Mijn heer en lieste hartge

Tag: Zwangerschap

Enerverende tijden

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 30 juni 1667 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede
Lees hier de originele brief

Eindelijk weer in Amerongen! Margaretha is met haar zoon en de hoogzwangere Philppota aangekomen. Ze maakt zich nogal zorgen, want het is Philippota’s eerste zwangerschap en ‘ze loopt nogal op het eind’. Tegenwoordige is een bevalling eigenlijk alleen een roze wolk en vergeten we voor het gemak alle minder aangename zaken die er omheen hangen. Tot in de twintigste eeuw was de dood in het kraambed één van de belangrijkste doodsoorzaken van vrouwen. Vooral bij het eerste of tweede kind was de kans op overlijden hoog. Gelukkig komt ook Philippota’s moeder naar Amerongen: met twee ervaren vrouwen moet het lukken. Toch voel je Margaretha’s zorgen.

Brieffragment over de zwangerschap van Philippota

Amerongen den 30 ijuin 1667

Mijn heer en lieste hartge

gistere avont sijn wij met de vrou van ginckel en
onse soon hier gekoomen het welcke mijns oordeels
tijt is wantse begint al heel pijnlijck te gaen hoe
wel naer haer reeckenin sij noch wel ontrent
Een maent of vijf weecke sal moeten gaen nu
sij hier is ben ick so veer gerust en moete wij met
paesijensie1Patientie: geduld afwachte wat de heer almachtich
ons geefven sal, de vrou van Middachte2Margaretha van Leefdaal, moeder van Ursula Philippota sal so
se seijt binne veertiendaege volge en ock hier koome
ick sal met godt wel sorchge drage voort doope
vant kint en wat daer toe dient, wij doen noch
dagelijcks ons beste ontrent de Persoon vande vrou
van ginckel dan dewijlle sij so opt leste van haer
dracht is moete wijt al met diskreesie in alles gaen
ick hoop noch als het beste, [hierkoomende ontfan]

Als alles maar aankomt

Met Godard Adriaan gaat het goed en daar is Margaretha zeer verheugd over. Het tinnen servies is overgekomen, maar het schilderij van Cromwell sukkelt nog een beetje. Margaretha hoopt dat dat eindelijk is aangekomen, net als de goede tijding over de vloot! Margaretha maakt niet veel woorden vuil aan de tocht naar Chatham. Ze gaat ervan uit dat Godard Adriaan de officiële verslagen wel binnen zal krijgen. Maar Admiraal van Ghent en de Ruwaard van Putten (Cornelis de Wit) verdienen volgens Margaretha alle eer.

Brieffragment over brieven, tin en Cromwell
Brieffragment over de tocht naar Chatham

ick hoop noch als het beste, hierkoomende ontfan
ge ick u uhEd schrijfve vande 21 deeser tis ons
van harte lief daer wt te sien uhEd welvaerent
heijt hoope het selfve lange sal kontiniweere ,
tis goet dat uhEd het tin Entelijck heeft ont
fange doet mij leet dat de selfve daer so lange
meede ontrijft is geweest dan dat is nu over
de schilderij van kromwel hoope ick niet dat
so lange onderweechge sal sockelen maer dat

uhEd die nu al heeft, alsmeede de goede tijdin
van onse scheeps vloote , die ick niet twijfele of
sal uhEd de pertikulaerijteijte daer van
wt den haechge geschreefve sijn waer toe mij
reefereere uhEd kan dencke hoe men hier daer
in verheucht is, hier heeft den Admirael gent
en de ruwert van putte geen kleijne Eere in
geleijt, de heer die hier voor gedanckt moet sijn
wil onse wapenen voort seegenen en geefve
wij nu te beeter tot Een gewenste vreede
moogen geraecken, [ick heb hier de heer sij]

Tekening van een oorlogsschip met een bijzonder rijkversierde achtersteven. Bovenin is het wapen van Engeland te herkennen dat door een Leeuw en een Eenhoorn gedragen wordt. De masten zijn niet afgemaakt. Onder de afbeelding staat De Royale Charles. Lange 170 Wijt 42 voet.
Schip de Royal Charles, Abraham Storck, 1672. Collectie Rijksmuseum

De dood van de prinses

Thuis is verder alles goed, het is niet zo droog als op Middachten en Margaretha kan nu aan de slag met de opdracht van Godard Adriaan: de muur repareren en de gracht uitgraven. Ze eindigt de brief met de dood van de vrouw van de keurvorst: Louise Henriette van Oranje, de oudste dochter van Frederik Hendrik en Amalia van Solms. Louise Henriette was kort te voren nog bij haar moeder in Den Haag geweest, dus dat bedoelt Margaretha waarschijnlijk met de moeilijke reis. Kort voor haar dood schreef Louise Henriette: ‘ik heb wel geen reden om naar mijn dood te verlangen; ik bemin de keurvorst, mijn heer, hartelijk en zo ook mijn lieve kinderen; maar ik wil gaarne mijn God gehoorzaam wezen’. Louise Henriette was de oermoeder van de Brandenburgse en Pruisische vorsten en uiteindelijk de Duitse keizers. Margaretha zou trots geweest zijn, als ze geweten had dat een nazaat van Louise Henriette nog anderhalf jaar in haar kasteel zou wonen.

Brieffragment over de dood van de keurvorstin.

ick kan niet segge so bedroeft ick en meest
alle mensche om de doot vande goede keurvors
tin van brandenburch ben, sij most noch
voort lest van haer leefve hier so melankolijck
den heelle winter sitte en so Een moijlijcke reijs
hebbe, dit gaet onse kindere in haer affaerees
ock teegen, dan de wil des heere moet geschie
de in wiens heijlige bewaerine uhEd beveele
en blijfve
Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff en
dieners M Turnor

In het midden staat de keurvorst met een grote bos lanf krullend haar een brokaten gewaard en een hermelijnenmantel. Rechts naast hem zijn vrouw in een zwart fluwelen jurk die afgezet is met hermelijn. Op haar schoot heeft ze een naakte baby die naar zijn broer gewend is die naast hen staat. Aan de andere kant van de keurvorst de beoogde troonopvolger Karl Emil die een podium beklimt met de kroon in zijn handen. Op de achtergrond twee pilaren met daar tussen een fluwelen gordijn. Boven aan het schilderij de drie jong gestorven kinderen van het stel als engeltjes: een jongetje en een tweeling.
Keurvorst Friedrich Wilhelm von Brandenburg (1620-1688) met zijn eerste echtgenote Louise Henriette van Oranje-Nassau (1627-1667), hun zonen Karl Emil (1655-1674) en Friedrich (1657-1713) en de kort tevoren geboren Ludwig (1666-1687). Collectie: Stiftung Preußische Schlösser und Gärten Berlin-Brandenburg.
  • 1
    Patientie: geduld
  • 2
    Margaretha van Leefdaal, moeder van Ursula Philippota

De kracht van de korte herhaling

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 2 februari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 19 februari 1673 Bielefeld
Lees hier de originele brief

Margaretha begint weer met een relaas over de post. Zowel de brieven van haar man als haar eigen brieven arriveren traag op de bestemming. Ze krijgt soms brieven die drie weken oud zijn! Deze brief houdt ze kort.

IJs, ijs en nog eens ijs

Het heeft nu 4 à 5 dagen flink gevroren. In de nacht ontstaat een sterke laag ijs, wat iedereen weer doet vrezen voor een overtocht van de Fransen. Hoewel er ook mensen zijn die zich minder zorgen maken. Het staatse leger is nu dichtbij en zij zouden – ijs of geen ijs –de nodige bescherming kunnen geven. In Utrecht echter werven de Fransen weer nieuwe troepen. Maar in Den Haag worden de paarden van de compagnie ook weer van stal gehaald en gereed gemaakt. Het blijft moeilijk met deze bekommeringen te moeten leven op dit moment, verzucht Margaretha.

Tekening van een man met een grote hoed , een grote kraag, een ruimvallend jack en een broek, We zien hem op de rug en op zijn rug hangt een zwaard. Hij kijkt naar schetsmatig opgezette schaatsers op het ijs.
Officier die naar schaatsers staat te kijken, Gerard ter Borch (II), na 1633 – ca. 1634. Collectie Rijksmuseum.

Het huis in Amsterdam

Het huis in Amsterdam, wat nog steeds door Margaretha gehuurd wordt, zal vanaf mei door anderen worden overgenomen. Dit brengt haar weer de nodige zorgen: ‘ick weet niet hoe ickt maecke sal so wij wttrecht voor de soomer niet weer krijgen’. Waar moet ze alle spullen uit Amsterdam laten als ze niet terug kunnen naar Utrecht? Ze vreest ervoor dat ze genoodzaakt is een ander huis in Amsterdam te huren.

Brieffragment huis in Amsterdam

[het welcke de heer almachtich wil seegene], het
huijs dat wij te Amsterdam hebbe is teegens
toekoomende meij verhuert, ick weet niet hoe
ickt maecke sal so mij wttrecht voor de soomer
niet meer krijgen, derf ick ons goet van Amster
=dam niet hier brenge ock met het kraeme vande
vrou van ginckel niet wage, vreese genootsaeck
te sulle sijn teegens meij Een ander huijs al
daer te hueren, salt noch Een maent of
ses weecke insien wat met komste de heere
ons mocht geefven, binne wijlle blijfve
Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff

Rekenen…

Want dan heb je ook nog de zwangere schoondochter. Margaretha heeft zitten rekenen en verwacht de baby precies dan wanneer het niet uitkomt- rondom het opzeggen van de huur in Amsterdam dus. Maar goed, ze zal het nog een maand of zes weken afwachten…eens kijken wat de Heer met hun toekomst van plan is.

Bruine penseeltekening Op de voorgrond een vrouw in de weer met waskom en linnenmand, links vrouwen en kinderen om een tafel, op de achtergrond bij de schouw een vrouw met een zuigeling op schoot, naast een wieg. Naast de wasmand zit een hond, naast de schouw een kat. Het licht valt van links door de ramen naar binnen. Op de achterwand hangen schilderijen. De schouw is hoog met aan weeszijde pilaren en daarboven een groot schilderij. In de vensterbank staat een vaasje met bloemen.
Interieur van huis met vrouwen en kinderen, Zacharias Blijhooft, 1671. Collectie Rijksmuseum.

P.S. een sterfgeval

Er volgt nog een p.s. Toch nog een nieuwtje dus, want het voorgaande is eigenlijk het herhalen van de zorgen die ze al had. Maar ze schrijft dat ze vorige keer vergeten was te zeggen dat de oude Rijngraaf is gestorven (Frederik Magnus van Salm). Hij is in stilte begraven. Margaretha kan het niet laten te schrijven over de verdeling van de functies die door zijn sterven zijn opengevallen. De een zijn dood is de ander zijn brood…

Naschrift

met de leste post
heb ick vergeete
te segge dat den
oude rhijngraef1Frederik Magnus van Salm
gistere acht daech
tot Maestricht is gestorfve
en daer in stillicheijt is begraefve
sijn kompangi heeft den jonge donau2Waarschijnlijk Wilhelm Albrecht von Donha
het goevernement seijt me dat den heere
wurts3Paul Wirtz hebbe sal, en mompelijan4Armand de Caumont, marquis de Montpouillan het
luijtenantgeneral

  • 1
    Frederik Magnus van Salm
  • 2
    Waarschijnlijk Wilhelm Albrecht von Donha
  • 3
    Paul Wirtz
  • 4
    Armand de Caumont, marquis de Montpouillan

Drama

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 7 november 1672 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 12 november 1671 Rüsselsheim
Lees hier de originele brief

In de afgelopen periode herhaalde Margaretha vaak haar verhalen in de brieven. Daar zat een praktische reden achter: ze wilde geen brief overslaan en ze wist niet welke brieven haar man wel en welke hij niet gekregen had. In deze brief heeft ze niet de luxe zichzelf te herhalen: er gebeurt opeens zoveel tegelijk… En het is een drama.

Geld

Het meest verontrustende is dat tijdens de veldtocht met de keurvorst Godard Adriaans rustwagen verdwenen is en vervangen moet worden. De zekerheid van een slaapplaats bij het eindeloze reizen en het slechte weer is onontbeerlijk. Hij heeft die rustwagen dus echt nodig. Hij heeft de raadspensionaris al benaderd en nu spreekt ook Margaretha Gaspar Fagel hierover aan. De relatie tussen die twee loopt inmiddels niet zo goed meer. Margaretha moet nog steeds geld krijgen voor het werk van haar man. Volgens de heren van de Staten van Holland is het geld betaald en is het aan Fagel om een uitbetaling te doen. Fagel belooft al zes weken dat hij werk zal maken van de betaling en heeft haar de laatste keer laten afwimpelen met de mededeling dat hij weet van haar zaak. Margaretha weet niet wat ze ervan moet denken.

Eerste brieffragment over het krijgen van geld
Tweede brieffragment over het krijgen van geld

weegens de versochte ses duijsent gul is noch
niet gedaen se segge het alleen staet aenden
heere raet pensionaris fagel die weegens men
heere van hollant aende generaelijtijt moet
voorbrenge en segge dat hollant inde post
van defroijemente1Defroyement: Onkostenvergoeding over heeft betgelt2Begelden: Betalen en ver
=soecke dat het geene sij nu so aen uhEd als
anders sulle avanseere3Avanceren: voorschieten het selfve haer opt
toekoomende ijaer mach werde goet gedaen
dit heeft hij heer raetpensionaris nu meer
als ses weecke geleede aengenoome en belooft
te doen maer stelt het van dach tot dach
wt daer komt niet van ick heb hem gesocht
doen ick laest hier was hier over te spreecke

dan liet mij segge ick hem woude Exskuseere dat
hij mijn saeck wel wiste, en anders niet, ick sal
hem Evewel alweer soecke te spreecke en sien
watter van sal koomen, weet niet wat ick sege
of dencke sal, [dat uhEd so weijnich briefve van]

Informatie

Als diplomaat is het belangrijk dat je vanuit je thuisland voldoende informatie krijgt. Kennelijk heeft Godard Adriaan in zijn brief geklaagd, dat de informatievoorziening vanuit de Republiek spaak loopt. Zelfs van zijn oom en politieke partner in Utrecht, Johan van Reede van Renswoude, lijkt geen informatie te komen. Margaretha heeft wel gehoord hoe het kan komen, maar durft het bijna niet hardop te zeggen. Ze gebruikt een afkorting. Misschien in de hoop dat een ongewenste meelezer er overheen leest?

Brieffragment over het gebrek aan infromatie bij Godard Adriaan

[of dencke sal,] dat uhEd so weijnich briefve van
hier krijcht en van die sijn oom4Johan van Reede van Renswoude so placht te ont=
sien is mij in groote konfidensi geseijt dat hem aen
uhEd te schrijfve Espres van s h5Sijn Hoocheijt, Zijne Hoogheid, de prins van Oranje zelf… is verboode sonder
dat ick de reedenen daer van kan verneemen,

Margaretha gebruikt dit ongeloofwaardige nieuws om een bruggetje te maken. Ze heeft eerder wel naar Godard Adriaan gereageerd dat ze hem alleen maar op de hoogte wil houden, want dat hij zich niet kan voorstellen hoe het hier echt aan toe gaat. Dat heeft ze nu met deze openbaring wel bewezen! Dit is gelijk voor haar een aansporing om een klaagzang aan te heffen over hoe zwaar zij het heeft, zeker met die vier arme kleine kinderen…

Brieffragment over Margaretha's bekommeringen

uhEd vindt vreemt dat ick in mijn briefve somtijts
overt Een ent ander klaechge maer hij weet niet
hoet hier in alles staet, och och die verseeckert
mocht weesen hier deese winter te mooge blijfve
en gerust op sijn bedt te mooge ruste, vier sulcke
kleijne onnoosele g soete kindere en Een swan
gere vrou geeft mij geen kleijne bekomerin
doch stel alleen mijn vertrouwe op dien al=
moogende en barmhartige godt die ick hoope
mij ten beste sal redde, [den vijant heeft weer]

Gravure van brandende huizen aan een vaart. Er zijn op verschillende plekken soldaten en een ongewapende burger valt neer. Er wordt geschoten vanaf een schip.
Gezicht op het dorp Waverveen tijdens de plundering en brandstichting door de Fransen in 1672. Isaäc Sorious, 1672). Collectie Het Utrechts Archief

Waverveen

Dat die angst van Margaretha niet ongegrond is, heeft de vijand weer eens bewezen. Ze hebben het dorp Waverveen platgebrand en om haar verhaal extra kracht bij te zetten schrijft ze over een vrouw die nog maar 24 uur daarvoor bevallen was, die met haar kindje verbrand is.

Brieffragment over Waverveen

mij ten beste sal redde, den vijant heeft weer
voorleedene vrijdach snachts Een dorp genaemt
waefvereveen Een half eur vanden wthoorn
op acht plaetse aen brant gesteecken dat gans
af gebrant is Een kraem vrou die 24 Eure
kraems was met haer kintge verbrant, dit
sijn imers seer schricklijcke dinge diemen
dagelijcks hoort daermen wel vervaert van
mach sijn, [de vrou van de kloese schrijft aende vrou]

Het is natuurlijk de vraag of Godard Adriaan dit verhaal geloofde, of dat hij ook hier denkt dat zijn vrouw overdrijft. Het platbranden van Waverveen was inderdaad een gruweldaad, maar de kraamvrouw en haar baby kwamen niet om. Uiteindelijk worden er 59 huizen verwoest en is er een tiental doden.

Gelderland

Een volgend punt van zorg is hoe Margaretha kan voorkomen dat haar schoondochter, Ursula Philippota, naar Gelderland gaat. Haar schoondochter krijgt een brief van een bekende waarin staat dat de Fransen in Gelderland het goed van een aantal Staatsgezinde edelen en burgers zonder uitstel wil verwoesten. Het huis van Ursula Philippota’s man, de heer Van Ginkel, wordt hierbij expliciet genoemd. Middachten is het familiehuis van Ursula Philippota, waar haar familie al eeuwen woont. Hierdoor is Ursula Philippota zo ongerust geworden en ze vraagt zich af of ze dit zou kunnen beletten door naar haar huis in Gelderland af te reizen. Margaretha doet wat ze kan om haar daarvan te weerhouden.

De veldtocht

Ondertussen is de Heer van Ginkel zelf onderweg met een gigantisch leger. Men zegt dat ze naar Luik gaan. Margaretha tekent de bewegingen van de troepen even uit.

Brieffragment over de troepen

[roosendael is in gelderlant,] de heer van ginck
kel is mee met de ruijterij daer tien duijsent
tevoet bij sijn en 14000 te paert, men seijt
nu dat die naert lant van luijck sulle gaen
hoope der sorch sal gedrage worde dat de
poste hier bewaert sulle blijven, men seijt
dat lutsenburch6François Henri de Montmorency Bouteville, Hertog van Luxemburg met 3000 ruijterij naer
weesel is en datter noch so te kuijlenburch7Culemborg
als te wttrecht en voort int sticht onrent de tien duijsent
man is, turaeijne8Henri de la Tour d’Auvergne, burggraaf van Turenne hout men hier so sterck
niet als geseijt wort, de raetefikasie9Ratificatie: officiële bekrachtiging van overeenkomst vande
keijser is vandaech gekoome daermen wel
meede te vreede is, [hoe lameer op sijn]

Quaps

In deze brief geen woord over de ziekenboeg in huis. Alleen de Vrouw van Ginkel is inmiddels twee brieven “quaps”. Kwaps betekent onwel of misselijk. Waarschijnlijk heeft Margaretha dus gelijk en is ze inderdaad zwanger.

  • 1
    Defroyement: Onkostenvergoeding
  • 2
    Begelden: Betalen
  • 3
    Avanceren: voorschieten
  • 4
    Johan van Reede van Renswoude
  • 5
    Sijn Hoocheijt, Zijne Hoogheid, de prins van Oranje zelf…
  • 6
    François Henri de Montmorency Bouteville, Hertog van Luxemburg
  • 7
    Culemborg
  • 8
    Henri de la Tour d’Auvergne, burggraaf van Turenne
  • 9
    Ratificatie: officiële bekrachtiging van overeenkomst

Zwangerschapsirritatie

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 3 maart 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 14 maart 1672
Lees hier de originele brief

Philippota’s baby is nog steeds niet geboren en je ziet de irritatie bij Margaretha week na week groeien. Op 6 februari is er nog iets meer begrip dan irritatie. Ze wilde wel naar Den Haag, maar zoals Philippota zich voelde was dat onmogelijk. Nu voelt ze zich gelukkig beter, dus hoopt Margaretha dat de verlossing niet lang op zich laat wachten. Maar ze heeft er toch heel wat bekommering mee.

Brieffragment over de zwangere Ursula Philippota

[verseeckert sulle weesen,] de vrou van ginckel1Philippota is getrouwd met de Heer van Ginkel, Margaretha’s zoon Godard
die nu vijf weecken hier is geweest en vant
begin aff van Eur tot Eur heeft gemeent
te kraeme gaet noch al dat mij wel in
geduerichge bekomerin hout, men seijt
wel dat ick met haer naer den haech
sou gegaen hebbe, dat is vant begin af
dat se hier is geweest onmoogelijck ge-
weest so heeft se haer van tijt tot tijt
gevoelt, nu isse, beeter als oijt daerom
ick hoope sij haest sal koome te kraeme
het welcke ons den almachtigen godt
wil geefve en dat se Een goede verlosi
en gesonde vrucht en kraem mach
hebbe, kan niet segge in wat bekomerin
ick geduerich in deese bekomerlijcke
tijde met haer ben [nu de heer almach]

Margartha aan haar man op 6 februari 1672
Anatomisch model van een zwangere vrouw
Anatomisch model van een zwangere vrouw gemaakt van ivoor. Toeschrijving: familie Zick / deels naar ontwerp van: Stephan Zick (1639 – 1715). Collectie Museum Rotterdam

Bepakt en bezakt

Een week later, op 11 februari, begint Margaretha een beetje te mopperen. Alle spullen staan nu al een maand ingepakt klaar zodat ze direct kunnen vertrekken, maar Philippota is nog steeds niet bevallen. En nu durft ze ook niet meer te reizen, want stel je voor dat ze onderweg bevalt! Margaretha hoopt maar dat het rustig blijft voorlopig.

Brieffragment over de zwangerschap van Ursula Philippota van 11 februari

te sende, ons silver koffer met noch
twee met linne hebbe wel Een maent
gepackt gestaen om ofter op Aen quam
dat ment maer op de wagen heeft te
setten, de vrou van ginckel kan so heel
opt lest sijnde niet reesolveere besluiten haer op
reijs naer den haech te begeefve vreest
al of se onderweech mocht koome te
kraemen hoope wij dien tijt hier noch
in ruste sulle sijn, sij heeft haer veel
te seer misreeckent, so haest dat over
is sal mij met het onse naer den haech
begeefve, [hier meede blijfve]

Margaretha aan haar man op 11 februari 1672

Wachten…

Op 15 februari heeft Margaretha besloten de kraam dan maar op Amerongen af te wachten en op 18 februari noemt ze haar schoondochter niet eens. Op 22 februari geeft ze aan dat ze zelfs een deel van de zaken niet heeft kunnen regelen, omdat ze Philippota niet alleen thuis durft te laten. Die denkt inmiddels al zeven weken dat ze elke dag kan bevallen. Op 26 februari verzucht ze dat het zo lang gaat duren als God het wil en de 29e rept ze met geen woord over haar schoondochter: zijn er belangrijker zaken te vertellen?

Links een man in een bruine kamerjas met daaronder een wit hemd, die een ronde fles omhoog houdt en er naar kijkt. Daarnaast een blanke jonge dame met opgestoken haar een ruimvallende lichte jurk en daarover een rode mantel. Ze is duidelijk zwanger, haar arm rust op haar buik. Achter haar een oudere vrouw in het donker gekleed met een tas aan haar arm. Ze houdt alles in de gaten.
Een arts controleert de urine van een zwangere vrouw, 18e eeuws, Nederlands. Bron: Wellcome Collection.

Het uur van geboorte en sterven

Op 3 maart: nog steeds niets. De irritatie is nu zo groot dat Margaretha haar brief begint met de lang verwachte kraam. De misrekening van twee maanden komt haar wat qualijck, maar nu wordt Margaretha er filosofisch van. Dan moet men het maar met geduld afwachten, dat geldt zowel voor de uren van geboren te worden als de uren van te sterven. En uiteindelijk verlaat ze zich op de Heer Almachtig.

Brieffragment over de zwangerschap van Ursula Philippota van 3 maart

Mijn heer en lieste hartge

gisteren ontfange ick uhEd schrijfvens vande
24 febrijwa neffens die aende vrou van gincke
die noch al gaet tot onse groote verwonder
sij is, nu beeter alse over twee maende was
en heel wel naer haer geleegentheijt, heeft
haer veel te seer misreeckent, dat mij wat
qualijck komt dan moet het met paesijensie geduld
afwachte de Eure van gebooren te worden
moeter so wel sijn als van te sterfven wil
hoopen de heer almachtich ons Een gesonde en
recht geschapen vrucht sal geefven, [het pree]

3 maart 1672

Lees de originele brieven hier: 6 februari, 11 februari, 3 maart (Het Utrechts Archief)

  • 1
    Philippota is getrouwd met de Heer van Ginkel, Margaretha’s zoon Godard

De zwangerschap van Philippota

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Ursula Philippota van Raesfelt 4 februari 1672 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 23 februari 1672
Lees hier de originele brief

Vandaag schrijft schoondochter Philippota een brief aan haar schoonvader Godard Adriaan. Hij zit in het archief tussen de brieven van Margaretha, dus we nemen hem gewoon mee. Philippota is op dit moment bij Margaretha in Amerongen. Het belangrijkste onderwerp in de brief van Philippota: haar zwangerschap.

In een brief van 24 oktober schrijft Margaretha al over Philippota’s zwangerschap. Volgens haar berekeningen zal Philippota in februari of maart bevallen. Het moment komt steeds dichter bij.

Philippota en Godard van Ginkel hebben in 1672 al drie kinderen, Margaretha (1667, ook wel Tietge genoemd), Frederik Christiaan (1668, de kleine Fritsge) en Anna Ursula (1669, ook wel Antge). In 1670 was er een jongetje, Godard Adriaan geboren, maar dat had zijn eerste levensjaar niet gehaald. En nu volgt een volgend kind. Een bevalling is een riskante zaak: de hulp van schoonmoeder Margaretha zal dus nodig zijn. Philippota is daarom vanuit Kasteel Middachten naar Amerongen gekomen, waar ze nu al een tijd verblijft. Philippota denkt zelf namelijk dat de bevalling ieder moment kan komen.

Middachten, Amerongen, Den Haag

Op 22 december wil Margaretha al dat Philippota bij haar in Amerongen komt, voor het reizen te ingewikkeld wordt door het winterse weer. Ze noemt Philippota’s aanwezigheid voor het eerst in haar brief naar Godard Adriaan op 25 januari.

Brieffragment van Margaretha over de zwangerschap van haar schoondochter

de vrou van ginckel gaet noch al
en ben met haer in geen kleijne bekomerin door
aldeese tijdine, was gereesolveert1resolveren: voornemen deese weeck
noch met haer naer den hach te gaen, maer
dewijlle het nu heel aent doeije2dooien is, ben half van
reesoluijsi3resolutie, beslissing het noch met haer hier te blijfve om
de koste en moeijlijckheijt vande reijs vermidts de
vaerte over al toe sijn, te ontgaen, hoope wij
haer kraem4bevalling noch hier sulle konne wt houde

Margaretha aan haar man op 25 januari 1672

Naar Den Haag met een zwangere vrouw is sowieso al niet aan te raden maar nu de extreme vrieskou voorbij is en de wegen zijn gaan dooien zijn de wegen nog eens extra onbegaanbaar. De dames blijven dus in Amerongen.

In de brief van 29 januari is Philippota nog steeds niet bevallen en zijn ze nog steeds in Amerongen. Op 1 februari is er nog steeds geen nieuws. Als Philippota bevallen was op de datum die ze zelf had berekend was ze nu ook al uit de kraam geweest, zo schrijft Margaretha aan haar man. In oktober had Margaretha al ingeschat dat Philippota in februari of maart zou gaan bevallen. Nu geeft ze aan dat het gewoon afwachten is: “wij moetent vande hant des heere verwachten in wiens heijlige bescherminge uhEd beveelle en blijfve”

Als het een zoon is…

Uit Philippota’s brief blijkt dat ze zelf niet verwacht had dat haar zwangerschap zo lang zou duren.

Brieffragment in het handschrift van Ursula Philippota over duur zwangerschap

[orlog gemack wort,] ick hadde nit gedacht
mijn kram soo lange sol an gelopen hebben
docht hope dat goedt5God mijn hast een geluckege en vorspoudige verlossin velenen sal
en dat het een soon mag wesen dij wij met
premicij6permissie van uHEg deself naemvan u Hoog Edel geborne zijn naam seullen
gefen het welcke hope uHEg angenam
wesen sal [en goedt den heer ons de genade]

philippota naar Godard Adriaan

Ook zegt ze dat het kindje naar Godard Adriaan vernoemd gaat worden als het een zoon is. Margaretha is van plan om zodra Philippota uit het kraambed is, te vertrekken naar Den Haag.

Lees de originele brieven van Margaretha hier: 25 januari, 4 februari (Het Utrechts Archief)

  • 1
    resolveren: voornemen
  • 2
    dooien
  • 3
    resolutie, beslissing
  • 4
    bevalling
  • 5
    God
  • 6
    permissie

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén