Margaretha is terug in Amerongen en het valt haar niet mee: het werk aan het huis is niet zo ver gevorderd als ze gehoopt had. De werklieden moeten wel voort gaan maken, want de dagen beginnen te korten en er komt vuil weer aan.
Ameronge den 5 septem 1676
Mijn heer en lieste hartge
gistere merge vroech ben ick weer hier gekoome dat hooch tijt was, heb alles wel gevonde doch het werck so werde niet geavanseert als wel gemeent hadt, sij metselen noch tuschen en op de raemte vande tweede verdiepine, hoope inde toekoomende weeck de balcke vande selfve verdiepine to sulle geleijt worde, ick salse nu wat kort opde hacke sitten, het welcke noodich sal sijn, want de dage korte seer en wij hebbe vuijl weer te verwachte, [ick had gaern]
Iets anders dat niet helemaal volgens de verwachting loopt, is het stoken van de steenovenMargaretha gebruikt stuctureel het woord steenoven, eigenlijk gaat het over een veldoven of misschien over veldbrand. Drie maanden geleden heeft Margaretha Krijn van Kampen mét geld op weg gestuurd om turf te gaan halen. Ze heeft niets van hem gehoord en niemand weet waar hij zit. De tijd begint te dringen, want de oven moet gestookt worden! Ook het branden van de steenoven is afhankelijk van het weer en ze had al geschreven dat het vuile weer dreigt…
[vuijl weer te verwachte,] ick had gaern dat me inde aenstaende weeck den steen oven begon onder te stoocke maer nu ick hier koom is krijn van kampe die over de drije maende met gelt om turf
te koope van hier is gegaen, noch niet hier ock weet men niet waer hij is, l ick hebt soo meenich mael geschreefve dat men naer hem in tijts verneeme sou, nu moet ick sien hoe ickt maecke sal den oven mach so niet blijfve staen, [deesen avont ontfan]
De turfschuit, Vincent van Gogh, 1883. Collectie Drents Museumaangekocht met steun van de Provincie Drenthe, Nederlandse Aardolie Maatschappij, Vuil Afvoer Maatschappij, Stichting Pieter Roelf, Stichting Van Gogh, Stichting Vrienden van het Drents Museum, Stichting Schone Kunsten rond 1900, VSB-fonds en Vereniging Rembrandt.
Allodiaal
Margaretha bespreekt nog kort de roddels over het Beleg van Maastricht: ze zegt dat ze er zijn, maar niet wat die roddels dan zijn. Daar hebben we in de 21ste eeuw natuurlijk helemaal niets aan. Ook de financiën worden nog even op een rijtje gezet. Tot slot komt Van Beusichem met goed nieuws. Er ligt een conceptstuk waarin de Staten van Utrecht het pandschap van de Hoge Heerlijkheid Amerongen overdragen aan Godard Adriaan. Luchtenburg, de secretaris van de Staten van Utrecht, zal dit stuk ter goedkeuring aan Godard Adriaan sturen. Dit betekent een heleboel: de Heerlijkheid wordt allodiaal. Dat wil zeggen dat de heerlijkheid vol eigendom wordt en er geen pachtconstructie meer is.
[sal sijn,] beusekom heeft mij geseijt dat de sekreetaris luchtenburch uhEd
de reesoluijsie ent konsept vande afdoeninge vant pantschap vande hooch heerlijckheijt heeft gesonde waer op hij vandeselfve ant= =woort verwacht om te hoore of hij daer Eits af of toe belieft gedaen te hebbe ,
Gezicht vanuit Kasteel Zuilenstein op Amerongen, Daniël Stopendaal, 1682 – 1726. Collectie Rijksmuseum. Je eigen ‘goed’ zie je het best uit het huis van de buren… Zou dit Margaretha’s droom zijn?
Eindelijk!
Het volk en de bagage zijn ein-de-lijk in Bremen aangekomen. Hopelijk is Blanche ook snel bij Godard Adriaan.
tis mij lief uhEd volck tot breeme is aen gekoomen, twijfele niet of blansche sal nu al bij v sijn, hiermeede blijfve
Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff M Turnor
Reizigers met bagage bij een rivier, Jean Pesne, naar Guercino, 1633 – 1700. Collectie Rijksmuseum.
Het personeel en de bagage zijn op 19 augustus uit Amsterdam vertrokken en in de brief van Godard Adriaan van de 25ste augustus waren ze nog niet aangekomen. En dat terwijl het zulke goede wind was!
[9 septr. 1676] Haech den 29 Augusti 1676
Mijn heer en lieste hartge
gistere heb ick uhEd mesiefve vande 25 deeser ontfange, het doet mij leet sijn volck die met sulcken goede wint op woensdach sijn den 19 deeser van Amsterdam sijn afgevaeren doen noch niet waeren gearijveert, hoope sij nu al bij uhEd sulle sijn, [met de laeste]
Varend schip op zee, Gerard ter Borch (II) (mogelijk), naar anoniem, 1627 – 1690. Collectie Rijksmuseum.
Angenis
Zoals al aangekondigd is de jongste kleindochter in de Duitse kerk gedoopt, Margaretha herhaalt nog maar eens het verhaal van de naam. Voor ons is het misschien wat verwarrend: Angenis hier, Agnes daar, maar in de 17e eeuw was men minder gefocust op goed en fout wat betreft spelling. Ook met namen. Met de kraamvrouw gaat het gelukkig goed, dus Margaretha wil weer naar Amerongen. Wel via Utrecht om daar de secretaris van de Staten van Utrecht, Jonathan van Luchtenburg, te spreken over een assignatie.
De doopinschrijving van Agnes van Reede van 27 oktober 1674. Collectie Haags Gemeentearchief
[sij nu al bij uhEd sulle sijn], met de laeste post heb ick uhEd het geluckich gelegge vande vrou van ginckel van Een dochter geschreefve heb welcke Eergisteere inde hooch= duijtse kerck gedoopt is en de naem van Angnis naer de oude vrou van meuwe1Agnes van Westerholt, grootmoeder van moeders zijde van Ursula Phlippota is gegeefve, de kraemvrou ent kint sijn reedelijck naer den tijt, daerom ick beuij =ten ongeluck gereesolveert2Resolveren: Besluiten ben toekoom mende maendach van hier naer Amerong
te gaen sal in paesant tot wttrecht de sekree =taris luchtenburch3Jonathan van Luchtenburg weegens de bekende assin naesie4Assignatie: aanwijzing tot betaling spreecken, [men heeft hier met de post]
Het leger blijft actief in de buurt van Maastricht, tot nu toe weinig succesvol. Het echt slechte nieuws is dat de Fransen richting Maastricht marcheren. Hopelijk houdt de Heer almachtig een oogje in het zeil.
[naesie spreecken,] men heeft hier met de post van gistere tijdine dat donse Een atacke opt hoornwerck voor maestricht hebbe ge= daen doch sijn afgeslage, daer men seijt dat Alckema5Paulus van Alkemade heere vande haer soude ge bleefve sijn en dutel6Onbekend in sijn been gequets men seijt ock dat den vijent int marsche =re tuschen scharleroij7Charleroi en Maestricht is met intensie om Maestricht te ontsette, de heer almachtich wil ons leeger bij staen, sijn hoocheijt en onse soon bewaeren[, tis]
Georg Wilhelm (1625-1705), hertog van Brunswijk-Luneburg, Jean Michelin, 1674. Collectie Rijksmuseum.
Zaken
Het is niet alleen Margaretha die haar man op de hoogte houdt over de politieke situatie in Utrecht, haar man schrijft haar ook over zijn werk. We hebben zijn brief niet meer, dus wat hij haar precies vertelde weten we niet. Wel is duidelijk dat het goed gaat en natuurlijk hoopt ze dat ook hier de Heer almachtig de onderhandelingen zal zegenen.
[sijn hoocheijt en onse soon bewaeren,] tis mij seer lief uhEd bij de prins van sel8Georg Wilhelm van Brunswijk Lünenburg, prins van Celle so wel is onthaelt en noch meer dat sijn komste sulcken goede Efeckte hebbe ge daen, hoop de goede godt uhEd verdere neegoosgasie9Negociatie: onderhandelingen sal seegenen, [kapteijn blans]
Inmiddels is ook kapitein Blanche onderweg naar Godard Adriaan, maar hij komt met de postkoets. Bij de volgende brief hoort Margaretha graag of al het volk en de bagage bij Godard Adriaan in Bremen aangekomen zijn.
[neegoosgasie sal seegenen,] kapteijn blans
is gistere van Amsterdam of naer de met de postwaege op breeme vereijst hoope hij spoedich bij uhEd sal sijn, en ick met de naeste post sal hoore het volck met de bogaesge bij uhEd sijn, waer meede blijfve
Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff MTurnor
Margaretha is in Utrecht geweest, waar ze de perikelen rondom de burgemeestersverkiezingen heeft kunnen aanschouwen. Alle ‘bekende lieden’ wantrouwen elkaar. Margaretha houdt alles nauwlettend in de gaten, en deelt de verworven informatie met haar heer en liefste hartje. Wat zijn ieders belangen? Wie doet met wie zaken? Godard Adraan moet het gevoel hebben dat hij eigenlijk helemaal niet weg is uit de Republiek.
[van den andere hebbe is niet wt te spreecke] ende sijalosije1Jaloezie van dat uhEd int huijs vande heer van sandenburch2Diederik Borre van Amerongen met Eenige heeft gesproocke buijten kenisse vand andere vriende, en dat dien Eene inden haech sou koome konense niet op Eenen, en sijn tegens de sollisitaesi vande luijte -nant kolonel als vijanden ingenoomen, hoet daer noch me gaen sal weet ick niet geloofve uhEd konfrater daer onder roeijt, de partij meende en segge sij hadde het kleijne maneken daer nu heel onder en so dat hij der noeijt weer op sou gekoome hebbe en waerent werck heel te boofven komt hijder nu weer op dat hij sijn oude nucken niet sal konne laeten en Erger sal sijn als voor dees in soma de sijalosij en murmeraesij3Murmeren: morren, mopperen is so groot dat te be droefve is wil hoopen alles noch Een goeden wtslach sal neeme
Margaretha heeft, zoals ze in haar vorige brief al aankondigde, in Utrecht met oud-burgemeester Johan van Nellesteyn gesproken. Ook sprak ze met domheer Everard Both van der Eem. Both van der Eem was de broer van vroedschapslid Pieter Both van der Eem. Maar goed, de hele situatie is ingewikkeld en Margaretha schrijft dat ze er niet verder over wil uitweiden omdat het zo’n lang verhaal is. Typisch Margaretha, volgt vervolgens tóch een lang verhaal. Jacob van Dinter, blijkt bereid te zijn alles aan Everard en Pieter Both over te laten. Mits zij er vrede mee hebben dat Jacob van der Dussen, de huidige burgemeester, er voor zorgt dat de broer van Jacob van Dinter, Johan van Dinter, afziet van zijn sollicitatie.
[Euren voor mijn vertreck noch seer disperaet] hoewel ick daechs te vooren de burgemeester Nellisteijn4Johan van Nellesteyn gesprocke hebende en daer Even te voorn den domheer bodt5Everard Both van der Eem niet ande dochte of alles sou wel sijn, alle die sirkomstansie6Circumstantie: omstandigheid sijn hier te lange te verhaelle, sal alleen segge dat bodt mij seijde dat van linteren7Jacob van Dinter alles aen hem bodt en sijn broeder differeerde als sij kontentement naeme dat hij te vreede was dat ock vander dusse8Jacob van der Dussen de burgemeester hem lintere en bodt gepreesenteert hadde van sijn broert de schouts9Johan van der Dussen, schout van Rhenen sollistaesie te disesteere10Desisteren: afzien van en haer wilde en koste versee ckeren vande nominaesije voor bodt [so sij sijn partij wil de]
Het klinkt allemaal ingewikkeld en dat is het ook. In ieder geval weten we dat zowel Jacob van Dinter als Jacob van der Dussen niet willen dat Johan van Nellesteyn weer burgemeester wordt. Godard Adriaan, en daarmee dus ook Margaretha, is wél voor de benoeming van Van Nellesteyn.
Verkiezingen in de 17e eeuw deden niet veel onder voor een hedendaagse verkiezingsstrijd…
Nadat Margaretha nog een heel essay heeft geschreven over de burgemeestersverkiezingen, stapt ze over op een nieuw onderwerp: de berg bij Rhenen, oftewel de Grebbeberg. Utrecht heeft het voornemen om de Grebbeberg te ‘bekramen’. Dit houdt in dat de berg door rieten matten tegen de golfslag van het water beschermd zal worden.
hier koomende verstaen ick dat men te wttrecht van sin is het bekramen11Bekramen: Het met strooien matten beschermen van bijvoorbeeld een dijk tegen golfslag van het water vanden berch bij rienen of de greb int b publijck aen te besteede en dat de schout van rhiene gesint is dat aen te neemen , nu verlanckt mij te weeten wat de heer van dijckevelt dies aengaende b op de uhEd schrijfvens heeft geantwoort, en of uhE hier Eits verders in wilt gedaen hebbe , [ de schade die]
Gezicht vanaf de Heimenberg bij Rhenen over de Rijn op de Betuwe met in het midden het dorp Lienden.Gezicht vanaf de Heimenberg bij Rhenen over de Rijn op de Betuwe met in het midden het dorp Lienden, anoniem, ca. 1690-1720. Collectie Het Utrechts Archief. Heimenberg is een ringwalburg op de Grebbeberg.
Schade en schande
Dan is er ook nog klein nieuws. Het heeft flink gewaaid maar Godzijdank is er heel weinig schade. Aaltje van Bemmel uit Amerongen is overleden. Aaltje had hoge schulden. Secretaris Kemp en predikant Keppel kibbelen over een aanzienlijk geldbedrag dat de kerk van haar tegoed zou hebben.
[hier Eits verders in wilt gedaen hebbe,] de schade die hier door de stercke wint is geschiet is heel weijnich de heere sij gedanckt, die ons so genadelijcke heeft bewaert de doot van Aeltge van bemel heb ick uhEd geschreefve waerdoor groote desensie tuschen onse gesupstituweerde seeckreetaris12Secretaris Kemp en de preedikant13Predikant Keppel is ontstaen, en dat over de twee hondert gul die de kerck van haer heeft te pree tendeere daer velpe borch voor staet die wel sufi tant genoech voor die peninge is maer ock lange ge
tracht heeft van die borchtocht ontslage te sijn [en nu]
Margaretha vindt het maar niets dat er zo gekrakeeld wordt. Komende zondag wordt het Heilig Avondmaal gevierd in de kerk, daar hoor je niet ruziemakend heen te gaan. En het gaat hier nog wel om de predikant en de schoolmeester!
[ontboode sijn waer niet wel gedaen,] men sal hier toe koomende sondach het nachtmael14Heilig Avondmaal in de protestantse kerk dat maar een paar keer per jaar plaats vond wt deelle tis niet wel dat men teegens die tijt so krackeelt15ruzie maakt insonderheijt voor preedikant en schoolmeester dan sij sijn beijde vrij wat kreegel16halsstarrig , en de schoolmeester meent hij nu heel den baes is [ ick sal verneeme wat vande jongen van Aeltgen van]
Een prinsje voor Fritsje
Kleine Frits en zijn zusje Antje zijn bij oma Margaretha op bezoek. Fristje drinkt elke dag op opa’s gezondheid en hoopt dat opa hem een prinsje zal brengen. Vermoedelijk bedoelt hij een pop.
Mijn heer en lieste hartge uhEd getrouwe wijff en dieners MTurnor
onse joncker van Ameronge met sijn suster Antge sijn weer hier bij mijn sij preesenteere beijde haeren kleijne ootmoedige dienst aen groote papa en frits drinckt alledaech grootpapaes gesontheijt en hoopt grootpapa hem haest een prinsge sal brenge