Dit verhaal is deel 2 van 9 in de serie Rampjaar: 3e Engels-Nederlandse Oorlog
Dit verhaal is deel 1 van 2 in de serie Rampjaar: Karel II

De Tweede Engels-Nederlandse Oorlog (1665 tot 1667) ging voornamelijk over het beschermen van de eigen koopvaardijschepen en het buitmaken van vijandelijke schepen Er werd geprobeerd elkaars oorlogsvloten tot zinken te brengen. Na diverse gewonnen zeeslagen kon Engeland in de strijd tegen Nederland niet goed doorpakken vanwege bevoorradingsproblemen. Dit gaf Nederland de tijd om te herstellen van de nederlagen.

Gravure van twee grote zeilschepen. Het enge vaart naar links en heeft drie zeilen en de fok gehesen. Het ander vaart van ons af achter een andere schip aan. Beide schepen hebben een vlag met drie banen, waarschijnlijk de Hollandse driekleur. Bij de schepen is duidelijk te zien dat de luiken van de kanonnen open staan.
Twee grote oorlogsschepen, Reinier Nooms Zeeman, 1650-1667. Collectie National Gallery Prague.

Een list: twee fronten

Ondertussen zocht Karel II (Charles II) bondgenoten op het vasteland. Hij wilde Nederland verzwakken door hen in een landoorlog te betrekken. Hij benaderde diverse landen hiervoor maar de meesten weigerden. Behalve Bernhard van Galen, de bisschop van Münster. Voor het binnenvallen van Nederland vanuit het oosten werd hem een flink geldbedrag toegezegd. Van Galen ging dus een alliantieovereenkomst met Engeland aan en viel in 1665 Nederland vanuit het oosten aan. Op basis van een defensieve alliantie, die sinds 1662 tussen Lodewijk XIV en Nederland bestond, stuurde de Franse koning troepen om Von Galen tegen te houden.

Portret van een man met lange donkere krullen en een dun snorretje. De tijger steekt zijn tong uit en heeft aan weerszijden twee maskers.
Portret van Karel II, Romeyn de Hooghe, 1672. Collectie Rijksmuseum. Bij omkering toont de prent de kop van een tijger. Derde prent in een reeks van zes portretten van Willem III en zijn opponenten in het jaar 1672. Tekst rondom het portret: ‘Net als een Karel valt hij de keerels op de huijt / Maer als een Tijger wie verbonden breeckt om buyt.’
Rond portret van Christoph Bernard von Galen, bisschop van Munster. Bij omkering toont de prent de kop van een varken.
Portret van Christoph Bernhard van Galen, bisschop van Münster, Romeyn de Hooghe, 1672. Collectie Rijksmuseum. Bij omkering toont de prent de kop van een Varken. Zesde prent in een reeks van zes portretten van Willem III en zijn opponenten in het jaar 1672. Tekst rondom het portret: ‘Dien booskop uijt het kot gekropen van een verken / Slaet omgecocht als dol met Sleutels van de Kerken’

Tegenslag

Dat vond Karel II niet leuk. Engeland had echter meer problemen. De ‘Grote Pest van Londen’ eiste duizenden levens en dat hinderde de Engelse oorlogvoering behoorlijk. Ook was er gebrek aan geld en voedsel. Samen met de epidemie zorgde dit alles ervoor dat grote operaties onmogelijk waren. Op dat moment had Engeland slechts vier schepen klaarliggen om in te zeten. Het Engelse Parlement moest nog 1.250.000 pond goedkeuren om een nieuwe vloot te leveren. Maar dat ging niet gebeuren. De subsidie aan Bernhard van Galen werd ook ingetrokken. Hij had het al niet makkelijk, want in zijn leger heersten honger en ziekte. Hij moest zich dus wel terugtrekken.

Gravure met negen afbeeldingen die te maken hebben met de pestepidemie in Londen.
Vlugschrift over de pestepidemie in Londen van 1665, John Dunstall, 1666. Collectie: London Museum. 1: de zieken thuis; 2: Afsluiten van de huizen (bij infecties in een familie werd iedereen in huis ingesloten om verspreiding te voorkomen); 3: Vlucht uit Londen per boot; 4: Vlucht uit London over land; 5: Het dragen van de lijken; 6: Het vervoeren van de lijken per wagen; 7: Het begraven van de de doden; 8: Begrafenisprocessie; 9: Terugkeer naar Londen.

De vermaledijde Fransen

Rond portret van koning Lodewijk XIV. Bij omkering toont de prent de kop van een leeuw.
Portret van Lodewijk XIV, Romeyn de Hooghe, 1672. Collectie Rijksmuseum. Bij omkering toont de prent de kop van een Leeuw. Tweede prent in een reeks van zes portretten van Willem III en zijn opponenten in het jaar 1672. Tekst rondom het portret: ‘Die Leeuw is, dwingt door kracht niet door klank van Lowiesen / De Leely kreeg het schelms, en sal ’t ook schelms verliesen.’

Engeland wilde graag een vredesakkoord en de onderhandelingen daarvoor begonnen in juni 1665. De voorwaarden die de partijen stelden maakten dat de onderhandelingen niet vlot verliepen. Tot overmaat van ramp verklaarde op 22 januari 1666 Frankrijk aan Engeland de oorlog. Lodewijk XIV hoopte dat Engeland en Nederland elkaar zodanig zouden verzwakken dat ze zich niet langer tegen zijn campagne tegen Spanje in de Spaanse Nederlanden konden verzetten. 

Economische malheur

Toen in september 1666 ook nog een groot deel van Londen in vlammen op ging, leidde dat niet alleen tot economische problemen, maar het publiek keerde zich ook tegen de oorlog. Hoewel het parlement wel geld toe zei voor de oorlog, kwam het geld maar moeilijk (eigenlijk niet) los. Het grootste deel van de vloot werd daarom begin 1667 achter de ketting in de haven van Chatham gelegd. Er bleef een kleine ‘vliegende vloot’ actief. Of dat nou verstandig was…

In juni 1667 begonnen eindelijk de onderhandelingen voor de Vrede van Breda.

Gerelateerde berichten

Auteur

  • Marion vd Hurk

    Naast mijn werk als instructeur Eerste Hulp en auteur van diverse EHBO boeken, ben ik hier sinds januari 2001 rondleider. Geschiedenis vond ik van jongs af aan boeiend en leerzaam. Het terrein van Kasteel Amerongen oplopen voelt als thuiskomen. Ik leid dan ook graag bezoekers rond in dit kasteel met zijn boeiende historie.

    Bekijk Berichten