Een tekening van een toren met kantelen. In de toren zijn een paar raampjes waar er een van openstaat. Tegen de toren aan geplakt staat een klein huisje met een dak dat naar rechts schuin afloopt. het huisje heeft aan de voorkant twee ramen en aan de zijkant die te zien is een raampje. Tussen het huisje en de toren staat iets dat op een ronde, hoge schoorsteen lijkt en net zo hoog is als de toren. Daarbovenop staat een heel klein huisje. Er staat een ladder tegen de toren aan.
Bijlhouwerstoren te Utrecht, Herman Saftleven, 1619 – 1685. Collectie Rijksmuseum.

Op 18 juni stuurden de Staten van Utrecht koeriers naar het Franse leger om vrijgeleide te vragen voor afgezanten. Een paar dagen later werden er drie afgezanten, waaronder Godard van Tuyll van Serooskerken, heer van Welland, naar Lodewijk XIV gestuurd om een ‘sauvegarde ‘ te vragen. Hij weigert een sauvegarde af te geven. Toen de afgezanten weer in Utrecht terug waren, merkten ze tot hun verrassing dat de stad zich al had overgegeven.

Onaangekondigd bezoek

Wat was er gebeurd? Een paar dagen voor hun terugkeer, op 23 juni, had een Franse eenheid onder leiding van Markies de Rochefort ineens voor de Wittevrouwenpoort gestaan en om toelating gevraagd. De burgemeesters Lambert van Velthuysen en Nicolaas Hamel waren door het vroedschap eropuit gestuurd om poolshoogte te nemen. Ze waren zo geïmponeerd dat ze zonder dat ze van het vroedschap mandaat hadden gekregen, de poorten hadden geopend. Even later was De Rochefort daarop onaangekondigd in de vroedschapsvergadering verschenen. Het vroedschapslid Peter Both van der Eem had zijn Oranje sjerp maar snel onder zijn rok verborgen! De Rochefort had om de sleutels van twee van de stadspoorten gevraagd. Hij kreeg ze allemaal. Utrecht was gevallen!

Een langwerpige tekening van een panorama van de stad Utrecht gezien vanaf een afstand. Op de voorgrond zijn diverse kleine figuurtjes te zien die diverse activiteiten uitvoeren of naar de stad. in de stad zijn heel veel torens, kerktorens, molens en andere gebouwen te zien met hier en daar bomen. Halverwege zijn diverse bosjes te zien. In het midden een brede sloot met daarover een brug en er vaart een bootje.
Profiel van de stad Utrecht uit het westen gezien, van de Catharijnepoort tot en met de Bijlhouwerstoren. H. Saftleven, 1669. Collectie: Het Utrechts Archief.

Utrechtse voorwaarden

Maar Welland en zijn medeafgezanten stelden, alsof er niets gebeurd was, een lijst op met capitulatievoorwaarden en vertrokken weer naar het Franse hoofdkwartier. Ze hadden een lijst van tien punten gemaakt waaraan de Franse koning moest voldoen. Lodewijk ging met acht van de tien voorwaarden akkoord.

Op 25 juni waren ze terug met de capitulatievoorwaarden. De meeste eisen van de Utrechters waren ingewilligd. In ruil voor de eed van trouw aan de Franse koning zouden religie, privileges en de regering gehandhaafd blijven. Een andere belangrijke eis van de Fransen was dat de rooms-katholieken geloofsvrijheid zouden krijgen. Het verdrag werd op 26 juni getekend.

Een prent met een watertje met op beide oevers bebouwing. Op de rechteroever staat rechts een torentje met spits dak. Voor het torentje staat wat struikgewas. Rechts van het torentje loopt een pad omhoog waar enkele wandelaars te zien zijn. Links van dat pad loopt een muurtje. Aan het pad liggen links en rechts een huis. Op de linkeroever is ook een pad te zien dat naar het watertje loopt. Links van het pad staan een paar huizen en een stukje grasland en een paar bomen. beneden. Bovenaan het pad staan een paar mensen. Rechts van het pad is een stukje grond en een muurtje met daarnaast een kade dat naar een poortje met een spits dak leidt. In het midden van de tekening loopt een watertje tussen Vooraan de tekening is een watertje te zien met een roeibootje met twee mensen erin. Ook is er een ruiter te paard te zien. Het paard staat in het water en drinkt eruit.
Gezicht op de toren De Hond op de stadswal van Utrecht, Herman Saftleven, 1619 – 1685. Collectie Rijksmuseum.
BronnenFeiten
Centraal Museum Utrechtde overgave van de stad Utrecht
Dreikämper, Petra (1998). Redeloos, radeloos, reddeloos, De geschiedenis van het Rampjaar 1672. Hilversum: Verloren.h4, p. 43. Volgens Dreikämper gingen op 19 juni koeriers naar de Fransen. De twee burgemeesters overhandigen De Rochefort de stadssleutels bij de stadspoorten.
Panuysen, Luc (2009). Rampjaar 1672, Hoe de Republiek aan de ondergang ontsnapte. Amsterdam: Atlas Contact.p. 159 Volgens Panhuysen vroeg De Rochefort in de vergadering de stadssleutels van twee van de stadspoorten en kreeg ze allemaal overhandigd. Geen vermelding van toelating De Rocheford bij stadspoort.
Welland c.s. gaan terug naar Franse hoofdkwartier t.b.v. capitulatievoorwaarden op 25 juni.
Panhuysen heeft het vaak over ‘een paar dagen eerder ‘. Het lijkt alsof de data dan niet helemaal kloppen.
Bruin, R. E. de, ’t Hart, P. D., van den Hoven van Genderen, A. J., Pietersma, A., & Struick, J. E. A. L. (2003). Een paradijs vol weelde. Geschiedenis van de stad Utrecht. Utrecht: Matrijs.p. 291 Volgens Faber en Rommes op 18 juni koeriers. De Rochefort voor Wittevrouwenpoort, twee burgemeesters laten hem binnen, zonder mandaat. Hij kreeg sleutels in vroedschapsvergadering.
Ik heb voor deze versie gekozen vanwege de autoriteit van R.E. de Bruin op het gebied van de geschiedenis van Utrecht.
Lammers, Merle (2021). ‘Och, ons liefve vaderlant is wel in een seer droefvige staet’. De Hollandse Oorlog in de Republiek (1672-1674) door de ogen van tijdgenoten. Leiden: MA Scriptie Militaire Geschiedenis.p. 34 De twee burgemeesters overhandigen De Rochefort de stadssleutels bij de stadspoorten (bron Dreikämper!)

Gerelateerde berichten

Series Navigation<< Utrecht vraagt ‘sauvegarde’De ‘sleuteldragers’ van Utrecht >>
Series Navigation<< Utrecht vraagt ‘sauvegarde’Verwoeste kastelen en buitenplaatsen >>
Dit verhaal is deel 7 van 10 in de serie Rampjaar: Hollandse Oorlog
Dit verhaal is deel 4 van 7 in de serie Rampjaar in Utrecht