leiboomen te leiden
  • 3
    In esse mogen krijgen: in goede staat mogen krijgen

Pagina 10 van 12

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén