Mijn heer en lieste hartge

Bewoners en familieleden: Reede van Drakestein (Gerard van)

Terugkeer uit Denemarken

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 7 augustus 1667 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede
Lees hier de originele brief

Godard Adriaan heeft geschreven dat hij thuis komt! De vrede van Breda is getekend en hoeft alleen nog geratificeerd te worden. Margaretha is blij dat het hem goed gaat en hoopt dat God zal geven dat hij net zo gezond uit Denemarken terug zal keren. Ze rekent uit dat dat ongeveer binnen twee maanden zal zijn.

Aanhef en fragment over Vrede van Breda en thuiskomst Godard Adriaan

Ameronge den
7 Augusti 1667

Mijn heer en lieste hartge

tis mij lief wt uhEd aengenaeme van de 30 ijuli te sien
deselfs welvaerentheijt hooppe het sal
kontiniweere en wijt geluck sulle hebbe van
uhEd haest in gesontheijt weer hier te sien de
wijlle de vreede nu aenweer sijde geteijckent is131 juli 1667 werd de Vrede van Breda gesloten
en daer niet aen defiseert2Deficieert: ontbreekt alst wtwisselen vande
ratifijkasi3Ratificatie: officiële bekrachtiging door de provinsie dewelcke op 3
weecke tijt is gegeefve maecke ick staet
uhEd in twee maende weer hier sout konne
sijn het welcke godt wil geefve ist ons
salich [dan mij ijamert uhEd op sijn weer]

Families zwaaien naar de vertrekkende schepen, op de voorgrond het verwelkomen van de teruggekeerde familieleden en geliefden. Bedrukt op achterzijde met tekst in het Nederlands.
Afscheid en terugkeer op de kust, Willem Basse, 1632 – 1634. Collectie Rijksmuseum

Drakestein in de bocht

Ze betreurt het dat Godard Adriaan bij terugkeer zo’n onaangename toestand in de Utrechtse politiek zal moeten aantreffen. Drakestein heeft het erg bond gemaakt in de statenvergadering van afgelopen dinsdag (23 juli/3 augustus 1667) zoals haar man wel in haar voorgaande brieven gelezen zal hebben. Drakestein heeft het alleenrecht van de Ridderschap om zijn eigen leden voor te dragen in de Staten verkwanseld. Zij en velen met haar begrijpen niet hoe hij nog met opgeven hoofd durft rond te lopen en hoe hij zich gaat verantwoorden naar de leden van de Ridderschap die er op dat moment niet bij waren.

Brieffragment over de verantwoording van Drakestein

[salich] dan mij ijamert uhEd op sijn
weer komste hier so veel fasgerije4gedoe sult vinde
gelijck de selfve wt mijne voorgaende met
de laeste post als wt ander briefve sult sien
ick en wel meer met mij weete niet hoe den
heer van draeckesteijn5Gerard van Reede van Drakestein sijn hooft derft op
steecken en kan bij de apsente6afwezige heere vande
ridderschap verantwoorde het geene hij
voorleedene dijnsdach tot sulcken mercke
= lijcke preesijudisi7prejudicie: nadeel, schade vant lidt vande heere Edele
heeft gedaen [wie heeft oijt gehoort datter]

Links een ronde gracht met een hek eromheen en in het midden een zeskantig kasteel met drie schoorstenen. Rechts een houten brug naar de ingang waarvan we nog net een pilaar zien. Om het kasteel heen staan bomen, in verschillende mate van uitwerking. Rechts in de verte een molen en een boerderij en helemaal in de verte een dorp met in het midden een grote kerk.
Gezicht op het omgrachte kasteel Drakestein bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden, met in het midden de Slotlaan die leidt naar het dorp met de in 1657 gebouwde kerk. Anoniem, tussen 1660 en 1670. Collectie Het Utrechts Archief

Geduld

Er worden nog wel reparatiepogingen op touw gezet. Rodenburg is naar Den Haag om te kijken of de oude van Reede van Renswoude iets kan betekenen. En het feit dat niet de hele ridderschap op de hoogte was gesteld maakt de gang van zaken misschien ongeldig. Margaretha weet zeker dat als Godard Adriaan thuis zou zijn geweest dat het nooit zo ver zou zijn gekomen. Maar ja, je moet doen wat mogelijk is, maar bij dat wat je niet kan tegen houden moet je geduld oefenen.

Brieffragment over geduld uitoefenen

[wel belooft ock wel te sulle blijfve,] ick ver
trou vastelijck waer uhEd hier geweest het
so verde niet gekoomen sou hebbe, nu mijn
hartge men moet noch al doen wat mogelijck
is en dat me dan niet belette kan paesijensi8patiëntie:geduld
hebbe,[ ick heb uhEd voor dees geschreefve de]

De personificatie van Geduld zit midden in een landschap op een steen met een kruis in de handen. Om haar heen staan verschillende monsters. Rechts een dode holle boom, waarin monsters dansen en waarop een nar en een vrouw zitten. In de rivier bevinden zich verschillende monsters. Aan de overzijde van de rivier een monster bestaande uit een eierdop met hoofd, armen en benen. Uit de gebroken dop komt een man tevoorschijn, uit wiens rug een dode boom groeit. Onder de voorstelling een verklarende tekst in het Latijn: patientia est malorum quae aut unferuntur aut accidunt cum aequanumutate perlatio
Geduld, Pieter van der Heyden, naar Pieter Bruegel (I), 1557. Collectie Rijksmuseum. Tekst onder tekening: Geduld is slecht als het een ongeluk heeft opgeleverd

Verrekening

In deze brief is ook weer plaats voor eigen zakelijke onderwerpen. De opbrengst van de prebenden- en prelaturenhandel kan ze goed gebruiken, want ze heeft na veel ‘hacketacken’ met de erfgenamen van Teus Joosten een deel van het grondstuk ’t Zand (waarschijnlijk het huidige straatje Zandvoort in Amerongen) gekocht voor zevenduizenddriehonderd gulden, deels betaald in Rozennobels. Met de inkomsten die Godard Adriaan, hoopt ze, zal overhouden aan de missie naar Denemarken, zouden ze dan hun andere schulden kunnen betalen.

Brieffragment over inkomsten en uitgaven

[en voor de prelatuerschap sesduijsen guld sal krijgen,]het derde
part vant sant9’t Zand, wrsch. Zandvoort, bij Amerongen heb ik gisteren naer veel hackentackens10Hakketakken: gekibbel, onenigheid
vande erfgenaeme van teus jooste voor de som van
seevenduijsent gul daerenboove vier roose noobels11Rozenobel: een van oorsprong Engelse munt. Het is een gouden nobel (munt) met een roos erop, vandaar rozenobel. Komt in het laatste kwart van de 16e eeuw naar Nederland, maar verdwijnt in de 17e eeuw. , en de
50 ste penin12De 50ste penning was een belasting over alle onroerende zaken die van eigenaar veranderden, behalve bij vererving in de rechte lijn. en schrijf loon13Schrijfloon: Vergoeding aan de klerk. so dat het saeme ontrent
de seevenduijsent drije hondert gulde sal bedragen ick
maecke staet dit wt de peninge vant prelatuerschap
en vande proofve te betaelle, hoope op uhEd weerkom
=ste de selfve de goetheijt sult hebbe van toe te laeten
dat wij wt de konkeste14Conquest: Letterlijk Verovering. Ook Aangewonnen bezit of Vermogensaanwas. Dit laatste in de algemene taal, mogelijk min of meer scherts die uhEd bij deese reijs of komissie
meucht gedaen hebbe onse verdere schulde moogen
betaellen, [waertoe de heer almachtichsijnen godlijcke]

Gouden munt. Voorzijde: gekroonde staande vorst met zwaard in schip met voor zich Utrechts wapenschild (zonder hartschild), op scheepsromp roos. Keerzijde: in veelpas gebloemd kruis met in het hart roos, waaruit zonnestralen, in hoeken leeuwtjes met kroon.
Utrechtse rozenobel, Provincie Utrecht, 1590 – 1600. Collectie Rijksmuseum

Koortsige min

Zoon Godard is weer naar zijn legeronderdeel. Met zijn vrouw gaat het buitengewoon goed en met hun dochter ook. Helaas heeft de min, de vrouw die aan het kind de borst geeft omdat Philippota dat zelf niet doet, koorts gekregen. Dat gaf nogal paniek. Waarschijnlijk omdat het niet eenvoudig is om snel alternatieve voeding voor een pas geboren baby te regelen. Margaretha hoopt maar dat het snel weer over is. De moeder van Philippota is ondertussen weer naar Arnhem vertrokken en Philippota zal met de volgende post zelf aan Godard Adriaan schrijven.

Brieffragment over min, schoondochter en kleinkind en afsluiting

[seegen wil verleenen,] de heer van ginckel is weer op sijn
randevoes15Rendez-vous/Rendevous: Een geordonneerde of bestemde plaats, de vrou van ginckel is de heer sij gedanckt on
gemeen wel het kint van gelijcke maer de mine heeft
de koorts dat hier Een heelen alarm geeft hoope het
niet lan sal dueren, de vrou van middachte16Margaretha van Leefdaal, moeder van Ursula Philippota is weer
naer Aernhem, onse dochter die haeren ootmoedigen diens
aen uhEd preesenteert sal met de naeste post schrijfve
ondertusche blijfve ick

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff en dieners
M Turnor

Pop, voorstellende de min, gekleed in Waterlandse dracht, een strak geel satijnen rijglijf met lange mouwen, een zwart 'kletje' over de schouder en een kuitlange zwarte rok van wollen keper stof, waarover een wit linnen schort. Ze draagt een baby in witte lakens met kant.
Pop, voorstellende de min, anoniem, ca. 1676. Collectie Rijksmuseum
  • 1
    31 juli 1667 werd de Vrede van Breda gesloten
  • 2
    Deficieert: ontbreekt
  • 3
    Ratificatie: officiële bekrachtiging door de provinsie
  • 4
    gedoe
  • 5
    Gerard van Reede van Drakestein
  • 6
    afwezige
  • 7
    prejudicie: nadeel, schade
  • 8
    patiëntie:geduld
  • 9
    ’t Zand, wrsch. Zandvoort, bij Amerongen
  • 10
    Hakketakken: gekibbel, onenigheid
  • 11
    Rozenobel: een van oorsprong Engelse munt. Het is een gouden nobel (munt) met een roos erop, vandaar rozenobel. Komt in het laatste kwart van de 16e eeuw naar Nederland, maar verdwijnt in de 17e eeuw.
  • 12
    De 50ste penning was een belasting over alle onroerende zaken die van eigenaar veranderden, behalve bij vererving in de rechte lijn.
  • 13
    Schrijfloon: Vergoeding aan de klerk.
  • 14
    Conquest: Letterlijk Verovering. Ook Aangewonnen bezit of Vermogensaanwas. Dit laatste in de algemene taal, mogelijk min of meer scherts
  • 15
    Rendez-vous/Rendevous: Een geordonneerde of bestemde plaats
  • 16
    Margaretha van Leefdaal, moeder van Ursula Philippota

Koning of Keutel

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 5 augustus 1667 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede
Lees hier de originele brief
Deze brief is uitzonderlijk netjes en regelmatig geschreven, op extra groot papier. Het lijkt er op alsof Margaretha opdracht heeft gekregen van Godard Adriaan om alle politieke verwikkelingen extra goed te documenteren.

In deze brief zet Margaretha haar politieke communiqué van 29 juli voort. Ze is maandag weer naar Utrecht gegaan om regenten te spreken voor ‘het bekende werk’. Het is een belangrijke dag, want er is een statenvergadering. Daarom staat ze al vroeg bij de heer van Drakestein op te stoep. Deze is nog in de slaapkamer, maar brengt alsnog vóór achten een bezoek aan Margaretha.

Aanhef met het vroege bezoek aan drakestein

voorleedene maendach ben ick alweer Eens te wttrecht omt be=
kende werck geweest alwaer ick dijnsdaechs smergens uhEd
mesiefve1Missive: brief, vooral ambtsbrieven en brieven over zaken in het algemeen vande 26 ijuli heb ontfange, en also dien merge de state
en Eenige heere vande ridderschap soude vergadere heb ick al
vroech aent huijs vande heere vande draeckesteijn2Gerard van Reede van Drakestein geweest die noch
bij sijn hEd bedt was doch ontrent acht Eure bij mij aenthuijs
van beusekom quam, [ondertusche ginck ick bij den heer van]

In een donkere kamer ligt in een hemelbed iemand te slapen. Op de stoel naast het bed ligt een kat opgerold en op de vloer, naast de slippers, ligt een hond. Op een tafeltje brand een olielampje.
Embleem: nacht, Jan Luyken, 1695 – 1705. Collectie Rijksmuseum

Oude Privileges opgeven?

In de tussentijd wil Margaretha geen minuut verliezen, en gaat langs bij de heer van Hoevelaken om de brief van Godard Adriaan te laten zien. Enkele leden van de ridderschap, waaronder de heer van Mijnden (vader van Hoevelaken) en de heer van Drakestein, zijn van plan om het op een akkoordje te gooien met de vroedschap van Utrecht en in te stemmen met een nieuw reglement waarbij oude privileges van de ridderschap worden opgegeven. Nieuwe edelen die door de ridderschap worden voorgedragen om deel te nemen aan het provinciebestuur, zijn niet langer zeker van hun plek, want de andere leden krijgen daar ook wat in te zeggen.

Brieffragment over privileges

[van beusekom quam,] ondertusche ginck ick bij den heer van
hoeflaecken3Steven van Lynden dien ick den inhout van uhEd brief voor so veel
ick noodich en dienstich achte komuniseerde en versocht sijn hEd
het selfve aende heer van Mijnde4Jasper van Lynden beliefde bekent te maecken, seij
de ock hoe mij met groote verwonderin was voorgekoome het
deseijn5Dessein:plan dat de drie heere Edelen hadde vandiendach om dien dach
op de staets vergaderin so met het maecken vant reeglement
als het geene verder bij de heere vande vroetschap sou werde ge=
reesolveert voort te gaen en de gedistineerde6Gedestineerde: beoogde heere vande vroet
schap haer wil te doen en also de oude preevileesie7Privilege ent recht
van de ridderschap over te geefve [het welcke seijde ick niet]

Zicht op een gracht waar een bootje vaart. Links een plein met bomen en aan het eind, bij de brug huizen. Aan de rechterkant van de gracht verschillende grote huizen. Op het plein een koets met vier paarden en een dame die voor een trap naar beneden (werf? gracht?) staat. Op de weg rechts een koets met twee paarden, een chique dame, een hond, vissende kinderen en op de achtergrond meer onduidelijke figuren.
Gezicht op de Drift te Utrecht uit het zuiden met links het hoekhuis op het Janskerkhof en rechts de huizen van de oostelijke straatwand. Anoniem, ca. 1770. Collectie Het Utrechts Archief. Het origineel ligt in het Koninklijk Huisarchief. De familie van Lynden (vader en zoon heren van Mijnden en van Hoevelaken) woonde in het huis tegenover de brug.

Drakestein komt langs

Als Drakestein om acht uur bij Margaretha langs komt probeert zij hem er van te overtuigen geduld te hebben en zich niet zonder enige noodzaak door de vroedschap te laten overhaasten met het aannemen van dit reglement. Hoe zou hij het bij zijn nakomelingen kunnen verantwoorden? Maar Drakestein zegt dat hij de belangen van zijn nakomelingen zeker in het oog houdt, en vertrekt naar de vergadering.

Brieffragment over het geduld van Drakestein

thuijs koomende quam de heer van draeckesteijn
bij mijn dien ick het selfve int gemoete voerde8in het gemoed voeren: voorleggen en seijde
hoe verwondert aldewerlt9Al de wereld: iedereen was te sien dat de heere Edele
so Een konsept reeglement in hande vande state overgeleevert hadde
daer geen noot haer drong10terwijl dat niet noodzakelijk was alse maer Een weijnich paesijensi11Patiëntie:geduld
wilde heb [haer alles so schoon op deede, int Eerst antwoorde]

Brieffragment over de nakomelingen van Drakestein

als ick hem daer op Antwoorde hoe sijnhEd bij sijn naekoomeline
soude konne verantwoorde sulcke oude preevileesie overte geefe
seijde hij het selfve sijn intreste te sijn en is so van mij gescheijde
en naer de vergaederin van state gegaen,

Geen overleg

Hoe het is afgelopen zal Godard Adriaan wel uitgebreid in een brief van Abraham van Wezel lezen. Margaretha’s pogingen zijn tevergeefs geweest: het regelement is ongewijzigd in de statenvergadering aangenomen; het zou later bekend staan als de resolutie van 23 juli 1667. Tot genoegen van de steden en tot afgrijzen van de ridderschap. Wat nog het meeste steekt, is dat Drakestein en de zijnen ondanks protesten eigenmachtig in de statenvergadering hebben opgetreden zonder goed voorafgaand overleg met alle edelen.

Brieffragment over de andere edelen

[sijn plaets maecken,] den heer van suijlisteijn12Frederik van Nassau Zuylestein die inden
haech is heeft noch dien merge aende heer van drakesteijn
geschreefve en versocht men in sijn apsensie niets sou wille
doen sonder alvoorns de ridderschap daer op te beschrijfe
het welcke niet geschiet is den heer van sandenburch13Coenraad Borre van Amerongen was
ock apsent14absent: afwezig en ten hoochste misnoecht,[sij hebbe de nieuwe]

In een drukke ruimte met vooral oudere mannen staat een tafel waaraan twee mannen zitten. Twee mannen staan aan de tafel de één legt iets op tafel, de ander staat klaar met een buidel.
Judas ontvangt zilverstukken voor zijn verraad, Bernard Picart, naar Rembrandt van Rijn, 1683 – 1733. Collectie Rijksmuseum

Verraad van Drakestein?

Met dit alles heeft Drakestein het helemaal verbruid bij de rest van de ridderschap. Er gaan geruchten dat hij de oude privileges feitelijk heeft verkocht om een aantal andere zaken van privébelang in de staten geregeld te krijgen. Hij heeft bij Wijk bij Duurstede het landgoed Dompselaar gekocht dat hij door de staten tot een ridderhofstede wil laten bestempelen waardoor het dubbel zo veel waard wordt. En men zegt dat hem zijn schulden aan de provinciekas zullen worden kwijtgescholden. Margaretha vindt het erg om zoveel kwaads te horen over iemand die de naam van Reede draagt. Maar zij heeft haar best gedaan.

Brieffragment over Drakestein, Dompselaer en verraad

den heer van drakesteijn seijt men heeft hier bij
wijck Een stuck goets15Gerard van Reede van Drakestein koopt in 1667 Dompselaer aan de Langbroekerwetering, dit was al in 1539 een Ridderhofstad, maar had sinds die tijd veel niet-adellijke bewoners gehad. Na zijn dood wordt het door zijn nazaten verkocht gekocht voor twaelf duijsent gul
die daer in gevesticht staen het welcke so geseijt wort
se tot Een ridderhofste sulle verklaere dan ist tien
duijsent gul meer waert en se sulle hem sijn schult
aent lant16de provincie Utrecht quijt schelde so geseijt wort , so heeft hij
de previleesie vande heere Edelen verkocht seijt me is
dat geen fraije naem voor Een Edelman, ick kan niet segge hoe aldewerlt17de hele wereld: iedereen roept tis mij voorwaer lief dat sulcke geschreu en so veel maledicksie18Maledictie: kwaadspekerij, vervloeking over een die de naem van Reede draecht gaat, dan wat kanme doen ick hebt hem genoech geseijt als uhEd uut mijne voorgaende sult sien [vande heer van rhijswou wort ock niet weijnicge=]

Tussen de bomen ligt een huis met drie zadeldaken en trapgevels, erachter een schuur en een hooiberg.
Gezicht op het kasteel Dompselaar bij Overlangbroek, anonieme grafiettekening, 1731. Collectie Het Utrechts Archief

Koning of Keutel

Maar het verhaal is nog niet klaar. Tot haar verbazing komt ’s middags burgemeester Nicolaas Hamel Margaretha een bezoek brengen om te vissen naar geruchten over de rol van haar man. Hij zou een gooi naar de positie van Eerste Edele hebben willen doen of anders met pensioen gaan. Dat schijnt hij een keer tegen de Vrouwe van Vlooswijk te hebben gezegd. Maar nu heeft hij gegokt en verloren. Margaretha reageert verontwaardigd en ontkennend. Er volgt nog meer gehakketak. Pas laat is ze terug in Amerongen.

Brieffragment over Koning of Keutel

uhEd haer geseijt had noch Eenen sprong te wille
doen en koninck of keutel19Koning of keutel: alles of niets. Deze uitdrukking werd vooral in het kaartspel gebruikt te wille weesen en daer
met wt de reegeerin te sulle scheijde enu hEd ruste
te gaen houde, waer op ick antwoorde niet te weete
wat diskoerse uhEd teegens de vrou van flooswijck
had gehoude maer wel te weeten uhEd pretensie
noijt geweest waeren het Een oftanders te sijn noch
Eenige heerschapi over andere te voere ock niet over
heer te worde dat uhEd het Eerste liet aendiegeene
die vrij wat meer teeckenen van begeerlijckheijt daertoe
toonde als uhEd oijt gedaen had maer datse niet hoefde te dencken u hEd niet was die hem oijt zou laeten overheers-schen, in soma20In somma: kortom, so scheijde wij van een doch naer veel meer hacketackerije, ick quam dien avont hoewel laet noch [thuis]

Een man met een kroon, chique kleren en een zwaard omarmt en kust een man in lompen. Boven de afbeelding staat: Non Bene Convenit en eronder Il ny a point de rapport.
Bedelaar en koning, Albert Flamen, 1672. Collectie Rijksmuseum

Het papier is aan twee kanten vol, maar ze voegt op z’n kop in de bovenmarge nog een relativering toe waarmee ze Godard Adriaan en waarschijnlijk ook zichzelf gerust wil stellen: het zijn maar wereldse zaken.

Brieffragment over wereldse zaken

maer hoope uhEd sich hier in sal kunne gerust stelle en
dencke het almaer werltse saecke sijn die deene tijt sou
en dande tijt so gaen, [wee seij niet te konne dencke hoe uhEd]

Twee regels familienieuws

Tot hier uitsluitend Utrechtse politiek. Alleen helemaal op het laatst, er is echt zo goed als geen ruimte meer, voegt Margaretha nog een paar woorden toe om te melden dat het met Philippota goed gaat en dat het kleintje goed groeit. De twee regeltjes worden door Margaretha verticaal in de kantlijn gekriebeld, maar zelfs daar hebben ze concurrentie van de verzuchting: Drakestein, oh Drakestein, wat heb je gedaan.

Briefafsluiting over Drakestein en moeder en kleinkind

[maerschalck amt in haer kan niet krijge so isset noch alweer kans me moet
sien] maer drakesteijn drakesteijn wat heb gedaen, nu mijn hartge ick blijff
uhEd getrouwe wijff
M Turnor

de vrou van ginckel en kind sijn beijde wel
naer de tijd het kleijne groijt seer

Een dame met een kapje en een grote opstaande kraag veegt de billen af van een baby. Rechts naast haar het vuur en een tafeltje met een kaars. Bij het vuur drogen sokken en een doek. Naast de vrouw een mandje en op de grond liggen kleren en een hond. Achter de vrouw een bed en een wieg/mandje voor de baby.
Vrouw verschoont een kind, Willem van de Passe, 1624. Collectie Rijksmuseum
  • 1
    Missive: brief, vooral ambtsbrieven en brieven over zaken in het algemeen
  • 2
    Gerard van Reede van Drakestein
  • 3
    Steven van Lynden
  • 4
    Jasper van Lynden
  • 5
    Dessein:plan
  • 6
    Gedestineerde: beoogde
  • 7
    Privilege
  • 8
    in het gemoed voeren: voorleggen
  • 9
    Al de wereld: iedereen
  • 10
    terwijl dat niet noodzakelijk was
  • 11
    Patiëntie:geduld
  • 12
    Frederik van Nassau Zuylestein
  • 13
    Coenraad Borre van Amerongen
  • 14
    absent: afwezig
  • 15
    Gerard van Reede van Drakestein koopt in 1667 Dompselaer aan de Langbroekerwetering, dit was al in 1539 een Ridderhofstad, maar had sinds die tijd veel niet-adellijke bewoners gehad. Na zijn dood wordt het door zijn nazaten verkocht
  • 16
    de provincie Utrecht
  • 17
    de hele wereld: iedereen
  • 18
    Maledictie: kwaadspekerij, vervloeking
  • 19
    Koning of keutel: alles of niets. Deze uitdrukking werd vooral in het kaartspel gebruikt
  • 20
    In somma: kortom,

Breda en een baby

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 25 juli 2024 Utrecht
Ontvangen Godard Adriaan van Reede
Lees hier de originele brief

Dit is de eerste brief die Margaretha dubbel heeft gedateerd. Ze noteert zowel de datum volgens de nieuwe gregoriaanse kalender als volgens de oude juliaanse kalender, die in de protestantse gebieden nog gebruikelijk was. Voor voorliggende brief hanteren we de juliaanse kalender. Margaretha geef aan het begin van de brief namelijk aan dat ze de brief van Godard Adriaan van 16 juli 1667 heeft ontvangen. Bovendien schrijft ze dat haar eerste kleindochter, Margaretha ‘Tietge’, geboren op 15 juli 1667, en haar schoondochter Philipotta het goed maken.

Aanhef en datering

wttrecht den 15/25
ijuli 1667

Mijn heer en lieste hartge

wt uhEd aengenaeme vande 16 deeser sien ick

Vrede en vreugdevuren

De Vrede van Breda is nog niet officieel gesloten, maar wordt overal groots gevierd. Het is al een tijdje feest. Na de succesvolle Tocht naar Chatham waren de eerste vreugdevuren al ontstoken. Op 6 juli volgde de dank- en bededag, wat nog meer feestgedruis teweegbracht. Het moet ook wel tijd worden, want er wordt al sinds maart onderhandeld. Eindelijk is er schot in de zaak gekomen en lijkt er een einde te komen aan de Tweede Engels-Nederlandse Oorlog.

Een plein voor een groot kasteelachtig gebouw met daarop een menigte mensen. Links twee staken met pektonnen die aangestoken zijn, rechts twee staken die nog niet aangestoken zijn. Daar tussen staan twee staken met daarop iets wat het meest lijkt op een lantaarn en één met een soort rozet (de konstige vuurwerken). Onder de prent staat: 1. 't Huys van d'Engelsche Ambassadeurs. 2. 't Publiceren van de vrede in 3 Talen. 2. Roosen daer de wyn seer aurdigh uytsprongh. 4. Konstige Vuyrwercken.
’t Logement der Engelsche ambassad. met haer Vreugdeteeckenen, fragment uit: Vrede van Breda, 1667, Romeyn de Hooghe, 1667. Collectie Rijksmuseum

Godard Adriaan bevindt zich op dit moment aan het hof van bondgenoot Denemarken. Uit de reactie van Margaretha op de brief van Godard Adriaan blijkt dat de Denen ook al flink aan het feesten waren. Ze schrijft dat ze blij te horen is dat het ‘branden van de victorie’ goed is gegaan. Waarschijnlijk lag de brand die begin juli veroorzaakt was door pektonnen nog vers in het geheugen…

Brieffragment over de pektonnen

wt uhEd aengenaeme vande 16 deeser sien ick
hoe dat het brande vande vicktoorije bij uhE
so wel vergaen is en uhEd daer so wel van
is voldaen het welcke mij lief is te hoore
s nu sal uhEd overs maecke vande vreede
daer weer aen moete en heeft uhEd nuu
400 picktonne1Pektonnen. Bij vreugdefeesten was het gebruikelijk tonnen waarin de brandbare stof pek zat te ontsteken aengesteecke so machger
nu wel Eens so veel gebrant worde en
in alles naervenant want deese vicktoo
van vreede wel de grootste is[, men seijt]

Voor een huis met diverse trapgevels in een stad, staan drie torens (staken) met daarop pektonnen, de tonnen aan de rechterkant branden al, bij de middelste staak staat iemand op een ladder ze aan te steken en de linker staak moet nog aangestoken worden. Tussen de twee linker staken staat een beeld van een leeuw op zijn achterpoten met pijlen in de rechter voorpoot waar wijn uit stroomt. De straat is vol met mensen die zich haasten om de wijn op te vangen. Onder de prent staat: 1. Huysen vande Ambassadeurs der Hoogm. Hren Staten. 2. Staken met Picktonnen, 3. Den Leeuw met seven Pylen, alwaer de wyn overvloedigh uyt vloeyde.
Vreugdetekenen voor het logement Hrn Staten ambassadeurs, fragment uit: Vrede van Breda, 1667, Romeyn de Hooghe, 1667. Collectie Rijksmuseum

Nieuw-Amsterdam

Margaretha heeft vernomen dat de Engelsen een eiland hebben ingenomen. Ze noemt het eiland niet bij naam, maar beschrijft dat de schepen van de Republiek hier hun proviand vandaan halen. Het is niet duidelijk op welk eiland Margaretha hier doelt.
In de Vrede van Breda werd uiteindelijk afgesproken dat de Republiek het eiland Run mocht behouden, evenals het recent veroverde Suriname. Nieuw-Amsterdam, het huidige New York, werd overgedragen aan Engeland.

Brieffragment over de Engelsen in Oostindie

[van vreede wel de grootste is,] men seijt
de Engelse in oostindie en indie weer
Een Eijlant van ons hebbe ingenoome daer
al onse oostindische scheepe haer vicktae
vicktaelye2Vitalie (victualie): proviand van wt moeten haellen[,]

Kaart van Suriname, geel omrand, de gebieden gekleurd. Bergen, vegetatie en gebouwen, vestigingen ingetekend. Rechtsboven de kompasroos, met schaal in Duitse mijlen en Urengaans. Geeft voornamelijk het gebied ten oosten van Paramaribo weer, het noordoostellijk deel van het huidige Suriname.
Kaart van Suriname, Joachim Ottens, 1713 – voor 1718. Collectie Rijksmuseum

Utrechtse zaakjes

De brief is geschreven vanuit Utrecht. Margaretha is aldaar bezig allerlei zaken te regelen. Rodenburg was de dag ervoor al bij haar in Amerongen geweest, Gerard van Reede van Drakestein en Coenraad Borre van Amerongen waren niet thuis. Ze doet uitgebreid verslag van wie ze wel en niet gesproken heeft en wie op de hand is van wie.

Eerste brieffragment Utrechtse politiek
Tweede brieffragment Utrechtse politiek

ick ben vandaech opt goetvinde van men
heer roodenburch3Christiaan van Rodenburg, Kanunnik van St. Pieter, Geëligeerde in de Staten van Utrecht die gistere bij mij op
Ameronge was en met sijn vrou op bee
verweert acht a 14 dage meent huijs
te houde, gekoome, heb hier noch niemant
als den heer van hoeflaecken4Steven van Lynden gesien die
roodenburch meende wat vroeder5Vroed: wijs, verstandig te vinde
als voor dees, dan ick kan niet mercke

of sijnhEd en de heer van mijnde6Jasper van Lynden, de vader van Steven sijn noch
wel en animeus int bekende werck, draeke
7Gerard van Reede van Drakesteinsteijn en sandenburch8Coenraad Borre van Amerongen heb ick niet thuijs
konne vinde salse noch voor mijn ver –
treck soecke te spreecke daer ick meest
om gekoome ben[, men heer roodenburch]

In het PS voegt ze nog toe wat ze eigenlijk in Utrecht doet: ze wil kijken ‘waar sommigen gelogeerd zijn’. Om nog maar even een smeuïge roddel toe te voegen…

PS met roddel

[die so] ick ben hier gekoome om te sien of kan verneeme
waer somige geloosgeert sijn, den heer van suijlisteijn
is weer wel en bij mij geweest heb van hem al vreemde
dinge gehoort dan hij is wel maer al me niet wel op rijnswou
tevreen

Kleinkind Tietge

Tien dagen geleden is Margaretha jr. ‘Tietge’ geboren. In de 17de eeuw was het gebruikelijk dat kraamvrouwen negen dagen het bed hielden. Als Philipotta zich aan deze regel heeft gehouden, dan mag ze nu inmiddels het bed verlaten. Volgens Margaretha gaat het hartstikke goed met haar schoondochter en haar eerste kleinkind. Zo goed zelfs, dat het lijkt ‘alsof ze geen kraamvrouw was’.

Brieffragment over de kraamvrouw

[voordeese heb geschreefve,] onse kraem vrou met
haer dochter is de heer sij gedanckt so wel ofse
geen kraemvrou was, nu moet ick door haest
Eijndige blijfve

Mijn heer en lieste hartge

uhEd getrouwe wijff en
dieners MTurnor

ick hoop merge
weer naer Ameronge
te gaen, [ de heer van]

Pop, voorstellende de kraamvrouw, gekleed in een crèmekleurig satijnen jak, dat tot halverwege het bovenbeen reikt. Het jak is nauwsluitend en loopt vanaf het middel naar onderen toe uit. Onder het jak een enkellaags linnen hemd, daarboven een schoudermantel van kant.
Pop, voorstellende de kraamvrouw, anoniem, ca. 1676, onderdeel van het poppenhuis van Petronella Dunois. Collectie Rijksmuseum
  • 1
    Pektonnen. Bij vreugdefeesten was het gebruikelijk tonnen waarin de brandbare stof pek zat te ontsteken
  • 2
    Vitalie (victualie): proviand
  • 3
    Christiaan van Rodenburg, Kanunnik van St. Pieter, Geëligeerde in de Staten van Utrecht
  • 4
    Steven van Lynden
  • 5
    Vroed: wijs, verstandig
  • 6
    Jasper van Lynden, de vader van Steven
  • 7
    Gerard van Reede van Drakesteinsteijn
  • 8
    Coenraad Borre van Amerongen

Banencarrousel en een snapreisje

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 11 juli 1667 Amerongen
Ontvangen Godard Adriaan van Reede
Lees hier de originele brief

Margaretha heeft Godard Adriaan in haar vorige brief op de hoogte gehouden van het politieke gekonkel in Utrecht. De brief van ‘neef’ Gerard van Reede van Drakestein blijft een heet hangijzer. Margaretha heeft het idee dat het goed met hem gaat, maar toch merkte ze dat hij het nodig heeft dat men hem het ‘hart wat inspreekt’. Wat zou ze daarmee bedoelen? Iets als hem het hart onder de riem steken of moed inspreken?

Brieffragment Drakestein en de cornetsplaats

[sende,] hoet bekende werck te wttrecht staet
heb ick uhEd inde voorleedene weecke geschreefve
hoope uhE nu den brief vande heer van draeke
steijn door mij gesonde sult hebbe ontfange
ick kan wel niet sien of dien goede man
is noch wel maer mercke hij wel van noode
heeft dat men sijnhEd het hart wat in stee
spreeckt het welcke ick al vrij te wttrecht sijnde
gedaen heb daer was weer de kornets plaest
vande rhijngraefs komp vakant doort kas
– seere vande wiltfanger, hier maeckte de
heer van drakesteijn staet op voor sijn soon
ick wil niet hoope hij hem daer door int
minste, aen haer sal angaesgeere1engageren , [want]

Bordspel genaamd Carousel-Spel uit 1823. Centraal een pikeur met zweep waaromheen vijf koetsjes waarin een vrouw zit en getrokken door een paard waarop een man zit. Onderdeel van een groep van kinder- en gezelschapsspelen gedrukt in de periode ca. 1750-1850.
Carrousel spel, 1823, Daniel Willem Stoopendaal, 1823. Collectie Rijksmuseum.

Carrousel

De banencarrousel in Utrecht draait op volle toeren. Eén van de functies die vrij komt is de cornetsplaats in het leger van de Rijngraaf. Drakestein zou die plaats graag voor zijn zoon hebben. Margaretha heeft er een mening over, maar welke wordt mij niet helemaal duidelijk.

Man gepositioneerd naar recht met kastanjebruine krullen en een vlassig snorretje. Hij draagt een harnas met een kraag met een kanten geschulpte rand. Om zijn middel draagt hij een oranje sjerp.
Frederik Adolf van Reede (1614-1638), anoniem, ca. 1635. Collectie Kasteel Middachten.

Misschien ligt de cornetsplaats bij de Rijngraaf ook nog een beetje gevoelig. Het is de functie die de oudere broer van Godard Adriaan bekleedde toen hij in 1638 om kwam. Door zijn overlijden werd Godard Adriaan in 1641 Heer van Amerongen, in plaats van zijn oudere broer.

Ook voor de overige functies steekt Margaretha haar mening niet onder stoelen of banken: de ene is kwaadwillig, de ander zegt functies toe aan meerdere mensen en de genen die van goede wil zijn, worden misbruikt door anderen.

Vrede van Breda

Er komt nieuws dat de Vrede van Breda tussen de Engelse koning en de Republiek nagenoeg rond is. Dat is goed nieuws, want de Republiek ligt weer behoorlijk onder vuur. We kwamen eerder al de Bisschop van Münster tegen. Gelukkig is met hem inmiddels de vrede gesloten. De Tocht naar Chatham heeft de Republiek een goede onderhandelingspositie ten opzichte van de Engelsen gegeven.

Brieffragment over de vredesonderhandelingen in Breda

[gister avont wt den haech is voort naar nimweege,] seijde men
daer2In Den Haag voorsecker hielt dat de vreede tusche den koninck van
Enlant3Koning van Engeland, Karel II en ons so goet als gesloote was, datter heel weijnich
different meer is dat de prinsipaelste det deense4De Vrede van Breda is breder dan alleen tussen Engeland en Nederland: er worden ook afspraken gemaakt over de handel in de Oostzee.
verschille sijn dieme niet twijffelde of soude in korte almeede
gevonde worde, so dat is geloofve en hoop uhEd sijn affaerees
aldaer ock haest sulle geEijndicht sijn, de sweetse vreede
met deesen staet heeft men meer van gesproocke als men nu doet

Karel II zit op zijn troon met een grote kroon, een hermelijngevoerde cape en mantel, witte kousen met een kousenband, de orde van de kousenband om zijn nek. In zijn rechterhand een staf, in de linkerhand de staatsappel. Hij draagt beige schoenen met edelstenen, zijn voeten staan op een kussen.
Karel II van Engeland. John Michael Wright (ca. 1671-1676), Collectie: Royal Collection Trust.

In paraatheid

Als we de vrede binnen hebben, staan we sterker tegenover Lodewijk XIV. Hij is niet in oorlog met de Republiek, maar hij is wel de Spaanse Nederlanden binnen gevallen. Als het even kan wil Johan de Witt voorkomen dat de Fransen onze directe buren worden. Dus het leger is in paraatheid! Die paraatheid is serieus: de officiers moeten in de garnizoenen en op hun verzamelplekken blijven. Alleen mogen ze soms een ‘snapreisje’ maken. Ik ben er helemaal voor om dat woord weer terug in te voeren in het Nederlands.

Brieffragment over het Staatse en het Franse leger

de offisiers hebbe heelle strickte ordere om in haer gernisoene en
op haer randivoes te sijn en blijfve, so dat de heer van ginckel
ock niet vandaer derft als somtijts Een kort snapreijsge
doen, men seijt ock dat het leeger van de franse weer wt
flaendere gaet dat de cock5Verwijzing naar de Franse haan of persoon? Of is het een samensmelting van co(nin)ck? haer vandaer doet scheijde
sonder dat sij daer veel progresse hebbe gedaen met so Een
groot leeger, de heer almachtich wil ons aen alle kanten
vreede geefve in wiens bescherminge uhEd beveelle en
blijfve

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff en
dieners M Turnor

Rivierlandschap met op de voorgrond twee ruiters, één laat zijn paard uit het water drinken. Rechts een herder die enkele koeien bewaakt, achter hem enige huizen en in de verte de torens van een stad.
Rivierlandschap met ruiters, Aelbert Cuyp, ca. 1653 – 1657. Collectie Rijksmuseum. Een snapreisje naar de rivier…
  • 1
    engageren
  • 2
    In Den Haag
  • 3
    Koning van Engeland, Karel II
  • 4
    De Vrede van Breda is breder dan alleen tussen Engeland en Nederland: er worden ook afspraken gemaakt over de handel in de Oostzee.
  • 5
    Verwijzing naar de Franse haan of persoon? Of is het een samensmelting van co(nin)ck?

De Utrechtse lobby

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 4 juli 1667 Utrecht
Ontvangen Godard Adriaan van Reede
Lees hier de originele brief

Margaretha is heel even in Utrecht. Ze blijft maar een dag, want ze wil haar schoondochter niet te lang alleen laten, omdat die elk moment kan bevallen.

Brieffragment over schoondochter

wttrecht den
4 ijuli 1667

Mijn heer en lieste hartge
ick ben gisteravont hier gekoome met meeninge om
merge vroech weer naer Ameronge te gaen als
ick niet lange onse dochter alleen derfve laete

De ridderschap schrijft

De hele dag is ze druk met de provinciale politiek. Ze spreekt zowel mensen van de ridderschap als van de vroedschap. Binnen de ridderschap rekenen sommige partijen zeer op de invloed van Godard Adriaan. Van Reede van Drakestein heeft hem geschreven maar die brieven zijn waarschijnlijk in het Duitse plaatsje Celle (op de route naar Denemarken waar Godard Adriaan op missie is) blijven liggen. Nu stuurt hij dan maar een brief ingesloten in dezelfde enveloppe als waar deze brief van Margaretha zelf in zit.

Brieffragment over Van Reede van Drakestein

[treck geen gesien,] den heer van drackesteijn1Gerard van Reede van Drakestein
is dees merge bij mij geweest kan hem niet genoech
verwonderen dat sijn briefve uhEd niet sijn ter
hande gekoome, beusekom2Nicolaas van Beusichem meent die te sel3Celle sijn
blijfve legge salder door de post maer doen ver
neemen, hoet bekende werck hier staet sal de
heer van draeckesteijn uhEd met deese post schrijfe
dewelcke sijn hEd mij heeft belooft te sende om
neffens deese onder Een koevert4Couvert: Briefomslag, enveloppe te doen, [nu]

Een zilveren munt met een door de wolken springend paard met een lauwerkrans boven de stad Celle.
Herdenkingsmunt Christiaan Lodewijk van Brunswijk-Lünenburg, Lippold Weber, 1654. Collectie: Museum August Kestner, Hannover. Het paard springt over de stad Celle.

De vroedschap speelt kunstjes

Bij een bezoek aan de vrouw van Cornelis Booth treft ze ook de oud- Burgemeester zelf aan. Van hem hoort ze dat de vroedschap helemaal niet unaniem was bij het opstellen van de zogenaamde ‘deductie’, een soort nota over het nieuwe regelement voor de samenstelling van de Staten. Ze waren het volgens Booth wel eens dat er een regelement moest komen, maar niet wat er in moest staan.

Brieffragment Cornelis Booth

ben ick dees naer middach bij den heere boot5Cornelis Booth geweest
sijn vrou besoecke daer ick hem selfs vondt en naer
verscheijde diskoerse6discours: redenering quaeme wij op de deducksie7deductie: eigenlijk het redeneren op geldige wijze, waarbij de waarheid van de praemissen noodzakelijk leidt tot de waarheid van de conclusie. Hier het resultaat van de deductie: de afgeleide waarheid.
bij de heere van de stat gemaeckt, die hij seijde daer
in gans niet Eenpaerich8eenparig: unaniem geweest te sijn, dat hij
wel van opijnie was geweest der Een reechgelement
gemaeckt sou worde en datse in dat stuck9wat dat betreft Een=
paerich waeren geweest maer verder niet [dat]

Een huis met twee zadeldaken, links een trapgeveltje. Voor het huis een hek. Links bosjes en struiken, rechts een muur met daarvoor vier bomen. Op de achtergrond een torentje. Onder de afbeelding staat 'Booth van buijten te zien'.
Het huis van Cornelis Booth tussen Janskerkhof en Voorstraat. Door J. Stellingwerf, ca. 1720 naar een ouder voorbeeld. Collectie Het Utrechts Archief

Dat ze unaniem zouden zijn geweest is er achteraf pas in gezet. Sterker nog, er zijn wel drie verschillende versies van de uiteindelijke tekst voor de verklaring tegelijkertijd in omloop geweest! Booth heeft ze thuis nog liggen. Godard Adriaan zal zich wel kunnen indenken ‘wat voor kunstjes zij spelen’.

Brieffragment over het spelen van kunstjes

[paerich waeren geweest maer verder niet] dat
ock het woort van Eenpaerich daer naer10daarna bij
of in is gevoecht, seijde ock dat hij drij verscheij
de deducksie noch in sijn huijs heeft die vande
andere deffireere11devieeren: afwijken en op Eene datem sijn, uhEd
kan dencke watte kunsges sij speelle [altijt deese]

Van die kunstjes noemt Margaretha nog een paar voorbeelden, en een stuk of acht daar aan verbonden namen. Ze vraagt Godard Adriaan om maar niet in zijn brieven te benoemen dat Booth zo openlijk met haar gesproken heeft en om Drakestein zo snel mogelijk terug te schrijven. Hij en vele anderen zullen blij zijn als hij weer thuis komt.

Godard opgeroepen

Ondertussen heeft zoon Godard een oproep gekregen om zich bij zijn regiment te voegen in Arnhem of Doesburg. Daarom gaat hij morgen al naar Middachten en van daaruit verder. Margaretha hoopt dat God zorgt dat hij wijs en voorzichtig zal zijn.

Brieffragment over Van Ginkel

[te moogen hebben] gisteravont heeft de heer van
ginckel ordere of patent gekreechge om hem opt spoedichste
naer sijn rande voes12Rendez Vous, afspraak, ontmoeting(splek) te begeefve hetwelcke te Aernhem en
Doesburch is en gaet merge weer naer Middachte de heer
hoope ick sal hem wijsheijt en voorsichticheijt geefve

Wirtz wordt generaal

Niet lang geleden is Paulus Wirtz benoemd tot generaal van het leger van de Republiek. Naar men zegt zou dat mede op aanbeveling van Godard Adriaan zijn. Een groot deel van de manschappen zou daar niet bepaald enthousiast over zijn. Wat ze precies tegen Wirtz hebben weet Margaretha niet13Misschien heeft het iets te maken met verdeling van geroofde buit en zijn optreden in het algemeen tijdens zijn gouveneursschap van Krakau in Zweedse dienst in 1657..

Omdat er zo ontevreden over Wirtz wordt gesproken is Margaretha er niet blij mee dat zijn aanstelling zo in verband wordt gebracht met haar man. Godard Adriaans rol daarin wordt volgens haar groter gemaakt dan hij in werkelijkheid was. Ze sluit af met de mededeling dat van de regimenten van De graaf van Horne en Aquila gezegd wordt dat ze naar zee moeten.

Brieffragment over Wirtz

16670704 Brieffragment over betrokkenheid Godard Adriaan bij benoeming Wirtz

[hoope ick sal hem wijsheit en voorsichticheijt geefve,] men
spreeckt hier seer van wurts tot generael van ons
leeger die so geseijt wort van uhEd gereeckomaandeert
soude sijn, so ick van veel hoor sal hij seer teegens de
borst van heelle meliesie weese watse teegens hem hebbe
weet ick niet dan se sijn heel teegens hem ingenoomen en

somige derfve al wat misnoecht spreecken daer om ick wel
wenste uhEd naem hier niet in gespelt wiert, doch geloofve
der hier al sijn diet vrij wat grooter uhEd reeckomandasi
van sijn Persoon maecke alst inderdaet geweest is, het
reesgement vande graef van hoorn en van Aquila seijt me
dat op see moeten, hiermede blijfve,
uhEd getrouwe wijff
MT

Ovaal portret ten halven lijve in ovaal van Paulus Wirtz, veldmaarschalk. Hij is geharnast en draagt een sjaal. Het portret zit in een soort cartouche met een richel onder het portret. Daaronder staat PAULUS WIRTS, veldmaarschalk.
Portret van Paulus Wirtz, Christiaan Lodewijk van Kesteren, 1842-1897. Collectie Rijksmuseum.
  • 1
    Gerard van Reede van Drakestein
  • 2
    Nicolaas van Beusichem
  • 3
    Celle
  • 4
    Couvert: Briefomslag, enveloppe
  • 5
    Cornelis Booth
  • 6
    discours: redenering
  • 7
    deductie: eigenlijk het redeneren op geldige wijze, waarbij de waarheid van de praemissen noodzakelijk leidt tot de waarheid van de conclusie. Hier het resultaat van de deductie: de afgeleide waarheid.
  • 8
    eenparig: unaniem
  • 9
    wat dat betreft
  • 10
    daarna
  • 11
    devieeren: afwijken
  • 12
    Rendez Vous, afspraak, ontmoeting(splek)
  • 13
    Misschien heeft het iets te maken met verdeling van geroofde buit en zijn optreden in het algemeen tijdens zijn gouveneursschap van Krakau in Zweedse dienst in 1657..

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén