Ondanks het falen in 1624 zetten de Staten Generaal en de Hollandse politici in 1672 weer volledig in op de IJssellinie. Eigenlijk had men vertrouwen in alle verdedigingslinies, want die zouden de oprukkende Fransen gaan tegenhouden. Als de forten bij Maastricht en de zes Rijnforten zouden vallen vallen, dan kwamen de Fransen aan bij de IJssellinie, waar veel loopgraven waren aangelegd. Dat kon toch niet mis gaan?

Het leger
Op papier was het Staatse leger zo’n vijftigduizend man groot, maar dat was alleen op papier. Niemand wist wat de daadwerkelijke omvang van het leger was. Maar plannen en maatregelen stemden optimistisch.
Een Staats leger van 30.000 man werd langs de IJssel gestationeerd. Het plan om door te stoten naar Holland zou op deze manier verijdeld worden. De Staten Generaal beseften dat bij de IJssellinie vooral gewone burgers en boeren gelegerd waren, maar vertrouwden erop dat hun aantal ervoor zou zorgen, dat ze net zo effectief zouden zijn als een gewoon leger.

Kritiek
Toen Hieronymus van Beverningh openlijk zijn twijfel uitsprak of de Fransen bij de IJssel wel tegen gehouden konden worden, werd Johan de Witt woedend.
Ik wil hopen [dat] in dien bij de hooge officieren wederomme soo bekrompe gedachten ende advisen mogen wesen ofte noch werden geuyttet, dat Uw Ed. deselve met cordaetheydt ende met betooninge van een sonderlinge ernst sal van de handt wijsen, ende niet gedoogen dat in ’t leger bij de minderen officieren ende gemeene soldaeten soodaenige voorslaegen ofte gedachten comen betekent te werden.
Dus hij verwachtte dat, als er zulke geluiden kwamen van hoge officieren, Beverningh ze zou ontkrachten en dat dit soort gedachten absoluut niet bekend mocht worden bij lagere officieren of gewone soldaten.
Helaas was de methode ‘kop in ’t zand’ toen ook al niet effectief. Dat wil zeggen, op de korte termijn gingen de voorbereidingen aan de IJssel gewoon door.
Bronnen | Feiten |
Panhuysen, Luc (2009). Rampjaar 1672, Hoe de Republiek aan de ondergang ontsnapte. Amsterdam: Atlas Contact. | pp. 102-102: De visie van Den Haag over de IJssellinie |
Nimwegen, Olaf van (2020). De veertigjarige oorlog 1672-1712. Amsterdam: Prometheus | pp. 112-113: Johan de Witt |
W.J. Knoop, J.W. van Sypestein en J.P. de Bordes, De Gids, Jaargang 15, 1851, pag. 159 | De IJssellinie faalde |
Gerelateerde berichten
- Het Verdelingsplan uit 1663
- Het geheime verdrag van Dover
- Lodewijk, het verdrag en de bisschoppen
- Het geheime verdrag van Zweden en Frankrijk
- Godard Adriaan heeft Lodewijk XIV door
- De Republiek en het Verdrag van Dover
- Hoe de Hollandse Waterlinie tot stand kwam
- Verbond met Brandenburg
- De Zonnekoning op weg naar de Republiek
- Utrecht, een onverdedigbare stad
- Het vernuft van de Hollandse waterlinie
- Lodewijk XIV komt bij Lobith ons land binnen
- Utrecht vraagt ‘sauvegarde’
- De overgave van de stad Utrecht
- De ‘sleuteldragers’ van Utrecht
- Verwoeste kastelen en buitenplaatsen
- Het politieke vertrouwen in de IJssellinie
- De bisschop van Münster en Karel II
- Eerste Münsterse Oorlog
- Het begin van de Tweede Münsterse oorlog
- Verbond met Brandenburg
- Het beleg van Grol
- Het politieke vertrouwen in de IJssellinie
Geef een reactie