Toen Margretha het huys bouwde had zij zich voorgenomen, dat dit het mooiste “salet” van Nederland moest worden. Tijdens de bouw van het kasteel werden overal de beste materialen vandaag gehaal, maar wat je van ver haalt, of krijgt, is niet altijd lekkerder.

Geschonken hout

Een vloer die open ligt. We zien de planken in de lengte richting en tussen de planken ziet je de balken waar ze op liggen. Aan het eind van de foto zit iemand te werken en halverwege staat er iemand voorover gebogen over een plank.
De vloer van de grote zaal tijdens de restauratie, januari 2007.

Boven de schouwen in het salet hangen schilderijen van Keurvorst Frederik Willem I van Brandenburg en zijn vrouw Dorothea van Sleeswijk-Holstein-Sonderburg-Glücksburg. Tijdens het in brand steken van het kasteel was Godard Adriaan van Reede aan het hof van de keurvorst. Die hoorde natuurlijk ook dat Amerongen in de vlammen was opgegaan. Aangezien zij wel goed met elkaar konden opschieten besloot hij Godard Adriaan 800 bomen uit zijn Brandenburger bossen te schenken. Die zijn allemaal hier naar toe gekomen over het water gebonden als vlotten, met schepen of anderszins. Ze zijn vervolgens gezaagd en gedroogd en in het hele kasteel verwerkt.

Kwaliteit voor de grote zaal

Van dat hout zou ook de vloer van de grote zaal gemaakt moeten worden, echter Margaretha, een vrouw die wist wat ze wilde, schrijft dat het geen gezicht is. De planken zitten vol noesten en hartscheuren, veroorzaakt door het drogen. Bovendien vond zij dat de planken aan één stuk over de volle breedte, dus van muur naar muur gelegd moesten worden. Dat zou het mooiste uitkomen. Maar dat kon met dit hout niet.

Haar man doet verwoede pogingen om aan haar wens te voldoen en inderdaad komen er een 40-tal planken uit Duitsland. Maar wederom blijkt na aankomst dat het toch geen mooie kwaliteit is. Wat nu? Zij geeft de “aannemer” meesterstimmerman Hendrik Schut, die zij in Amsterdam had leren kennen, opdracht om hout te zoeken. Dat kwam goed uit want hij was ook toevallig houtkoper van beroep.

Mooi maar duur

Op 27 juni 1682 schrijft Margaretha naar haar man (zij hield hem van alles op de hoogte). “De deele die Schut tot ons groot salet gekocht heeft en alhier sijn, sijn fraeij en hebbe de volkoomene lenckt rijckelijk (13 meter) van het salet. Koste het stuck 20 en 25 f., bedraege saeme over de ses hondert gulde. ‘t is veel gelt, maar ‘t salet kan so niet blijve legge.
Bovendien is de vloer er los in gelegd, ook al niet een goedkope oplossing.

Brieffragment over de planken voor de vloer van de grote zaal (het groot salet)

uhEd aengenaeme vande 16 deeser heb ick ontfange en
sal de sluijs volgens deselfs begeerte sonder die weer
op te laete maecke tot uhEd weer thuijs koome
laete legge, daer doch als noch door dient water
niet aen kan gedaen worden, de deelle die schut1Hendrik Geurtsz Schut
tot ons groot salet gekocht heeft en al hier sijn
, sijn fraeij en hebbe de volkoomene lenckt rijckelijck
vant salet, koste het stuck 20 en 25f bedrage
saeme over de seshonde gul, tis veel gelt, maert
salet kan so niet blijfve legge, [so haest het]

Gerelateerde berichten