Vieren of niet vieren, dat is de vraag

Margaretha benoemt Kerstmis wel, maar heeft het nooit over het vieren van Kerstmis. Kerstmis is meer een ijkpunt in de tijd voor andere gebeurtenissen: uitbetalingen of afspraken die voor Kerstmis gedaan of nagekomen zullen worden. Hetzelfde geldt overigens voor Pasen en Pinksteren.

In een markstandje zit een vrouw met voor zich palmpasentakken in een ton. Een man en vrouw bekijken ze en kiezen er één uit. Eronder de tekst: Gepalmde Paasschens Stoksieraaden, Met Vygen, Koek en Ei gelaaden, Gekroond met een gebakken Haan, Zyn Kinderen ten vreugdeteken, Dat nu de Vasten is geweken, Men 't Feest van Paasch zal vieren gaan.
Pasen, A. Robyn (gravure) en weduwe Cornelis Visser (uitgever), 1715-1813. Fragment van blad met De feestgetyden, die men is gewoon te vieren. Collectie Rijksmuseum.

Kerst, Pasen en Pinksteren

Tijdens de Synode van Dordrecht (1574) was het volgende besloten: ‘Aangaande de feestdagen naast de zondag is besloten dat men met de zondag alleen tevreden zal zijn. Doch men zal de gewone stof van de geboorte van Christus ’s zondags voor de Kerstdag in de kerk behandelen…’ Uiteraard was dit niet te handhaven en werd dit na vier jaar terug gedraaid. Het vieren van Kerst bleef iets waar door verschillende gelovigen en geloofsstromingen heel anders tegenaan gekeken werd. In de rijke Gouden Eeuw werd Kerst ook al op luxe wijze gevierd door de mensen die het zich veroorloven konden. En ook voor hen waren naastenliefde en wat we nu ‘de kerstgedachte’ noemen belangrijk wat betreft armenzorg en bedeling. 

Voor een groep huizen staat verschillende mensen te zingen, een vrouw gaat rond met een centenbak. Eronder de tekst: 't Is Pinkster; en die Wyven zingen, Van Maget Jans, en andre dingen! Zy lopen met Twee Kindren om, Die dus de Pinksterbloem vertoonen, In 't Wit, gesierd met Herderkroonen; Maar 't is om Duiten in de Kom.
Pinksteren, A. Robyn (gravure) en weduwe Cornelis Visser (uitgever), 1715-1813. Fragment van blad met De feestgetyden, die men is gewoon te vieren. Collectie Rijksmuseum.

De prenten op deze pagina komen van een blad met acht voorstellingen van de kalenderfeesten: Nieuwjaar, Driekoningen, Vastenavond, Palmpasen, Pinksteren, kermis, Sint-Maarten en Kerstmis. Onder elke voorstelling een vers in twee kolommen. Het blad is ruim gedateerd: 1715-1813. Het is een Amsterdamse uitgave, dus kan zowel protestants als katholiek zijn. De gedichtjes onder de feesten geven een idee hoe er gevierd werd.

Op straat staan diverse mensen rondom een ster. Één staat duidelijk te zingen, een ander gaat rond met een centenbakje. Eronder de tekst Hier zingt men blyde Kerstfeestzangen, Doch 't is om duiten maar te erlangen; Men draait daarom de Ster alleen Hoe meer die Zangsters samenschooijen, Hoe meer zy lustig daar voor pooijen: De winst moet door het keelgat heen.
Kerstfeestzang, A. Robyn (gravure) en weduwe Cornelis Visser (uitgever), 1715-1813. Fragment van blad met De feestgetyden, die men is gewoon te vieren. Collectie Rijksmuseum.

Nieuwjaarswensen

Voor het vieren van oud en nieuw zijn er ook geen aanwijzingen, maar Margaretha wenst haar man wel altijd een gelukkig nieuwjaar. In de tabel hieronder staat hoe ze dat doet. Sommige brieven zijn dubbel gedateerd, dit heeft met de overgang van de Juliaanse naar de Gregoriaanse kalender te maken. Er werden tien dagen overgeslagen en Margaretha dateert een periode dubbel, maar niet heel consequent.

2 januari 1673ick wensche uhEd hiermeede Een
geluck salich nieuwe ijaer met
meerder rusten minder sonde1zonden
te beleefve
6 januari 1680waermeede naer uhEd
Een gelucksalich nieuijaer met veel gesont
heit en voorspoet te wensche
5 januari 1681 en 26 december 1680ick sal nu neffens al onse liefve kints kindere
uhEd Een gelucksalich nieuwe ijaer met alle
soorte van geluck en heijl van ganscher har=
tee toe wensche,
31 december 1681en merge in hollant nieuweijaers
dach inwelcke uhEd alle geluck heijt
voorspoet en gesontheijt in dit leefve en
hier naer de Euwige gelucksalicheijt
van ganscher harte wens
25/15 december 1683ick
wensche hier bij ock wt gront mijns harte
uhEd in dit aenstaende nieuw ijaer alle
geluck en gesontheijt en seegen niet all
leen dit maer noch veelle ijaere,

Geld kado

Voor de kleinkinderen is het ook een plicht om groote papa een nieuwjaarsbrief te schrijven. Margaretha stuurt de brieven mee met haar brief. In 1681 schrijft ze zelfs dat de kinderen aan het studeren zijn om hun nieuwjaarsbrieven aan groote papa in het Frans te schrijven. Een jaar later, in 1683, is haar wel duidelijk waarom de kleinkinderen hun best doen aan hun plicht te voldoen: ze gaan ervan uit ‘de groote papa’ weer in de beurs zal tasten… Weer een jaar later moppert Margaretha zelfs: “t is al om t hebbe te doen”. Zo zijn de kinderen tegenwoordig helemaal niet meer! Toch?

In een straat staan verschillende mensen. Rechts trekken twee mannen aan de bel van een huis, de één heeft een soort mok in de hand, de ander een brief. Op de voorgrond laat een man een vrouw een afbeelding zien. Eronder de tekst 't Is Pinkster; en die Wyven zingen, Van Maget Jans, en andre dingen! Zy lopen met Twee Kindren om, Die dus de Pinksterbloem vertoonen, In 't Wit, gesierd met Herderkroonen; Maar 't is om Duiten in de Kom.
Nieuwjaarsdag, A. Robyn (gravure) en weduwe Cornelis Visser (uitgever), 1715-1813. Fragment van blad met De feestgetyden, die men is gewoon te vieren. Collectie Rijksmuseum.
Archieven
HUA 1001.2723 Brieven gericht aan Godard Adriaan van Reede afkomstig van zijn echtgenote Margareta Turnor, 1673 jan.-sep.Brief van 2 januari 1673
HUA 1001.2725 Brieven gericht aan Godard Adriaan van Reede afkomstig van zijn echtgenote Margareta Turnor, 1679 nov.-1681 decBrief van 6 januari 1680
HUA 1001.2727 Brieven gericht aan Godard Adriaan van Reede afkomstig van zijn echtgenote Margareta Turnor, 1681-1682Brief van 5 januari 1681 en 26 december 1680
Brief van 31 december 1681
HUA 1001.2727 Brieven gericht aan Godard Adriaan van Reede afkomstig van zijn echtgenote Margareta Turnor, 1684Brief van 25/15 december 1683

Gerelateerde berichten