Mijn heer en lieste hartge

Auteur: Floortje Tuinstra Pagina 4 van 5

Floortje Tuinstra is historica en archivaris en deed voor Het Utrechts Archief het inhoudelijke onderzoek voor de tentoonstelling "Rampjaar 1672-1673" en de bijbehorende podcast.

Het deugt daar niet…

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 28 april 1673 Amsterdam
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 2 mei 1673 Hamburg
Lees hier de originele brief

Er zit enige schot in de zaak: Margaretha weet het geld voor de ordonnanties bij stukjes en beetjes binnen te krijgen. Ze is naar Amsterdam gegaan en heeft bij de belastingontvanger 4410 van de 6000 gulden los weten te peuteren. Dat was niet makkelijk, want de belastingpachters1De inning van belasting werd verpacht, de hoogste bieder kreeg de baan schijnen met drie à vier tegelijk bankroet te gaan, waardoor de belastingontvanger met lege handen staat.

Bij stukjes en beetjes

Op het geld voor de ordonnantie van 10.000 zal ze nog wel langer dan twee maanden moeten wachten. Het is niet te geloven hoeveel moeite het kost om een ordonnantie te krijgen en dan vervolgens weer om hem te innen. Misschien is er straks wel helemaal geen geld meer. Maar ze blijft haar best doen zo veel mogelijk binnen te harken.

Eerste pagina van de brief

rec. 2e may in Hamburg
wt Amsterdam
den 28 April 1673

Mijn heer en lieste hartge

hier koomende wist den ontfanger nergens minder
van als van gelt te geefven segende dat sijn kantoor
so seer beswaert wiert dat hem niet moogelijck is te
voldoen, de pachters gaen hier met 3 a 4 teffens
banckeroet daer hij niet van kan krijge, ick heb
hem noch so veel goeije woorde gegeefve dat hij mij
gistere op den ordinans2Ordinantie: regeling, verordening van ses duijsent gul
4410f heeft betaelt ende resteerende penin
ge tot voldoenin van de 6000f belooft heeft inde
toekoomende weeck te betaelle, maer tot de
betaeline van leste ordinansi ter som van 10000 f
kan hij mij geen tijt stelle vreese dat noch wel
Een maent of twee sal aenloope Eer mij die
betaelt wort, het sal naer dat ick sien en hoor
hoe langer hoe Erger worde en vreese men opt
lest heel geen gelt sal konne krijge daer om ick
blij ben deese leste ordinansi van tienduijsent
gul genoome te hebbe men sou niet geloofve
wat moijte men heeft Eer ick de ordinansie
krijch en dan weer omt gelt te krijgen, sal
niet versuijme het selfve so veel inte vorderen

Christus passeert met zijn leerlingen de tollenaar Matteüs en vraagt hem hem te volgen. Matteüs staat op van zijn bank en verlaat de tafel waar hij belasting int. Onder de voorstelling een verwijzing in het Latijn naar de Bijbeltekst in Mat. 9:9. Deze prent maakt deel uit van een album.
Roeping van (de tollenaar) Matteüs, Hans Collaert (I), naar Ambrosius Francken (I), 1646. Collectie Rijksmuseum

Financiële verantwoording

Ondertussen hoopt ze dat haar man het haar niet kwalijk neemt als ze 2000 gulden van het ontvangen bedrag meeneemt naar Den Haag om de belastingen en de wijnrekeningen te betalen en de rest van de huishouding te kunnen blijven voeren. De overige 2410 laat ze bij de drost van Amerongen die het dan aan huisbankier Temminck zal geven zodra ook de rest van de 6000 binnen is. Zodra er iets voor de volgende ordonnantie binnenkomt gaat dat ook naar de bank. De drost zal dat Godard Adriaan steeds laten weten, zodat die bij kan houden hoeveel geld er van hen bij Temminck uit staat. Temminck zorgde ook voor de wissels, zodat Godard Adriaan in het buitenland geld op kon nemen.

Brieffragment over het geld voor Den Haag

alst doenlijck sal sijn, bidt niet qualijck te neeme
dat ick van dit ontfangene gelt twee duijsent
gul mee naer den haech sal neeme om aldaer
de schattine en de wijnkooper brant sijn reeckenin
te betaelle en het resteerende tot de huijshoudine
inde haech koomende sal ick uhEd de memoorije
vande lest ontfangene 6000f wat daer meede
betaelt is sende, de resteerende 2410f laet ick
hier in hande van onsen drost om als hijt verde
=re gelt van den ontfanger sal hebbe bekoome
het saeme aen teminck sal telle het welcke
dan de som van vier duijsent sul sal sijn so
haest salder geen gelt vande leste ordinansi
ontfange worde of salt almeede in hande van
teminck legge, het welcke uhEd van tijt tot tijt
sal laete weete op dat deselfve staet kont maecke
wat gelt onder teminck van ons is, [ick heb ons goet]

Alles naar de pakzolder

Het huis aan de Nieuwe Herengracht is per mei aan anderen verhuurd, dus Margaretha moest nodig een nieuwe plek zoeken. Net op tijd heeft ze die gevonden en alle spullen verhuisd. Ze heeft voor 5 gulden een pakzolder gehuurd bij makelaar Raedemaecker op de hoek, waar nu alles netjes bij elkaar staat. Behalve dan de koffers met zilver van Phillippota, het kastje met eigendomspapieren en nog twee kastjes met belangrijke brieven: die worden in bewaring genomen door de drost, die bij zijn vader op de Binnen Amstel gaat wonen. Margaretha heeft van alles een inventaris opgesteld. Die nieuwe zolder is ook nog eens een stuk goedkoper dan het huis, want voor het huis betaalde ze 125 gulden per half jaar en nu maar 5 gulden per maand.

Eerste brieffragment over pakzolder
Tweede brieffragment over pakzolder

[wat gelt onder teminck van ons is] ick heb ons goet
dat alde winter hier geweest is verhuijst en hier
naest de deur tot Een maeckelaer genaemt
raedemaecker op sijn packsolder die ick bij de
maent gehuert heb voor 5f ter maent
altemaelt goet bij Een geset, wt gesonder ons
en de vrou van ginckels silver koffers met sil=
=ver En ons kastge met transporte briefve
en noch twee vande kistges met vande nodichste
briefve sal den drost in sijn huijs in bewaerrin

houde, hij gaet hier in sijn vaders huijs op den binne
Emstel3Binnen Amstel woonen, ick heb van alles Een inventa
=ris gemaeckt en wel aengeteeckent, heb hier
nu weer 125f van huijshuer voor dit half ijaer
betaelt, dat liep te hooch, derf Evenwel mijn
goet noch niet inden haech wagen, 5f ter
maent kan gaen, [men is hier seer bekomert]

Links de achtergevels van de Engelsche huizen en de Doelensluis; in het midden de huizen staande aan de Doelenstraat; geheel rechts op achtergrond de Halvemaansbrug met daarachter het Diaconie Weeshuis en rechts op voorgrond, hoek Kistenmakergracht. Techniek: ets in kleurendruk (Teyler-procedé), ten dele handgekleurd.
De Binnen Amstel, gezien vanaf de Muntsluis ca. 1690 Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Friesland in gevaar, Brandenburg haakt af

Er zijn troepen naar Friesland gestuurd omdat men bang is dat de vijand daar zal binnenvallen. Dan worden we op drie verschillende plaatsten tegelijk bedreigd! Nou ja, ze zullen niet meer kunnen dan de Heer zal toestaan. Margaretha hoopt dat Hij de Republiek bij zal staan en een keer verlossing zal brengen. Men zegt dat komende week de Zweedse Ambassadeurs naar Aken zullen vertrekken. Ook blijft men maar zeggen dat de keurvorst van Brandenburg een verdrag heeft gesloten met Frankrijk. We kunnen op niemand vertrouwen, behalve op God, en hopen op een goede vrede.

Brieffragment over alle aanvallen op de Republiek

[maent kan gaen] men is hier seer bekomert
en vreese de vijant in vrieslant4Friesland sal soecke in
te breecken daer om daer volck gesonde sal
worden, sij dreijgen ons op drie verscheijde
plaets te gelijck te wille atackeere5aanvallen, sij sulle
niet meer doen als haer de heere toe laet hoope de
heer ons sal bij staen en Een mael Een genadige
verlossine geefve, de sweetse Ambasadeurs seijtme
dat int Eerst van de toekoomende weeck vertrecke naer
Acken, men kontiniweert noch te segge dat de
keurvorst van branderburch Een aliansi met Vranckrijck6Margaretha is hier heel erg op de hoogte, pas in juni wordt het Verdrag van Vossem getekend heeft gemaeckt , wij konne ons op niemants vertrou
=we als alleen op godt en hoope op Een goede vreede

Rechtsboven inzetkaart met Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog. Rechts in het midden twee putti met legenda en twee schaalstokken: Mille Germanica commune / een gemeene Duytsche myl en 0.5, Nederlandsche mylen ofte uren gaens. Rechtsonder titelcartouche met daarboven het wapen van Friesland.
Rechtsboven inzetkaart met Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog. Rechts in het midden twee putti met legenda en twee schaalstokken: Mille Germanica commune / een gemeene Duytsche myl en 0.5, Nederlandsche mylen ofte uren gaens. Rechtsonder titelcartouche met daarboven het wapen van Friesland.Kaart van Friesland, anoniem, Bernardus Schotanus à Sterringa, ca. 1665. Collectie Rijksmuseum.

Amsterdam laat het hoofd hangen

Godard Adriaan zou vast niet geloven hoe de mensen in Amsterdam praten en hoe moedeloos ze worden. Veel kooplieden maken zich grote zorgen. Degenen die hun belangrijkste zaakjes naar Hamburg hebben gebracht, hebben al weer spijt, want Hamburg is slecht verdedigd. Het zou minimaal op plundering uitdraaien. Margaretha lijkt hier niet echt in mee te gaan, want anders zou ze wel grotere zorgen over de veiligheid van Godard Adriaan laten doorschemeren.

Gezicht over het IJ op de Amsterdam met van links naar rechts het Oost-Indisch Zeemagazijn op Oostenburg, de pakhuizen bij ‘s Lands Werf op Kattenburg, de Oosterkerk op Wittenburg en rechts het poortgebouw van ‘s Lands Werf. Op de voorgrond een roeiboot en daarachter een paar zeilschepen. Het IJ is vol met boten en bootjes. Net geen Sail Amsterdam.
Gezicht over het IJ op de oostzijde van de stad, Pieter Idserts Portiers, ca. 1750. Collectie Stadsarchief Amsterdam
Eerste brieffragment over de Amsterdamse kooplieden
Tweede brieffragment over de Amsterdamse kooplieden

uhEd sou niet geloof hoe de mense hier spreecke en
hoe kleijn moedich dat sij worde seggende dat dees
stat meest bedurfven is de kooplie weeten
niet waer sij blijfve sulle veel sijn swaerhoofdich
die haer prinsipaelste7Principaal: Voornaam(st), belangrijk(st) tot hamburch hebbe ge
brocht wenste het weer hier te hebbe vreese om
dat hamburch sonder defensi is, het minste

datter sal koome dat die stat sal wt geplondert
worde, so dat men niet weet waer seecker te sulle
blijfve, [de oorlooch scheepe sijn hier alle gereet]

Oorlogsvloot voor Pampus

De oorlogsschepen zijn gereed, maar kunnen vanwege de droogte niet over Pampus komen, een ondiepte in de Zuiderzee op de vaarroute van en naar Amsterdam. Er staat niet meer dan 8 tot 10 voet water boven, terwijl er schepen zijn met een diepgang van 24 tot 26. Hebben zij weer! Hier komt overigens de uitdrukking “voor Pampus liggen” vandaan. Als je daar ligt, kan je niet verder en ben je tijdelijk uitgeschakeld.

Brieffragment over de oorlogsschepen

[blijfve] de oorlooch scheepe sijn hier alle gereet
maer konne door de droochte niet overt panhfis8Pampus
daer isserboove de 8 a 10 niet over en dersijnder
wel 24 a 26 dit is alweer Een ongeluck, [het doet]

Blad met een overzicht van de verschillende middelen en manieren om schepen over het Pampus (of andere droogten) heen te halen. Op het blad onder de plaat staat de uitleg van de methodes in 3 kolommen. De prent is opgevouwen geweest en met de hand geadresseerd aan de heer Dirk Mels te Amsterdam.
Blad met een overzicht van de verschillende middelen en manieren om schepen over het Pampus (of andere droogten) heen te halen. Op het blad onder de plaat staat de uitleg van de methodes in 3 kolommen. De prent is opgevouwen geweest en met de hand geadresseerd aan de heer Dirk Mels te Amsterdam.Verschillende middelen om schepen over het Pampus (of andere droogtes) heen te halen, ca. 1700, Cornelis Meijer, 1690 – 1710. Collectie Rijksmuseum.

Sommelsdijkje zwanger van Labadie?

We naderen het einde van de brief, want het wordt tijd voor een roddel. Margaretha zegt niets te weten van een vertrek van mevrouw Lucia van Walta, de Vrouwe van Sommelsdijk, uit Den Haag. Blijkbaar heeft Godard Adriaan daar naar geïnformeerd. Margaretha zal eens rondvragen als ze weer in Den Haag is, maar ze gelooft het eigenlijk niet. De hele winter wordt er al gekletst dat Lucia’s dochter, Maria van Aerssen van Sommelsdijk, die bij de Labadisten zit, zwanger zou zijn van leider Jean de Labadie en dat ze met hem zal trouwen. “Het deugt daar niet, met al hun heiligheid”, merkt Margaretha op.

Brieffragment over de labadisten

[de ick sijn leefve wel wensche] vande vrou van
someldijcks9Lucia van Walta, echtgenote van Cornelis van Aerssen van Sommelsdijk vertreck wt den haech heb ick niet Een
woort gehoort salder nae verneeme so haest ick
weer inden haech koom maer geloof niet datsij
wt den haech is, men heeft al de winter geseijt dat
juff Marij van someldijck10Maria van Aerssen van Sommelsdijk die bij la bedije11Jean de Labadie, grondlegger van de Labadisten, een gereformeerde sekte is
swaer was en dat hij labedije haer sou trouwe
ten deucht daer met al haer heijlicheijt niet,

“Daar” is op dat moment Altona bij Hamburg. Jean de Labadie was in 1669 als predikant in Middelburg afgezet en naar Amsterdam gegaan. Zijn radicale leer van samenleven in soberheid en het precies volgen van de bijbel trok ook dames uit de hogere kringen, waarvan de bekendste Anna-Maria van Schurman was. Via haar kwamen ook drie (van de elf) dochters van Van Aerssen van Sommelsdijk en Lucia van Walta erbij, waaronder Maria. In 1670 trokken de Labadisten naar Herford in Westfalen, waar ze onderdak vonden bij Elisabeth van de Paltz. In 1672 vestigden ze zich in Altona. Als het klopte dat moeder Van Aerssen uit Den Haag was vertrokken, was ze misschien wel op weg daarheen, wie weet om bij een bevalling te zijn of een bruiloft voor te bereiden… Of deze roddel nu waar zal blijken of niet, feit is dat het slot Walta in Wieuwerd, waar de Labadisten in 1675 neerstreken, eigendom was van de drie gezusters van Aerssen.

Bruin getekend medaillon met daarin het portret van een man met een mager gezicht met een flinke neus en een kleine kin met een baardje. Hij heeft een soort bloempotkapsel. Hij draagt een cape waar hij net zijn rechterhand in steekt. Onder de cape een jasje met veel knoopje en een witte, eenvoudige kraag. Links boven de medaillon een doornenkrans, rechtsboven een lauwerkrans. Onder de medaillon hulstblaadjes een kastanje in de bolster en een roos. Onder het portret staat geschreven: LABADIE Door Larisse geteekent naar 't leeven. Met een haal en een inktvlek aan het eind.
Portret van Jean de Labadie, Gerard de Lairesse, 1665 – voor 1668. Collectie Rijksmuseum
  • 1
    De inning van belasting werd verpacht, de hoogste bieder kreeg de baan
  • 2
    Ordinantie: regeling, verordening
  • 3
    Binnen Amstel
  • 4
    Friesland
  • 5
    aanvallen,
  • 6
    Margaretha is hier heel erg op de hoogte, pas in juni wordt het Verdrag van Vossem getekend
  • 7
    Principaal: Voornaam(st), belangrijk(st)
  • 8
    Pampus
  • 9
    Lucia van Walta, echtgenote van Cornelis van Aerssen van Sommelsdijk
  • 10
    Maria van Aerssen van Sommelsdijk
  • 11
    Jean de Labadie, grondlegger van de Labadisten, een gereformeerde sekte

Geen man, geen geld, geen hoop op vrede

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 31 maart 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 5 april 1673 Hamburg
Lees hier de originele brief

Wat is Margaretha bedroefd dat haar man nog zo veel pijn heeft en ook dat het er toch niet op lijkt dat hij met Waldeck mee naar Den Haag zal komen! Griffier Fagel wist gisteren namelijk te melden dat de laatste brieven van prins Willem aan haar man de bestemming Hamburg hadden, terwijl Waldeck al volgende week verwacht wordt. Het is dan wel duidelijk dat Godard Adriaan niet bij hem zal zijn.

Brieffragment over terugkomst Godard Adriaan

ick had al gehoopt uhEd met den graef van waldeck1Georg Frederik van Waldeck-Eisenberg Een
keer herwaert2hierheen sout hebbe gedaen en weet niet wat ick
dencken sal want gistere bij ockasie3gelegenheid dat ick den heer
griffier fagel4Hendrik Fagel weegens uhEd rustwage ginck spreecke
seijde hij mij niet te konne dencke dat deselfve hooger
ginck5hoger gaan: eigenlijk stroomopwaarts reizen, in dit geval uit het buitenland naar Den Haag komen om dat sijn hoocheijt met de laeste post hem
briefve aen uhEd had gesonde en belast die op
hamburch te bestelle, en dat hij griffier niet
anders wiste of den graef van waldeck wort
noch deese weeck weer hier verwacht, [daer om]

Tekening van een poort. Links staat dwars op de poort een huisje of schuur. De poort is hoog met ronde boog, Door de poort gaan net een man op een paard en een lopende man (met hond?). Boven de poort zit overdwars een overkapte loopbrug tussen twee ronde torens. De linker toren zit achter het huisje, on der de rechter toren zit een afgesloten luit. Helemaal links zien we dat er naast het huisje een aarden wal of dijk loopt: er staan hekken die schuin omhoog gaan. Bijna uit beeld staat een boom en op de achtergrond links zien we nog een gevel. Voor op de weg staat het monogram AW.
Stadspoort te Hamburg (?), vanuit de buitenzijde gezien, Anthonie Waterloo, 1619 – 1690. Collectie Rijksmuseum

Verbroken zegels

Overigens had Margaretha de griffier eigenlijk aangesproken vanwege de rustwagen. Ook daar mogen ze niet te hard op rekenen, omdat Daniël van Hogendorp, nog steeds doodziek te bed in zijn huis te Rotterdam ligt. Wat Margartha niet weet, is dat hij op het moment dat ze dit schrijft, de vorige dag al is overleden.

Daarnaast verzekerde griffier Fagel haar ook dat de Staten-Generaal erg tevreden over haar man zijn, zowel over zijn onderhandelingen als over zijn adviezen, en dat ze Fagel hebben gezegd Godard Adriaan vooral op de hoogte te houden van alle correspondentie. Behalve met Theodore Brasser, vertegenwoordiger bij Brunswijk en Osnabrück, omdat Godard Adriaan daar zelf al mee schrijft. Fagel zei echter ook te merken dat de brieven regelmatig worden onderschept en opengemaakt. Godard Adriaans brief van de 14e aan de Staten was open geweest en wel heel bot en plomp weer dichtgeplakt. Een brief waarin Godard Adriaan verzoekt om naar huis te mogen heeft hij trouwens nooit gezien…

Brieffragment over opengemaakte brieven

[gedaen worde,] seijde mij ock dat men heere de state
volckoome kontentement6tevredenheid so van uhEd neegoosgasi7negotiatie: onderhandelingen
als advijse neemen en hem hebbe gelast van tijt tot
tijt alser Eits voorkomt uhEd kenise daervan
te geefven, gelijcke hij seijt te doen behalfve van
de briefve van brasser8Theodore Brasser, vertegenwoordiger van de Republiek bij de Hertogen van Brunswijk in Celle, Wolffenbütel en Hannover en bij de bisschop van Osnabrück om dat die selfs met uhEd
korespondeert, maer seijt te bemercke dat de
briefve worde geintersipiEert9intercipiëren: onderscheppen of op gebroocke gelijck
die vande 14 die uhEd aenden staet heeft gesonde
was open geweest en wel plomp bot weer toege
daen, hij seijt ock noijt geen briefve van uhEd
gehadt of ock niet aenden staet gesien te hebe
waer in uhEd sijn demissie10ontslag, verlof of om Een keer her
waerts te doen versocht heeft, so dat die daer
uhEd inde mijne van mensioneert11mentioneren:vermelden hetselfve aende
griffier versocht te hebbe niet moet ter hande
gekoome sijn, [weegens onse ackte van garant]

Gravure van een stapel papieren met daaraan allerhande zegels. Ernaast ligt een zegelring. De zegels liggen waarschijnlijk in de zon, want ze beginnen te smelten. Op de achtergrond een klassieke tuinvaas.
Gesmolten zegels en een zegelring, Vincent Laurensz. van der Vinne (II), 1714. Collectie Rijksmuseum.

Geen geld voor Margaretha…

Het is Margaretha nog niet gelukt het geld voor de derde ordinantie los te krijgen. Ze heeft hem bij de drost van Amerongen in Amsterdam achtergelaten om daarmee naar de ontvanger te gaan. De ontvanger beweert helaas dat het echt niet kan, en dat hij zelfs niet kan zeggen wanneer hij wel kan betalen. Ze vreest dat het hoe langer hoe erger zal worden.

Brieffragment over geld

met de leste post heb ick uhEd geschreefve dat ick de
tweede ses duijsent gulde heb ontfange, de ordinansi
vande derde heb ick onder den drost van Ameron
geleate op om de peninge tot Amsterdam bij den
ontfanger in te vorderen, doch sien daer voor
Eerst noch geen raet toe, vermits den ontfange
seijt hem onmoogelijck te sijn alsnoch tijt te konne
stelle tot de betaelline, ick sal nae de hoochtijt
weese ses duijsent gul versoecke maer sien geen raet
tot gelt of ick schoon ordinansi heb en vrees het hoe
langer hoe erger sal worde, [dat de heer van ginckel]

Zware houten tafel. de vier poten zijn met elkaar verbonden met latten, daarboven zitten sierlijke ronde vormen. Onder het tafelblad zit een grote kist, met daarop twee rechthoeken als versiering. De hoeken zijn geschubt. Voor op de 'onderlist' zit een zwart slot.
Betaaltafel waarvan de hoekstijlen boven de poten zijn geschubt met geldstukken, anoniem, 1640 – 1660. Collectie Rijksmuseum.

… en ook niet voor van Ginkel

Voor van Ginkel is de geldkrapte nog erger. Margaretha weet niet hoe hij het zou rooien als hij met vrouw en kinderen niet bij haar terecht zou kunnen. Hij heeft nog steeds geen stuiver van zijn salaris gehad. Niet voor zijn functie als ritmeester en niet voor die als kolonel. Waar moet dat heen? Hij is zojuist teruggekomen uit Gorinchem, en wat hij vertelt over de omstandigheden waaronder mensen en paarden daar moeten leven doet Margaretha nog sterker wensen dat God alles ten goede zal keren.

Brieffragment over de financiën van Van Ginkel

[langer hoe erger sal worde,] dat de heer van ginckel
met sijn vrou en kinder niet bij ons was weet voor
waer niet hoe hijt maecken sou want krijcht alsnoch
niet Een stuijver van sijn tracktement noch als rit
=meester noch als kolonel, waer wil dit noch
heen, so aenstonts komt den heer van ginckel van
gorckom seijt het droefvich is te zien so de mense en
en beeste teweete paerde daer wt sien, de heere wil
ons alles ten beste schicke, [om weegens deese staet]

Tekening van een water dat links van ons een bocht naar links maakt. Recht voor ons staat een poortgebouwtje met daarachter een houten brug die aan de overkant een ophaalbrug heeft. Rechts in de verte staat een molen. De brug gaat naar een hoog eiland, waar midden op een groot plomp gebouw ligt met een soort dubbele ui dak. In de eerste ronde ui zitten allemaal dakkapelletjes en daarboven zit een kleinere ui als een kers op de taart. Op het eiland staan verder wat bomen en een klein huisje. De oever van het eiland is afgezet met houten hekken.
Gezicht op Gorinchem, Willem Schellinks, 1637 – 1678. Collectie Rijksmuseum

Wat vrede konnen wij maken?

Gaan de onderhandelingen in Keulen vrede brengen? Ze somt, net als in haar vorige brief, nog eens de namen van de personen op die zullen worden afgevaardigd. Margaretha heeft er niet veel vertrouwen in. Wat voor vrede zal dat worden, want wat valt er te onderhandelen met een koning die alles zo heeft als hij het hebben wil? Ze zeggen dat Spanje op het punt staat met Frankrijk te breken, maar dat hadden ze veel eerder moeten en of het gaat gebeuren is nog maar de vraag.

Brieffragment over vrede

[hier in verwacht,] ick ben seer swaerhoofdich indeese vreede handel
konende niet sien wat vreede wij sulle konne maecke met Een
koninck diet alles naer sijn wens gaet, men spreeckt seer
dat spange12Spanje staet opt point om met vranckrijck13Frankrijk te breecken
haddense dat wat Eer gedaen en oft och geschiede maer men
heeft het so lan geseijt, [farijo die gouverneur van Maestricht is]

Welland moet wieberen

Neef Welland is naar Zeeland vertrokken, dat werd tijd. Margaretha merkt zuur op dat iedereen die uit Utrecht afkomstig is en er toe doet, ondertussen al een keer prins Willem III eer is komen bewijzen, behalve hij. Waarschijnlijk kan hij het zich niet veroorloven en komt hij niet uit met zijn inkomen. Hij heeft de hele winter op Margaretha’s zak geteerd en dat in deze kwade tijden met zware belastingen! Als hij terug is zal ze hem zeggen dat ze de kamer niet langer kan missen. Wat ook waar is, merkt ze op, want ze moet de meubels uit Amsterdam straks toch ook ergens kwijt?

Brieffragment over Welland

[het gouvernement had hoore te geefve,] den heer van wellant14Goderd Willem van Tuyll van Serooskerken, pleegzoon van Godard Adriaan en Margaretha
is Entelijck Eens naer seelant15Zeeland gegaen, al de werlt van wttrecht16al de wereld van Utrecht: iedereen uit Utrecht
gekoome sijnde hebbe sijn hoocheijt gesien en gesalweert17gesalueerd: begroet behalfven
hij, sien niet dat hij der nae trachter18naar tracht:het probeert, wat soude hij sijn kost betaelle
ick vreese hij met sijn inkoome niet toekomt daer hij alde winter
de kost bij mij heeft gehadt, met deese quade ijaere indewelcke
so swaere schatine moete gegeefve worde, ick sal als hij weerkomt
hem segge dat wij die kamer niet langer konne misse gelijcke het
waer is so ick onse meubele en alt goet van Amsterdam hier
brenge salt daer op moete sette, nu ick verlange met de naeste
post te hoore in wat Ent vande werlt19aan welk eind van de wereld: waar in de wereld uhEd is, hoope de heer almach
=tich deselfve sal geleijde, blijfve
uhEd getrouwe wijff
M Turnor

Plattegrind net een gebied in groen gekleurd. Midden in het gebied is een dorp getekend: een kerk met huizen eromheen en veel groen. Net buiten het dorp ligt een molen. Verder liggen er in het gebied verspreide woningen. In de kaart zijn wegen ingetekend en de suggestie van afscheidingen van weilanden. Rechtsonder liggen meerdere huizen dicht bij elkaar als een soort dorp. Links net naast het groene gebied staat een kerk getekend waarbij staat Serooskerke en een familie wapen dat wit is met drie rode hondekoppen (familie Van Tuyll van Serooskerken). Midden boven staat ook een familiewapen boven een rode band met drie witte ruiten, het stuk daaronder zwart met een witte cirkel met een kruis erin. De tekst is slecht leesbaar. Rechts boven ligt ook een kerk en daar staat Renesse bij. Daarachter: schoon dorp met hooge boomen en boogaerde. Daarboven een rood familiewapen met een gouden leeuw en onleesbare tekst ernaast. Onder Renesse nog een gebouw: het huis van Moermont.
Kaart van de heerlijkheid Noordwelle in Zeeland, eigendom van de heer van Welland, anoniem, 1649 – 1658. Collectie Rijksmuseum.
  • 1
    Georg Frederik van Waldeck-Eisenberg
  • 2
    hierheen
  • 3
    gelegenheid
  • 4
    Hendrik Fagel
  • 5
    hoger gaan: eigenlijk stroomopwaarts reizen, in dit geval uit het buitenland naar Den Haag komen
  • 6
    tevredenheid
  • 7
    negotiatie: onderhandelingen
  • 8
    Theodore Brasser, vertegenwoordiger van de Republiek bij de Hertogen van Brunswijk in Celle, Wolffenbütel en Hannover en bij de bisschop van Osnabrück
  • 9
    intercipiëren: onderscheppen
  • 10
    ontslag, verlof
  • 11
    mentioneren:vermelden
  • 12
    Spanje
  • 13
    Frankrijk
  • 14
    Goderd Willem van Tuyll van Serooskerken, pleegzoon van Godard Adriaan en Margaretha
  • 15
    Zeeland
  • 16
    al de wereld van Utrecht: iedereen uit Utrecht
  • 17
    gesalueerd: begroet
  • 18
    naar tracht:het probeert,
  • 19
    aan welk eind van de wereld: waar in de wereld

Broos ijs en brosse kanonnen

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 20 februari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 4 maart 1673 Minden
Lees hier de originele brief

Vier brieven heeft Margaretha de afgelopen week geschreven en ze hoopt maar dat ze aankomen via de verschillende routes: die via de stalmeester van graaf Waldeck, via Matthias Romswinckel, en via de reguliere post van Bisdommer. De Hamburgse post van vrijdag (17 februari) is niet gekomen. Wie weet zouden daar brieven van Godard Adriaan tussen gezeten hebben, want zijn laatste is al weer van 2 februari. En men schreeuwt om nieuws uit Duitsland, want hoe zit het nu met Franse en de Duitse legers?

Tekening van een paar berken die tussen grote rotsen staan, Voorlangs stroomt een beekje waarin ook allemaal keitjes en stenen inliggen.
Groep berken bij een bergstroom, Jan Both, 1628 – 1652. Collectie Rijksmuseum.

Geen Beukenboom maar Berkenboom

Ze herhaalt nog maar weer eens het gerucht dat met de Keulse post kwam: dat Turenne zich met zijn leger tactisch heeft ingenesteld op een onbereikbare plek. Wat in haar vorige brief Beukenboom of Eikenboom was, noemt ze nu Berkenboom. (Inderdaad noemt Godard Adriaan zelf Berckenboom in een brief aan Willem III van 6 februari, ergens tussen Dortmund, Lünen en Unna) Van daaruit zou Turenne buiten schot kunnen blijven en tegelijkertijd de route naar Keulen in zijn macht kunnen houden, om te voorkomen dat dat in keizerlijke of Brandenburgse handen valt. Maar wat is hier van waar?

Brieffragment Turenne en Berckeboom

[noch niet aengekoomen,] ondertusche loopen hier
verscheijde tijdine en geruchte die met de keulse
en Aekense1Akense poste koome als of den keurvorst sijn
volck in bataelge2Bataille: Slag, strijd, veldslag teegens tureijne3Turenne soude gestelt
hebbe, die geen slach sou hebbe derfve leeveren
maer so geseijt wort geweecke is naer de bercke
boome4Birkenbaum en daer post genoome heeft daermee
seijt men dat hide stat keulle5Keulen kan bewaere
datter van ons of den keurvorst en volcken
geen in en konne gebrocht worde, doch van
al dees tijdine kan niet gelooft worde dewijl
der niet seeckers van is, men verlanckt
seer naer uhEd briefve, [sijn hoocheijts deseijn]

Heel erg volle zwartwit plattegrond van het gebied ten noordoosten van Keulen. Er staan niet alleen veel plaatsen op maar ook veel stippellijnen: de bewegingen van de troepen van Turenne en van de Keurvorst van Brandenburg.
Waar is Turenne? Fragment uit een kaart uit 1782 waarop de militaire bewegingen van Turenne in 1672-1673 staan. Bron: Bibliothèque Nationale de France

Willems troepen zakken door het ijs

De grote plannen van Willem III zijn vanwege de dooi niet doorgegaan. Het ijs was zo broos dat er van de voorhoede die er vast op uit was gestuurd heel wat door het ijs zijn gezakt! Gelukkig was er geen grote schade.

Brieffragment over de troepen van Willem III

(sijn hoocheijts deseijn)

is ock doort veranderen vant weer belet sijn voort
ganck te hebbe, het ijs is so broos geweest dat
geen sins heeft wille drage, de voor troepees die
voor af ginge vielle daer met meenichte in doch
hebbe geen schade geleeden, [men wil segge dat]

Verraad in Sas van Gent

Terwijl Margaretha zit te schrijven komt er bericht dat binnen de vesting Sas van Gent in Zeeuws-Vlaanderen, de sergeant en diverse korporaals hebben samengezworen met de vijand om een aanval te beramen. De vestingcommandant kreeg er echter lucht van, doordat een brief die voor de sergeant bedoeld was bij hem terecht kwam. Hij deed alsof hij niets door had, maar trof wel alle voorbereidingen om de aanval af te slaan, wat is gelukt, met veel verliezen aan vijandelijke kant! Margaretha wou maar dat de schrik er nu eens flink in kwam.

Brieffragment Sas van Gent

[gerde sonde geslage weese,] nu so aenstonts
komt hier tijdine, dat den vijaent met ko=
respondensi van Een sersijant6Sergeant ent ganse
korperaelschap inde stat Een aenslach opt
sas van gent soude gehadt hebbe, het welcke
door Een brief die aen voorschreefe sersijant
was gesonde, in verkeerde hande quam, ont
deckt is, en doort beleijt vande komandeur, die
seeckreeteerde7Secreteren: geheim houden daer kenisse van te hebbe
lietse aenkoome heeftse so geseijt wort
seer koraeseijeuslijck8Courageuselijk:dapper afgeslage met verlies
van veelle van den vijant , de heere gaf
datter Eens Een schrick in mochte koomen

Beleg en inname van Sas-van-Gent door het Staatse leger onder Frederik Hendrik, 28 juli tot 5 september 1644. Gezicht op de versterkte stad met op de voorgrond het optrekkende Staatse leger. Met paginanummer 309.
De vesting van Sas van Gent in 1644, rond het beleg door Frederik Hendrik, anoniem 1662-1664. Collectie Rijksmuseum

Soldaten bij Voetius

In Utrecht hebben ze ook bij de oude dominee Voetius soldaten in huis ondergebracht. Waarschijnlijk om zijn kleinzoon te dwingen om vanuit Den Haag weer naar Utrecht te komen. De heer van Wulven is weer vrij, maar heeft zesduizend gulden moeten betalen.

Er is meer triest nieuws over bekenden: Hendrik van Wijk, de vroegere rentmeester van de heer van Ginkel is na de laatste veldtocht ziek achtergebleven en gestorven. Margaretha maakt zich erg zorgen over zijn vrouw en kinderen die in Utrecht zitten.

Eerste brieffragment Voetius en Van Wijck
Tweede brieffragment Voetius en Van Wijck

tot wttrecht9Utrecht seijt me dat se int huijs van den
oude voetsius10Gijsbert Voet Ettelijcke soldate hebbe gesonde
om dat sij begeere dat sijn soons soon die hier
inde haech11in Den Haag is daer sal koomen, de heer van
wulfve is weer los maer moet so men seijt
ses duijsent gulde geefve, henderick van
wijck geweesene rentmeester vande heer van
ginckel is in dees leste tocht tot leijde sieck

blijfve legge aldaer gestorfven mij ijamert de vrou
en kinderen die alle tot wttrecht sijn, [ick sien ons]

Borstbeeld rechts in toga in ovaal. Een oudere man met een hoge voorhoofd en mutsje waar dunne krullen onderuit komen. Hij heeft een rechte neus, priemende ogen en een strakke mond.
Portret van Gijsbert Voet (1589-1676) hoogleraar in de theologie aan de Utrechtse hogeschool (1634-1676) Kopergravure van Joannes van Munnickhuysen, eind 17de eeuw, naar een schilderij van Nicolaas Maes uit ca.1665. Collectie Het Utrechts Archief.

Kanonnen gebarsten

Gelukkig zit het de Fransen ook niet altijd mee. In Utrecht wilden ze kanonnen uitproberen op de stadswal, en nu zijn er wel tien gebarsten en onbruikbaar! Dit verhaal is ook te lezen in het dagboek van de Utrechter Everard Booth.

Twee soldaten staan links van een kanon. Een van hen houdt een brandende lont bij het ontstekingsmechanisme. Deze prent is onderdeel van een serie van 12 (13 incl. titelprent) prenten met voorstellingen van militaire (wapen)exercities. Op de meeste van die prenten staan drie soldaten in verschillende houdingen met een bepaald wapen of instrument.
Exercities met een kanon: afvuren van een kanon, Jacques Callot, 1635. Collectie Rijksmuseum.

Van de twaalf kanonnen zijn er inderdaad zeven gebarsten en drie ontploft. De brokstukken vlogen ver in het rond en brachten veel materiële schade maar wonder boven wonder geen gewonden, terwijl de Hertog van Luxembourg met bijna al zijn officieren op het Vredenburg stond toe te kijken. Booth geeft een verklaring: door de vorst was het metaal van de kanonnen bros, en de Fransen hadden de achterkanten ingegraven, zodat de kracht van de terugslag geen kant op kon.

Naschrift over de Franse kanonnen

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
MTurnor

te wttrecht hebbe de franse
haer kanon op de walle gebrocht
en int selfve te prooberen12In hetzelfde te proberen: bij het uittesten daarvan sijnder
tien stucke13Stukken: kanonnen so geborste datse gans
onbruijckbaer sijn

Rechts hangt een jongetje achterover terwijl hij een lont bij een ingegraven kanon houdt. Links een jongetje bij een schanskorf en wat kogels bij een kanon op een affuit of rolpaard die de terugslag kan opvangen. Onder de tekening staat Cornelius Schut inuentor cum privilegio
Twee putti met kanonnen, Cornelis Schut (I), 1618 – 1655. Collectie Rijksmuseum.
  • 1
    Akense
  • 2
    Bataille: Slag, strijd, veldslag
  • 3
    Turenne
  • 4
    Birkenbaum
  • 5
    Keulen
  • 6
    Sergeant
  • 7
    Secreteren: geheim houden
  • 8
    Courageuselijk:dapper
  • 9
    Utrecht
  • 10
    Gijsbert Voet
  • 11
    in Den Haag
  • 12
    In hetzelfde te proberen: bij het uittesten daarvan
  • 13
    Stukken: kanonnen

Turenne ontsnapt

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 17 februari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 25 februari 1673
Lees hier de originele brief

Margaretha heeft haar vorige brief nog maar net meegegeven onder couvert met de post van Matthias Romswinckel, of daar arriveert dan toch de Keulse post met het nieuws van de legers aan de Rijn waar Den Haag zo naar heeft uitgekeken. Helaas, geen goed nieuws:

Geen Brandenburgs succes

Er is helemaal geen slag geleverd! Turenne is een confrontatie met het leger van de keurvorst van Brandenburg uit de weg gegaan en heeft post gevat bij een plaatsje met de naam Beukeboom of Eickeboom, Margaretha weet het niet precies. Hij zit daar in een comfortabele positie waar hij bijna niet aangevallen kan worden. En net nu zijn leger zo verzwakt is (hij heeft veel zieken en gewonden achter moeten laten) en een overwinning voor de Duitse troepen binnen handbereik lag!

Brieffragment over de post en over Turenne

nae dat ick uhEd vandaech ondert koe=
vert1Couvert: briefomslag van den heere romswinckel2Matthias Romswinkel heb ge
schreefve, komt hier met de keulse post
tijdine dat tureijne met sijn volck voor
keurvorst is geweecke en geen slach
heeft wille leefveren, maer post aende
beucke of Eijcke boom so die plaets genoemt wort soude genoome hebbe,
daer so geseijt wort hij heel avontages
=ijeus3Avantagieus: gunstig, voordelig lijet4ligt ijae5ja so dat me niet gelooft den
heere keurvorst hem daer sal derfvedurven atakeere6Attakeren: aanvallen
men seijt ock dat tureijne veel gedevaeliseert7Gedevaliseerd: gewond of ontwapend
volck en siecke heeft op de wech gelaeten,
och had het godt belieft dat tureijne had
mooge geslage worden, [nu met deese vorst]

Heel erg volle zwartwit plattegrond van het gebied ten noordoosten van Keulen. Er staan niet alleen veel plaatsen op maar ook veel stippellijnen: de bewegingen van de troepen van Turenne en van de Keurvorst van Brandenburg.
Waar is Turenne? Fragment uit een kaart uit 1782 waarop de militaire bewegingen van Turenne in 1672-1673 staan. Bron: Bibliothèque Nationale de France

Vorst

Het vriest weer, dus misschien zal Willem III toch iets ondernemen. Maar dan moet hij wel snel zijn en moeten we bidden dat de Heer het wil zegenen.

Brieffragment over de plannen van Willem III

[mooge geslage worden,] nu met deese vorst
gelooft me dat sijn hoocheijt noch wel Eits8iets sou
atenteere9Attenteren:ondernemen soot so is10Zo het zo is: als dat zo is salt haest moeten aen
gaenzal het snel moeten beginnen en sou ons wel te bidde staen dat de
heer het wilde seegenen, en ons voorspoedich
maecken,

Vriendendienst

En dan nog een verzoekje: Mevrouw van Steelandt (geb. Emmerentia van Aerssen van Sommelsdijk) vraagt of Godard Adriaan haar zoon, de heer van Vredestein, die blijkbaar ook in het leger verblijft, 300 gulden voor kan schieten. Hij is namelijk zijn hele uitrusting kwijt geraakt. Zijn moeder heeft geen mogelijkheden om hem vanuit Den Haag iets te sturen. Ze zal het geld terugbetalen aan Margaretha zodra Godard Adriaan haar laat weten dat hij het geld gegeven heeft. Waarschijnlijk is dat goed gekomen. Mevrouw van Steelandt was zelf een dochter van de schatrijke François van Aerssen, heer van Sommelsdijk.

Waarschijnlijk Emmerentia van Aerssen van Sommelsdijk naar Cornelis van der Voort. Collectie RKD
Brieffragment over het verzoek van mevrouw Steelandt
Brieffragment over de zoon van mevrouw Steelant

[maecken,] mevrou steelant heeft mij versocht
uhEd te versoecke dewijlle haer soon den heer

van vreedesteijn11Lodewijk van Steelandt, heer in Grijsoord, heer van Vredestein het ongeluck heeft gehadt van
al sijn equipaesge verloore te hebbe, dat uhEd
hem de som van drije hondert gulde wilde
van haerentweechge geefve die sij mij hier
weerom belooft te geefve so haest uhEd sal
schrijfve die peninge getelt te hebbe, of sijn
quitansi te sende, sij heeft hier heel geen
geleegentheijt om hem gelt te sende of over
te maecken, [de heer van ginckel is noch]

Het plan van Willem III

Margaretha komt nog even terug op het plan van Willem III. Van Ginkel is nu bij zijn moeder en natuurlijk zijn vrouw en kinderen in Den Haag, maar staat klaar om zich morgen als vrijwilliger bij de prins te voegen.

Brieffragment over Van Ginkel

[te maecken] de heer van ginckel is noch
hier, maer dewijlle hij hoort sijn hoocheijt
Eenich deseijn voor heeft12Dessein: plan is hij van meenin
merge derwaerts te gaen om met godts
hulpe dewijl sijn reesgement int gar
=nesoen weer is, sijn hoocheijt als volon=
=taere13Volontaere: vrijwilliger op te wachte, de heer almachtich wil
hem bewaere en voorsichticheijt geefve
in wiens bescherminge uhEd beveelle en
blijfve
Mijn heer en lieste hartge

uhEd getrouwe wijff
MTurnor

de heer en vrou van gincke met
haer 4 kindere
preesenteere haere ootmoedige14Ootmoedig: nederig/onderdanig dienst aen
uhEd, deese gaet nu weer met bisdomer
nu sal uhEd zien welcke Eerst en best overkomt

Nog even over de post: doordat Godard Adriaan zo trouw de ontvangstdatum op de brieven zet, weten we nu dat Bisdommer een dag trager is dan Romswinckel.

  • 1
    Couvert: briefomslag
  • 2
    Matthias Romswinkel
  • 3
    Avantagieus: gunstig, voordelig
  • 4
    ligt
  • 5
    ja
  • 6
    Attakeren: aanvallen
  • 7
    Gedevaliseerd: gewond of ontwapend
  • 8
    iets
  • 9
    Attenteren:ondernemen
  • 10
    Zo het zo is: als dat zo is
  • 11
    Lodewijk van Steelandt, heer in Grijsoord, heer van Vredestein
  • 12
    Dessein: plan
  • 13
    Volontaere: vrijwilliger
  • 14
    Ootmoedig: nederig/onderdanig

Duivels Dilemma

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 17 februari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 24 februari 1673 Bielefeld
Lees hier de originele brief

Dit is één van de meest geciteerde brieven van Margaretha, omdat hier zo duidelijk het dilemma rond betalen of niet betalen voor het behoud van Kasteel Amerongen uit de doeken wordt gedaan. Ze stuurt deze brief wel mee met de diplomatieke post van de Brandenburgse vertegenwoordiger in Den Haag, Matthias Romswinckel. Een snelle route, want Godard Adriaan krijgt hem binnen een week, en dat is zelfs sneller dan via de ijlbode van Willem III (de koetsier van graaf Waldeck) waar de vorige brief mee gekomen is.

Goede raad is duur

Binnen drie dagen betalen, of anders….! Zoals in de vorige brief aangekondigd wil ze de beslissing niet in haar eentje nemen maar gaat ze te rade bij vrienden in Den Haag en Utrecht. Die komen met het advies om toch het geld maar neer te tellen, omdat de Fransen zich tot nu toe netjes aan hun woord hebben gehouden, en huizen waarvoor betaald is met rust hebben gelaten. Maar als ze zou betalen zou ze dat, om verschillende redenen die Godard Adriaan wel kan bedenken, geheim moeten houden. Betalen aan de Fransen was door de Staten-Generaal verboden.

Brieffragment betalen of niet

[in de tijt van drije dagen en niet betaelle], ver=
scheijde van onse goede vriende al hier so wel
als die te wttrecht oordeele wij die som tot be=
houdenis vant huijs behoorde te wagen, voegende
voor reede daer bij datse tot noch toe haer woort
diese tot konservasie1conservatie: behoud vande huijse hebbe gegeefve
niet te buijten hebbe gegaen2haer woort niet te buijten hebben gegaan: woord hebben gehouden maer die hebbe
verschoont en bewaert datter int minst
niet aen is gekrenckt, doch alsmen wat geefe
sou dat ment selfge sou moete seeckreeteere3secreteren: geheimhouden om
verscheijde reedene die uhEd kan dencken,

Wat moet ze doen? Het zou haar zwaar vallen om een huis dat van generatie op generatie in de familie van Godard Adriaan is doorgegeven, en waar ze zelf dertig jaar ziel en zaligheid in heeft gestopt, verloren te zien gaan als het met zo’n bedrag te redden zou zijn. Hoewel geld dus schaars is en bijna niet te krijgen.

Eerste brieffragment over het idee van het verlies van het huis
Tweede brieffragment over het idee van het verlies van het huis

ick in pijn sijnde niet weetende wat ick doen sal
sou niet gaeren Een huijs dat so out van uhEd
voorouders is gekoome en daer ick nu dartich

ijaere met so veel sorch op heb getobt4Tobben: met moeite en tegenspoed te maken gehad hebben, ploeteren sien verloore
gaen alst ment met so een som sou konne voorkoom

Ze gaat laten navragen of er niet nog 14 dagen uitstel te krijgen is, of dat er met 2000 in plaats van 3000 gulden ook wat te bereiken is.

Interieur met een staande vrouw die wordt toegesproken door een zittende officier. Naast hem zit een oudere vrouw die uit een glas drinkt. Rechts een hond. Op de tafel een kandelaar met kaars en een opengeklapte spiegel.
De galante conversatie, ca. 1654. Door Gerard ter Borch (II), Collectie Rijksmuseum

Brandenburgs succes?

Ondertussen wordt in Den Haag reikhalzend uitgekeken naar de Duitse post, want het gerucht gaat dat de keurvorst van Brandenburg nu toch een overwinning op Turenne heeft gehaald. Maar het wachten is nu op bevestiging uit het leger van Brandenburg zelf, want het bericht wordt sterk betwijfeld.

Dooi verhindert prinselijke plannen

Willem III is weer naar Alphen aan den Rijn. Het vriest hard, maar men zegt dat de grond zo warm is, dat dat opweegt tegen de kou in de lucht, waardoor het toch dooit. De prins kan daarom met zijn leger niet zoveel uitrichten, en zo vervliegt er weer een sprankje hoop op bevrijding van de bezette gebieden. Dat omgekeerd de dooi ook beschermt tegen eventueel Frans gevaar voor Holland, benoemt Margaretha dit keer niet. Het glas is momenteel halfleeg, en dat is te begrijpen.

Brieffragment over Prins Willem III

[bataelge sal leevere of dat wagen,] sijn
hoocheijt is weer naer Alfhen, het vriest 
hier weer sterck dan men seijt dat de gront
van ondere so warm is dat vandaer so veel
doijt als de lucht van booven vriest, geloof
niet datter Eits gedaen sal worde, daermee
dan al onse hoop van verlossine verdwijnt, [dees]

Een soort opengeklapte tekening van de Gouwe Sluis. Links verticaal stroomt de Rijn, midden over de pagina horizontaal stroom de Gouwe. Op ongeveer 3/4 van de pagina ligt in de gouwe het sluisje. De huizen en bomen aan de bovenkant van de Gouwe staan normaal, die aan de onderkant van de Gouwe staan op zijn kop alsof het land bij de Gouwe is opengeklapt.
Gouwesluis bij Alphen aan den Rijn, Jan Daemszoon, ca 1561. Collectie Archief Hoogheemraadschap Rijnland

Rijngraaf voorgetrokken

Nog een nijdige p.s.: Rijngraaf Karel Florentijn van Salm heeft voor zijn zoontje (12 jaar) weer een compagnie gekregen. “Dat kind heeft nu drie compagnieën!” Graaf Karel had er zelf ook al drie én drie regimenten, dus feitelijk heeft hij nu drie regimenten en zes compagnieën. “Dat kan voor een man wel gaan”, pent Margaretha bozig, maar de weduwe van admiraal van Ghent kon er voor háár zoon geen krijgen. Schrijft Margaretha hier nu dat een kind een legeronderdeel gaat aanvoeren? Nee, het gaat hier waarschijnlijk om het verzamelen van aanstellingen (voor jezelf of familie) die geld opleveren, en die je vervolgens voor een lager bedrag door een ander laat uitvoeren.

Postscriptum

graef karel de rijngraef5Karel Florentijn van Salm heeft nu weer een kompangi
voor sijn soon gekreechge dat kint heeft nu drie kompa
en graef karel 3 en drije reesgement, Ergo 6 kompan
en die reesgemente dat kan voor Een man wel gaen
de arme weduwe van den Admiraal gent kost
voor haer soon niet krijge, so dient den Eene het
geluck bij dandre niet

  • 1
    conservatie: behoud
  • 2
    haer woort niet te buijten hebben gegaan: woord hebben gehouden
  • 3
    secreteren: geheimhouden
  • 4
    Tobben: met moeite en tegenspoed te maken gehad hebben, ploeteren
  • 5
    Karel Florentijn van Salm

Morgen naar Amsterdam

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 8 februari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede Bielefeld
Lees hier de originele brief
Ontvangstdatum moet waarschijnlijk 1 maart 1673 zijn.

Een korte brief met veel inhoudelijke overlap met de vorige brieven. Hij komt op dezelfde dag aan als één van de brieven van 6 februari. Erg snel is deze postvariant niet: hij is pas op op 29 februari aangekomen. Wacht even…1673 was geen schrikkeljaar, dus Godard Adriaan zal 1 maart bedoeld hebben. Eén echt nieuwtje in deze brief: morgen gaat ze eindelijk het lang verwachte geld halen in Amsterdam.

Grote plannen en ‘wankelend weer’

In Den Haag is men erg benieuwd te weten wat de Duitse troepen gaan doen, en ook wat Willem III van plan is met zijn leger. Dat moet iets indrukwekkends zijn, gezien de voorbereidingen die worden getroffen. In Alphen aan den Rijn verzamelt zich een steeds grotere troepenmacht.

Vestingplattegrond van Fort Gouwsluis bij Alphen aan den Rijn. Het is een vierkant fort met op elke hoek een bastion. Rechts ligt de Rijn, links en onder weilanden, naar links stroomt de Gouwe. Onderaan het fort hangt een extra dubbelbastion. Dichtbij het fort vier puntjes naast elkaar en daarvoor nog een punt.
Vestingplattegrond van Fort Gouwsluis in Alphen aan de Rijn, anoniem, 1680. Collectie Rijksmuseum
Brieffragment Duitse troepen

[selfve avont met de post heb beantwoort], men
verlanckt hier seer te hoore wat de duijtse troep
pees1Duitse troepen doen, alsmeede wat sijn hoocheijt met ons
leeger sal atenteere2attenteren:ondernemen het welcke schijnt naer
alle preeperaesie wat notabels3notabel: opmerkenswaardig te sulle sijn

Plaat van faience (wit keramiek met blauwe afbeelding) met een gezicht op Overschie. Links de kerktoren van Overschie, rechts een riviertje met brug, waarop twee figuren. In het water een bootje met twee vissende mannen. Er zwemmen wat eendjes.
Plaat met een gezicht op Overschie bij Rotterdam, Frederik van Frytom (toegeschreven aan),ca. 1670 – ca. 1700. Collectie Rijksmuseum

Ook Van Ginkels regiment, dat nu nog in Overschie ligt, zal zich daar morgen bij voegen. Dat geeft hem gelegenheid om vannacht nog even bij Phillipota langs te gaan, die nog steeds niet met de kinderen heeft willen vluchten. Heel veel anderen doen dat wel vanwege de onzekerheid over vorst of dooi (“nu wankelt het weer”)

Brieffragment wankelende weer

[wat goets verleene,] de liede vluchte van hier
met gewelt, de vrou van ginckel heeft met de
kinder niet wech gewilt nu wanckelt het
weer4het is kwakkelweer men weet niet wat het doet vriese oft
doijt, de heer van ginckel is deesen avont weer
hier gekoome met intensi om merge met sijn
reesgement dat deesen nacht te overschie
blijft, voort naer Alfhen5Alphen aan den Rijn bijt gros vant
leeger te gaen, [ick schrijf deese Een dach]

Gezicht op Alphen aan den Rijn. Op de Rijn verschillende boten, linksvoor de kostschool en linksachter een kerk. Aan beide kanten is bebouwing en aan beide kanten liggen bootjes aangemeerd. In de verte een ophaalbrug en nog verder daarachter een molen. In het midden vaart een zeer elegant zeilschipt, Daarnaast een boot met een kajuit, waarop twee mannen staan te bomen. Twee kleinere bootjes: een roeibootje en een bootje waarop ook iemand staat te bomen.
Gezicht op Alphen aan den Rijn, François van Bleyswijck, 1714 – 1728. Collectie Rijksmuseum

Geld halen in Amsterdam

Margaretha schrijft de brief een dag eerder dan de post gaat, omdat ze morgen naar Amsterdam wil om de ordinantie in contant geld om te zetten. Mocht de belastingontvanger van wie ze het geld los moet krijgen haar te veel aan het lijntje houden dan zal ze de burgemeesters er op aan spreken.

Brieffragment geld halen in Amsterdam

ick schrijf deese Een dach
vroechger als de post gaet om dat ick merge
met godts hulp gaern naer Amsterdam wou
gaen om te sien nu gelt voor onse ordinansie
te krijge vrees den ontfanger mij ock noch al
sal nae laeten loopen dan so hij t doet sal ick
de burgemeesters daer over aenspreecken,

Omdat het geld zo schaars is probeert ze ook de tweede zesduizend gulden zo snel mogelijk te verzilveren. Ze ziet er tegenop om in deze tijden op reis te gaan, maar hoopt zonder ongelukken in drie of vier dagen weer terug in Den Haag te zijn. Ze leeft mee met Godard Adriaan wiens paarden kreupel zijn en wenst hem Gods bescherming.

Brieffragment meer geld vragen en kreupele paarden

uhEd sou niet geloofve hoe schaers het gelt is
ick sal nu inde toekoomende weeck weer ses duij=
=sent gul6gulden versoecke, hoope buijten ongeluck in
3 a 4 dage weer hier te sijn, sal al met groot
te bekomerin in deesen tijt wt weese, het
doet mij leet uhEd met sijn kreupele paerde so
verleegen sal sijn de heer almachtich wil
uhEd en al het onse bewaere inwiens heijle
ge bescherminge uhEd beveelle blijfve

En weer de zadels

Afbeelding van een paard zonder zadel op. Het paard staat voor een winkel vastgebonden aan een tafel. Twee mannen praten over het zadel op tafel, onder tafel ligt ook een zadel. Aan de gevel hangen andere paardenbenodigdheden. Boven de prent staat: De Saalemaaker Uw eigen dier, vereist bestier. Onder de prent staat: 't Geweldich, trots en weelich Paard, word nochtans van den Man bereeden, Betoomd, besaadeld en Bedaard: Soo most de Geest, door hooge reeden, Zijn wilde Dier, van vlees en bloed, Betemmen, om een Eeuwich goed.
Zadelmaker, Caspar Luyken, naar Jan Luyken, 1694. Collectie Rijksmuseum

Over paarden gesproken: Van Ginkel zou graag de zadels die naar Hamburg gestuurd waren (en waar ze zich in september en oktober zo druk over maakte!) weer hier hebben, schrijft ze in een ps. Ze zijn zo mooi gemaakt en hij kan ze goed gebruiken. Hij en zijn vrouw en kinderen doen de groeten, en in het bijzonder Fritsje die zo groot en zoet wordt!

Naschrift

Mijn heer en lieste hartge
uhEd getrouwe wijff
MTurnor

soot uhEd
beliefde wenste
de heer van ginckel
de saelszadels en het ander
goet dat voor uhEd op
hamburch gesonde heeft is
weer hier te hebbe om dat
het seer net gemaeckt is
heer en vrou van ginckel met
al de kindere preesenteere
haeren dienst aen uhEd so
doet insonderheijt fritsge
die seer groot en soet wort

  • 1
    Duitse troepen
  • 2
    attenteren:ondernemen
  • 3
    notabel: opmerkenswaardig
  • 4
    het is kwakkelweer
  • 5
    Alphen aan den Rijn
  • 6
    gulden

Elk zoekt zijn voordeel

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 16 januari 1673 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 29 januari 1673
Lees hier de originele brief

Een brief van Godard Adriaan van 3 januari uit Bielefeld is eindelijk aangekomen. Hij heeft het ook over een brief van 26 december uit Sassenburg, maar die heeft Margaretha niet gezien. Ze is erg blij te weten dat hij gezond is na zo’n lange zware mars! Alleen hoopt ze niet dat hij nu ziek wordt, juist nu hij even rust heeft. Dat gebeurt met de mannen van van Ginkel aan de lopende band. “… De een is nog niet op de been, of de ander ligt weer…”

Brieffragment Godard Adriaan op reis

[nu de heere sij]

gedanckt die uhEd op so swaere en landurijge
mers in so veel fatijgees1Van fatigeren: vermoeien heeft bewaert wil
deselfve in gesontheit laete kontiniweere2continueren, ten waer
niet vreemt dat uhEd ent volck nu die op de rust
koome Een sieckte kreechge, dat sien ick aent
volck vande heer van ginckel die deen naer dander
al sieck worde deen is niet op de been of dander leijt
ter weer toe [sij hebbe op die leste tocht groote on]

Van Ginkel weer beter

Met Van Ginkel zelf gaat het gelukkig een stuk beter, al blijft hij zwak. Hij heeft nog wel steeds regelmatig de bibbers, wat Margaretha aan de koortsstuipen toeschrijft die hij heeft gehad.

Brieffragment over Van Ginkel

[gemacke gehadt,] de heer van ginckel is de heer sij
gedanckt weer wel heeft in sijn sieckte groote
konfulsie3convulsie: onwillekeurige spiersamentrekking stuip gehadt die hem noch min of meer aen
hange en Eenige beevine veroorsaecke dien ick
hoope motter tijt vergaen sulle, is noch vrij swack

Zwart paard met een hoofdstel met een man ernaast met een blauwe jas, een wit sjaaltje, een pofbroek en kousen die de teugels vast houden. Hij kijkt naar het paard, terwijl het paard naar de schilder kijkt.
Zwart paard door een stalknecht geleid, anoniem, ca. 1670. Collectie Rijksmuseum

Elk zoekt zijn voordeel

De stalknecht die Godard Adriaan naar Van Ginkel heeft gestuurd is nog niet opgedoken. Hij zou met de knecht en de trompetter van overste Van Webbenom in Breda zijn. Van Ginkel kan het niemand vragen want de overste is naar Vlaanderen om daar contributie te heffen in de Franse gebieden. Van Nassau-Lalecq is met hetzelfde doel naar Sluis in Zeeuws-Vlaanderen. Ze hopen zo ‘wintertering’, inkomsten voor de winter, binnen te halen. “Nu, elk zoekt zijn voordeel”, zegt Margaretha.

Brieffragment het leger maakt zich op voor de winter

den stalknecht die uhEd hem gesonde heeft
komt niet te voorschijn den overste seij mij dat
de knecht met sijn trompetter te breeda was en
met den Eerste volgen sou den heer van ginckel
verlanckter naer heeft hem wel van doen maer
weet niet waer daer naer te verneeme vermids
den overste webbenom4kolonel Johan Thibault Webbenom naer vlaendere is, so ge
seijt wort om die spaense neerlande ondert ge
=biet vande koninck van vranckrijck onder kontre
=buijsie te stelle, g met gelijcke last is vander leck5Maurits Lodewijk van Nassau LaLecq
naer sluijs gesonde daer sulle die vriende wel Een
winterteeringe6Wintertering (vanuit de betekenis van tering-datgene waarmee men in zijn levensonderhoud voorziet): waarmee men tijdens den winter in zijn levensonderhoud voorziet wt haelle, nu Elck soeckt sijn voordeel

Zonder de dooi waren wij allen om hals

Bovenaanzicht van een fort. Links van het midden loopt van boven naar beneden Den Ryn (staat erin). Aan de linker kant een soort minifortje: twee kleine bastions het land in en aan de kant van de Rijn is het recht. Het water om het fort heen wordt daardoor een soort M. In het minifortje staan twee soldaten. Op het weiland eromheen loopt een man. Aan de rechterkant van de Rijn een groter fort met vier bastions. Er tussen zitten geen rechte delen, waardoor het een soort ster is. Om het bastion zit water, aan de onderkant kan je er via een bruggetje in. De punt rechts boven ligt in De Dubbele Wirick (staat erin). In het fort lopen soldaten met lansen musketten en zwaarden. Er zijn ook twee ruiters te paard een een hondje (?). Op de Rijn vaart een zeilboot naar boven. Aan de onderkant liggen drie schuiten zonder zeilen maar wel met mensen (soldaten?) erin. Boven het stervormige fort staat t' Fort aan de Nieuwerbrug In het weiland aan de rechtkant staat Landt onder Water
Fort Nieuwerbrug. Uit Lambert van de Bos, Toneel des oorlog, 1675. www.edward-wells.nl/catalogus, Public domain, via Wikimedia Commons

Margaretha memoreert nog eens het geluk van de plotselinge dooi die in viel, toen de hertog van Luxemburg eind december oprukte over het ijs. ‘Zonder dezelve waren wij allen om hals (dood)’. Naast dit ingrijpen van God zou het ‘voorzichtig terugtrekken’ van de graaf van Koningsmarck ook het behoud van het land zijn geweest. (Misschien omdat er anders veel manschappen verloren zouden zijn gegaan?) De gebeten hond is voor iedereen kapitein Pain et Vin die zijn post bij Nieuwerbrug had verlaten. Anders zouden ze meer dan 8000 Fransen ‘in de knip’ hebben gehad, die nu een moordende bende vormden.

Brieffragment met de herhaling van de gebeurtenissen eind 1672

[weer indien tijt geweest,] die schielijcke7plotselinge doeij die
de heer almachtich ons buijten alle Aprehensi8Apprehensie: het vatten met de geest, bevatten gaf
quam seer wel te pas sonde de selfve waeren wij
alle om halsdood als uhEd wt meijne voorgaende sult
gesien hebbe, men seijt hier noch dat het voorsichti
reetiereereterugtrekken vande koninsmerck9Kurt Christoph von Königsmarck naest godt ten
voorste, het behoudenis van ons lant is geweest
en had penivijn10Moïse Pain et Vin die post aende nieuwe bruch11Nieuwerbrug
gehoude en niet verlaete datter meer als acht
duijsent franse inde knip daer niet Een van
af had konne koome waer geweest, [penevijn]

Pain et Vin nog gevangen

Kapitein Pain et Vin zit nog in de gevangenis en heeft levenslang, een beroepsverbod en verbeuring van al zijn goederen. Dat vindt Willem III niet genoeg, en het volk nog veel minder. Willem III laat het vonnis nog eens door rechtsgeleerden onderzoeken en het volk eist een lijfstraf of de doodstraf. In veel steden gist en rommelt het, en er worden zulke vreselijke dingen geroepen dat Margaretha het niet eens op durft te schrijven.

Brieffragment over de veroordeling van Pain et Vin

[te hoore,] de gemeent12gemeente, het volk is so onstuijmich over deese sin=
=tensie13sententie: vonnis dat niet wt te spreecke is sij wille hem aenden
lijfve gestraft hebbe so dat niet geschiet vrees ick
Een temulte niet alleen hier maer leijden14Leiden delf15Delft
Amsterdam en rotterdam het mor ter so vree
=slijck16het mort er so vreeslijck: er wordt zo vreselijk gemord en spreecke so dat ick de pen niet derf ver
=trouwe en schrick der aen te dencken, [het ver]

Rabenhaupt geëerd

Godard Adriaan heeft vast over de verovering van Coevorden gehoord. Als de keurvorst nu doorpakt kan ook hij met Gods hulp misschien nog veel goeds voor elkaar krijgen. Carl von Rabenhaupt komt veel eer toe, en de Friezen doen het ook goed, misschien dat er in Overijssel wat bereikt kan worden.

Brieffragment over Rabenhaupt

[=trouwe en schrick der aen te dencken ,] het ver
=overen van koefverde17Coevorden sal uhEd hebbe verstaen
naert oordeel van veele so den keurvorst nu
t werck wil behartige en Eens ter deege met sij
volck ageere18aanvallen twijfelt men niet van wat goet
met godts hulpe te sulle verichte, raefvenshooft19Rabenhaupt
leijt groote Eer inen de vriese20Friezen doen ock wel, men
gelooft in overijsel wel wat sou konne gedaen
worde, [de heer wil geefve wat tot onse beste]

Mensen ontvluchten Den Haag

Amalia van Solms is nog steeds ziek. De nieuwe ordonnantie is er nog niet, maar de eerste is bevestigd door de Raad van State. Er zijn veel ambtswisselingen in Den Haag. Er vluchten nog steeds heel veel mensen. Margaretha vreest dat de koning van Frankrijk tegen de zomer weer met een groot leger zal opmarcheren. Margaretha wenst nogmaals voor het nieuwe jaar meer goddelijke zegen voor het land en voor de wapenen dan in het jaar ervoor.

En even tot slot: Margaretha hoopt dat Godard Adriaans trouwe Jenneke en al zijn andere personeel inmiddels bij hem zijn.

de liede vluchte van hier noch met gewelt ick vrees teegens
de soomer als waneer so geseijt wort de koninck met Een mach
=tige armee weer af sal koome de heere wil ons genadich
sijn en bij staen, geefve dat wij in dit ijaer sijne godlijcke
seegen over ons lande en wapenen meer mooge hebbe als
voor dees, inwiens bescherminge uhEd beveelle blijfve

uhEd getrouwe
MT etc

ick hoope jeneken met uhEd
verdere volck en bogaesi al wel
bij uhE sal sijn gekomen

  • 1
    Van fatigeren: vermoeien
  • 2
    continueren
  • 3
    convulsie: onwillekeurige spiersamentrekking stuip
  • 4
    kolonel Johan Thibault Webbenom
  • 5
    Maurits Lodewijk van Nassau LaLecq
  • 6
    Wintertering (vanuit de betekenis van tering-datgene waarmee men in zijn levensonderhoud voorziet): waarmee men tijdens den winter in zijn levensonderhoud voorziet
  • 7
    plotselinge
  • 8
    Apprehensie: het vatten met de geest, bevatten
  • 9
    Kurt Christoph von Königsmarck
  • 10
    Moïse Pain et Vin
  • 11
    Nieuwerbrug
  • 12
    gemeente, het volk
  • 13
    sententie: vonnis
  • 14
    Leiden
  • 15
    Delft
  • 16
    het mort er so vreeslijck: er wordt zo vreselijk gemord
  • 17
    Coevorden
  • 18
    aanvallen
  • 19
    Rabenhaupt
  • 20
    Friezen

Dreiging…

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 12 december 1672 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 26 december 1672 Sassenberg
Lees hier de originele brief

Vier dicht beschreven kantjes, een P.S en nog twee later toegevoegde blaadjes: de brieven van Margaretha worden steeds langer terwijl de winter gaat strengen en de dreiging toeneemt. Ook boven Amerongen komen donkere wolken te hangen, hoewel het voorlopig nog overeind zal blijven staan. Dit in tegenstelling tot een kasteel veel verder zuidelijk…

Garnizoen van Maastricht neemt Valkenburg in

Willem III is met het leger Maastricht gepasseerd en op weg naar Tongeren. Ook vijf regimenten van het garnizoen van Maastricht moeten zich gereed houden met proviand voor vijf dagen.

Brieffragment over Willem III en Maatricht

[rhijn al soude gepasseert sijn], de briefve van
Maestricht brenge vandaech meede dat sijn
hoocheijt wt lant van guijlijck1Het land van Gulik (Jülich), ten oosten van Heerlen opgebroocke en
Maestricht passeert om ist niet met het heelle
leeger met Een gedeelte naer tongere2Tongeren, Vlaamse plaats 20 km ten zuidoosten van Maastricht te gaen
5 reesgemente wt Maestricht was aengeseijt
haer op de tromslach gereet te houde en haer
voor 5 dage te proviandeere,

Margaretha neemt aan dat haar man gehoord zal hebben dat datzelfde garnizoen een paar dagen eerder Valkenburg heeft ingenomen.

Brieffragment over de inname van Valkenburg

[toelaetinge niet en geschiet, moet zijn], dat het
garnisoen van Maestricht valckenburh3Valkenburg heeft
ingenoome sal uhEd hebbe gehoort, [nu aen=]

Tekening van een kasteel dat boven op een heuvel ligt. Om de heuvel heen staat bos, wat verder weg weilanden. Op de voorgrond water.
Het kasteel Valkenburg vanuit het oosten, Josua de Grave, 1669. Collectie Regionaal Historisch Centrum Limburg

Eindelijk erkenning voor Godard Adriaan

De Duitse troepen zijn helaas nog steeds niet over de Rijn. Margaretha is echter zeer verheugd te horen dat haar echtgenoot een brief van dank van officiële zijde heeft ontvangen voor het feit dat hij de Keurvorst überhaupt zo ver heeft gekregen om tegen de Fransen in het geweer te komen. Een belangrijk deel van zijn missie is dus geslaagd, terwijl Dijkveld in Engeland minder succesvol is geweest.

Eerste brieffragment over de dankbrief
Tweede brieffragment over de dankbrief

tis mij seer lief dat uhEd sul
=cken oblijgante brief van danckseggin
heeft ontfange dit geeft geen kleijn kon
=tentement maer wel groote gerusticheijt

en konne godt niet genoech dancke dat uhEd sijn
doen met geen attestasie4verklaring omtrent de feiten  hoeft te defendeere5verdedigen gelijck ick sie dat den heer van dijckf6Everard van Weede van Dijkveld doet

Gravure van een heer met een bol gezicht en een bos krullen tot ver over zijn schouders. Hij draagt een wit kanten bef en daaronder een harnas. Onder het portret staat: "Mr/ Everard van Weede heer van Dijkveld, extraordinaris Ambassadeur in Groot Britanje enz."
Portret van Everard van Weede, Jacob Houbraken, naar Aert Schouman, ca. 1750. Collectie Rijksmuseum

Water wegmalen onder het ijs

Koning Winter blijft dreigen. Gisteren en eergisteren heeft het weer flink gevroren. Margaretha hoort zeggen dat men het ijs op elk gewenst moment onder water kan laten lopen, daar waar de vijand er overheen zou kunnen komen. Bovendien kan men het water er onder vandaan malen. Ze moet het nog zien en is er niet gerust op. Maar gelukkig is het nu weer ‘vuil dooiweer’.

Brieffragment over de vorst

[hoe meer beschuldicht,] gistere en Eergistere
begost7begon het hier scherp te vriese, daer door me
seer bekommert was hoewel geseijt wert
dat men de passaesge daer de vijant door
sou moete koome alle Eure8alle uren, elk moment het water over
t ijs kan doen loope, ent water ondert ijs
wech maelle, dan dit is maer segge alst
ter op aen quam sout te besien staen, nu
de heer wil ons bewaere, het is weer vuijl
doeij weer, [t is mij seer lief dat uhEd sul]

Amerongen in gevaar

De zoon van Teunis Huibertse heeft geschreven dat het in Amerongen ondertussen weer een poosje rustig is geweest omdat er geen troepen meer doorheen zijn getrokken. Hij heeft een sauvegarde gekregen: een (aantal) Franse solda(a)t(en) die hij moet onderhouden met zeven gulden in de week en die er dan (hopelijk) voor zorgen dat hij niet door andere Fransen wordt uitgekleed. Een maffiose beschermingsregeling dus. Daarnaast heeft hij een schriftelijke verklaring van bescherming gekregen, die hij Margaretha heeft toegestuurd en waarvan hij denkt dat deze ook voor het Kasteel geldt. Maar Margaretha leest er het tegenovergestelde in: de sauvegarde geldt voor huizen, meubelen en vee van het dorp Amerongen, maar uitdrukkelijk niet voor het kasteel. Ze had liever gehad dat het kasteel helemaal niet genoemd was! Ze vermoedt dat de secretaris niet goed Frans verstaat, of in ieder geval geen Franse drukletters begrijpt. “Daardoor vrees ik dat ze niets goeds met ons huis in de zin hebben, en dat ik daar nooit meer terug zal komen”

Brieffragment over de sauvegarde op Amerongen

doch dat hij Een savegarde9Sauvegarde: bescherming van goederen of personen heeft bekoome die
sij seeve gul sweecks10zeven gulden per week op sijn Eijgekost en dranck
ock Een schrijftelijck die hij heeft laete drucke
en mij Een gedruckte kopij van toegesonde
hij seijt speesiael de konservasie11het behoud vant huijs te
Ameronge daer in begreepe te hebbe, maer
nu ick die wel nae sien bevinde niet min als
ons huijs daer in begreepe, maer ter kontra
=rije12in tegendeel, se is voor de huijse meubele en beestiaele13veestapel
van Ameronge, behalfve voort kasteel dat sij
wt druckelijck daer in sette, het waer mijns
oordeels beeter geweest het kasteel daer niet
in genoemt waer, het is int frans het welck
geloof de seekreetaris niet verstaen heeft of
noch int gedruckte niet en verstaet, hier
door vrees ick datse noch al niet goets met ons
huijs int sin hebbe en ick daer noijt weer op sal

(kome)

Aquarel in zwartwit met een heuvelachtig landschap. Op het voorste heuveltje zit iemand te rusten. In de verte de rivier en bossages.
‘Bij Amerongen’: Gezicht op de omgeving van het dorp Amerongen, anoniem, ca. 1700. Collectie Het Utrechts Archief

In een P.S. komt ze er weer op terug, na tussen neus en lippen door even gemeld te hebben dat het met alle kinderen weer goed gaat. Ze citeert de letterlijke Franse tekst.

Naschrift over de sauvegarde

de kindere sijn
alle de heer sij gedanckt
weer wel 
inde savegarde14Sauvegarde: bescherming van goederen of personen is wtdrucklijck met deese woorde
le village d ameronge maijson meubles bestiaux
E fourages, al la reserve du chateau du
d lieu nous deffendons tres Expressement
a tous gens de guerre qui sont sous notre
commendement de ne rien prendre enlever15het dorp Amerongen [met] huis, meubels, dieren en voorraden, met uitzondering van het kasteel ter plaatse, nemen wij uitdrukkelijk in bescherming tegen soldaten die onder ons bevel staan, om niets weg te nemen
Etc
voeraesge16fourage:voorraad (van o.a. veevoer) hoeft geen savergerde want dat is altemael wech

Koeien in de weide bij een boerderij. Voor een boerderij gelegen nabij een water liggen en staan enkele koeien. Bij het huis loopt een jager met een hond, rechts melkt een vrouw een koe. Links ligt een schaap bij een schutting.
Koeien in de wei bij een boerderij, Paulus Potter, 1653. Collectie Rijksmuseum

Alle beesten op één na verkocht

Ze stelt bitter vast dat voor de voorraad niet eens een sauvegarde nodig was, want alles is toch weg. Hun hele agrarische bedrijf in Amerongen is opgedoekt. Alle dieren, op één na, zijn verkocht, omdat ze er geen voer meer voor konden krijgen. Al het personeel is afbetaald en uit dienst. Wat Teunis Huijbertse zelf nog doet zal voortaan in daghuur zijn. Op wat over is zal hij zo goed mogelijk proberen te letten.

Extra briefje over de menage in Amerongen

ons menaesge17ons bedrijf is te Ameronge teenemael op
gebroocke alde beeste op Een naer verkocht
want sij kosten18konden daer geen voer voor houd
of krijgen, altvolck is af betaelt en wt
onsen dienst gegaen, tgeene teunis voor
taen sal doen sal in dach huer sijn hij
heeft aengenoomen op alles te sulle
lette en sien so veelt moogelijck is noch
te konserveere t geene daer noch over
=rich is, men seijt sijnhoocheijt het
kasteel te valckenburch19Valkenburg, Zuid-Limburg heeft doen
springe20Op 6 december liet Willem III het kasteel opblazen en de stadswallen verwoesten. Het was voor de Fransen de uitvalsbasis voor de inname van Maastricht. Willem III wilde dat voorkomen. Helaas, in juni 1673 werd Maastricht alsnog door de Fransen ingenomen.

Kasteel Valkenburg opgeblazen

En dan, zonder overgang, volgt er nog een regeltje van grote betekenis over een heel ander kasteel: Willem III heeft Valkenburg in de lucht laten vliegen! Ze maakt er verder geen woorden aan vuil, maar achteraf kun je er een voorafspiegeling van het lot van haar eigen kasteel in lezen. Alleen staan hier de daders aan de andere kant. In het geval van Valkenburg was het ook nog eens tevergeefs: Maastricht werd in 1673 alsnog door de Fransen ingenomen, iets wat Willem III met de vernieling van voorpost Valkenburg had willen voorkomen.

Gewassen pentekening van de ruine van een kasteel op een heuvel. Voor loopt een man op een pad. Links en rechts een boom met wat struikgewas. Op de achtergrond heuvels.
Landschap met ruïne van Kasteel Valkenburg, Paulus Lauters, ca. 1840. Collectie Rijksmuseum
  • 1
    Het land van Gulik (Jülich), ten oosten van Heerlen
  • 2
    Tongeren, Vlaamse plaats 20 km ten zuidoosten van Maastricht
  • 3
    Valkenburg
  • 4
    verklaring omtrent de feiten
  • 5
    verdedigen
  • 6
    Everard van Weede van Dijkveld
  • 7
    begon
  • 8
    alle uren, elk moment
  • 9
    Sauvegarde: bescherming van goederen of personen
  • 10
    zeven gulden per week
  • 11
    het behoud
  • 12
    in tegendeel
  • 13
    veestapel
  • 14
    Sauvegarde: bescherming van goederen of personen
  • 15
    het dorp Amerongen [met] huis, meubels, dieren en voorraden, met uitzondering van het kasteel ter plaatse, nemen wij uitdrukkelijk in bescherming tegen soldaten die onder ons bevel staan, om niets weg te nemen
  • 16
    fourage:voorraad (van o.a. veevoer)
  • 17
    ons bedrijf
  • 18
    konden
  • 19
    Valkenburg, Zuid-Limburg
  • 20
    Op 6 december liet Willem III het kasteel opblazen en de stadswallen verwoesten. Het was voor de Fransen de uitvalsbasis voor de inname van Maastricht. Willem III wilde dat voorkomen. Helaas, in juni 1673 werd Maastricht alsnog door de Fransen ingenomen.

Ameide overvallen

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 28 november 1672 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 6 december 1672 Rüsselsheim
Lees hier de originele brief

Margaretha heeft de afgelopen nachten niet goed geslapen: het heeft een paar dagen gevroren zodat een Franse oversteek van de waterlinie als een zwaard van Damocles boven Holland hing.

Onstuimig en vochtig weer

Gelukkig is het nu weer stromachtig en nat. Helaas is dat ook nadelig voor de voortgang van de troepen van Willem III en de Keurvorst van Brandenburg, want over modderige wegen marcheert het niet makkelijk. Margaretha verzucht dat het in de winter ( ’t is winterdag) dus eigenlijk nooit goed is, of het nu vriest of dooit. De Heer zal ons bijstaan, want menselijke hulp komt veel te langzaam.

Brieffragment over het onstuimig weer

hier hebbe wij almeede Eenige dagen vorst en vries
=sent weer gehadt dat ons seer bekomeerdedat ons zeer bekommerde:waar we ons veel zorgen over maakten en
ongerust deet slaepe, nu ist onstuijmich en voch
=tich weer het welck geloofve niet goet voor de
marchs so voor de troepees vanden heere keurvorst
als voor sijn hoocheijt sal sijn, tis winter dach
t moet vriese of nat weer sijn dat ons beijde moet
inkomodeere1incommoderen:hinderen de heer almachtich wil ons bij staen
en te hulpe koome menselijcke hulp isser voor ons
niet dat komt alle so lancksaem bij datter niet
te verwachte is, [men spreeckt hier seer wonderlij]

Een ets van een landschap met rechts een boom die naar links waait. Links daarvan loopt een weg en links daarvan een beek. Links van de beek meer bomen die duidelijk bewegen in de wind. Voor op de weg een paar reizigers. Twee te voet en twee te paard. De ene te voet heeft zijn rug naar de wind gekeerd, de ander loopt met zijn neus in de wind.
Landschap met reizigers verrast door onweer, Adriaen Frans Boudewyns, naar Adam Frans van der Meulen, 1666 – 1681. Collectie Rijksmuseum

Groote papa

Met het geld wil het nog niet lukken en van de nieuwe rustwagen voor Godard Adriaan hoort ze ook niets meer, maar gelukkig is er ook goed nieuws: Welland eet weer aan tafel en is gisteren zelfs naar de kerk geweest. Bij Tietge zijn de pokjes al aan het indrogen en af aan het vallen. De andere kleinkinderen en hun moeder zijn gezond. In een naschrift doen ze grootpappa allemaal de hartelijke de groeten, in het bijzonder Frits.

Brieffragment met de groeten van de kleinkinderen

Mijn heer en lieste hartge

uhEd getrouwe wijff
M Turnor

de vrou van
ginckel met
al haer kindere
preesenteere haere dienst
so doet insonderheijt frits
aende groote papa
vande rust wage hoor ick
niet daerom geloof daer
niet ingedaen is,

De overval op Ameide of ‘de Slag bij Sluis’

Maar na dit huiselijke ps-je volgt er nog een alarmerend tweede naschrift: Ameide, tot nu toe in handen van het Staatse leger, is overvallen door vijfhonderd Fransen! De troepen van kolonel Bampfield zijn er vandoor gegaan en nu hebben de Fransen de achtergebleven zieke soldaten vermoord en zowel het dorp als een boot van het Staatse leger in de fik gestoken. Er lijkt weer plichtsverzuim in het spel te zijn geweest.

Brieffragment over Ameide

nu komt tijdine2tijding:nieuws dat de franse met 500 man van ach=
=tere sijn op Armeijde3Ameide ingevalle ent
selfve van panfijl4Joseph Bampfield, Brits kolonel en bevelhebber van Staatse troepen in Ameide die daer komandeerde
en donse verlaete sijnde, hebbense
het selfve aen brant gesteecke en al
de siecke soldate en andere diedaer
laechge vermoort den wtlegger5uutlegger, uitlegger: vaartuig met weinig diepgang, voorzien van geschut. Vanaf het water hield het Staatse leger hiermee de toegangswegen die tot achter de waterlinie liepen onder schot die
daer lach hebbense ock aen brant gestee
het schijnt hier alweer wat versuijm bij
de onse is geweest,

Met de hand getekend kaartje, onderaan de rivier in blauw met getekende golfjes. Bovenlangs loop rechts direct langs de rivier een bruine dijk/weg. Daarboven is een dorp getekend. Er staat met potlood Ameijde bij. Links van het dorp buigt de dijk af. Het stuk tussen de dijk en de rivier is geel en daar zijn zeven molens in getekend.
Ameide aan de Lek. Fragment van een kaart (noorden beneden, zuiden boven) van de rivier de Lek ten oosten van Ameide en Jaarsveld, 1631, door Hz. de Hoy. Collectie Het Utrechts Archief. De afgebeelde molens, in het buurtschap Sluis, werden ook vernield. Zij waren van belang voor de waterlinie.

Tweeduizend Koerlanders

Her en der is er wel versterking voor het Staatse leger, maar dat is in de noordelijke provincies. Tweeduizend Koerlanders zouden een schans hebben betrokken waar eerst troepen van de bisschop van Münster zaten. Daarnaast is een deel van het regiment van Christiaan Brandt in Staatse dienst gekomen.

Brieffragment over de Koerlanders

opt aenkoome van de twee duijsent koer
=landers6Koerland is een streek in het huidige Letland. De hertog van Koerland was een zwager van de Keurvorst van Brandenburg. Zijn zoon en opvolger, Frederik Casimir, voerde een regiment dragonders aan, waarvan later een deel in Alkmaar werd ingekwartierd. seijtmen dat het bischops volck de
ijler schansde ijler schans: waarschijnlijk de Dijlerschans, ofwel de Dielerschanze onder het plaatsje Diele , een paar km ten oosten van Bellingwolde over de Duitse grens. soude verlaete hebbe en dat
de koerlanders daer ingetrocke sijn, men
seijt ock datter Een gedeelte vant reesgement
van brantDragonderregiment van de Deense officier Christiaan Brandt sou gekoome sijn in onse dienst

Donker portret van een blozende man. De man heeft een lang gezicht met donkere ogen, blozende wangen en rode lippen. Hij heeft lang, stijl, bruin haar. Hij draagt een kanten sjaaltje met een knoop om zijn hals. Daaronder draagt hij een zwart harnas, in zijn hand heeft hij een zwarte maarschalkstaf. Op de achtergrond een helm met witte veren.
Frederik Casimir, 1650-98, hertog van Koerland, onbekende schilder. Collectie: National Museum Zweden. Foto: Per-Åke Persson

Terug naar Amsterdam?

Deze versterkingen kunnen Margaretha’s zorgen niet wegnemen. Dat Ameide overvallen is, heeft haar doen schrikken. Aanwezigheid van het Staatse leger is blijkbaar geen garantie voor veiligheid. Wordt dit een trend? Ze is bang dat ze toch weer naar Amsterdam moet vluchten met haar bloedjes van kinderen.

Brieffragment over vluchten naar Amsterdam

als de vijant onse poste alhier so begint
aen te doen weet ick niet hoet ons noch
hier gaen sal vrees ick met de kindere wel
weer naer Amsterdam sal moeten de
heere wil ons en die kleijne bloetges maer
gesontheijt geefve moete wij dan weer
vluchte sijne wille geschiede hij doet met
ons naer sijn wel gevalle

  • 1
    incommoderen:hinderen
  • 2
    tijding:nieuws
  • 3
    Ameide
  • 4
    Joseph Bampfield, Brits kolonel en bevelhebber van Staatse troepen in Ameide
  • 5
    uutlegger, uitlegger: vaartuig met weinig diepgang, voorzien van geschut. Vanaf het water hield het Staatse leger hiermee de toegangswegen die tot achter de waterlinie liepen onder schot
  • 6
    Koerland is een streek in het huidige Letland. De hertog van Koerland was een zwager van de Keurvorst van Brandenburg. Zijn zoon en opvolger, Frederik Casimir, voerde een regiment dragonders aan, waarvan later een deel in Alkmaar werd ingekwartierd.

November slachtmaand

 
       
Door Datum Plaats
Geschreven Margaretha Turnor 14 november 1672 Den Haag
Ontvangen Godard Adriaan van Reede 22 november 1672 Rüsselsheim
Lees hier de originele brief

Patiënt neef Welland blijft kwakkelen. Hij ligt tot ’s middags op bed en komt niet uit zijn kamer. Margaretha vind dat hij minder naar de dokter moet luisteren en meer aandacht moet besteden aan wat uit de keuken komt. Sinds ze dat tegen hem gezegd heeft lijkt de koorts te minderen en krijgt hij wat smaak in ’t eten. Wie weet wordt hij nu snel beter.

Brieffragment over Wellanr

Den heer van wellant leijt noch tot de middach opt bed
hout dan voort sijn kamer staet al te seer op de
ordere vande docktoore. Sint ick hem dat wat heb afge
=raede en hij hem wat met de keucken meer hout be
=gint het kontiniweel binekoortge1voortdurende verhoging, lichte koorts dat hem seer
matteerde2afmatten, vermoeien wat te mindere en hij wat smaeck int
Eeten te krijgen hoop het nu wel gaen sal,

Margaretha slacht twee varkens

Om de meer of minder gezonde trek van alle zieken en niet-zieken steeds te kunnen stillen, moet Margaretha natuurlijk wel zorgen dat in de keuken de voorraad steeds op peil is. Ze heeft een half beest (waarschijnlijk een koe) aan de haak gekocht en zal morgen twee varkens slachten. Het is tenslotte november, de slachtmaand. In een tijd zonder koelkasten is dat de tijd van het jaar dat je vlees makkelijker goed kan gaan houden omdat de temperaturen voorlopig laag zullen blijven. Margaretha hoopt dat de Heer hen het vlees in vrede zal laten genieten.

Brieffragment over de slacht

ick heb een half beest aenden haeck gekocht en
sal merge twee verckens slachte de heere wil
ons in vreede laete geniete

Gewassen pentekening van een man en vrouw die op een kleine binnenplaats tussen de huizen gebogen staan over een bak. De mand heeft een bijl in zijn handen, de vrouw een varkenspoot.
Varkensslacht, Cornelis Ploos van Amstel, naar Jan Saenredam, 1778 – 1787. Collectie Rijksmuseum

Margaretha slacht de kinderen?

In de bezette gebieden is de vrede voorlopig nog ver te zoeken. Drie dagen geleden is heel Loenen afgebrand, met uitzondering van een brouwerij. Ze haast zich meteen te zeggen dat ze dat alleen schrijft om hem op de hoogte te houden en niet om hem ongerust te maken. Blijkbaar hebben eerdere brieven die uitwerking gehad en heeft hij zich daarover beklaagd. Dat was helemaal niet haar bedoeling, ze meende dat ze naast God ook bij elkaar hun troost moesten zoeken.

Brieffragment over Loenen en waarom Margaretha over alle vertelt.

[trackteert sulle worde,] drije dage geleede hebbe de
franse het dorp loenen gans afgebrant daer niet
als eene brouwerij is blijfve staen, ick schrijf dit
alleen om uhEd bekent te maecken wat hier passeert
en doet mij leet mijn breifve deselfve so veel onrust
hebbe bijgebracht. Kan verklaere het met sulcke
intentie niet is geschiet en sa maer meenende wij
aen den andere ons troest naest god moste soecke

Kinderen slachten

Maar omdat het hem blijkbaar verdriet doet, zal ze ‘de kindere slachte’ hem om vergeving vragen en beloven dat ze het niet meer zal doen, wat er ook gebeurd, en God bidden dat Hij hen bij wil staan en haar met de vier lieve kinderen van de vijand wil bevrijden en Godard Adriaan voor alle ongelukken wil bewaren.

Brieffragment over kinderslag

doch de wijlle uhEd dit faescheert3fascheren: verdriet doen sal ick de kindere
slachte4op de manier van de kinderen, zoals kinderen doen en deselfve om vergifnisse bidde en segge
dat ickt niet meer sal doen het gaet dan hoet
gaet, god bidde dat hij ons wil bij staen en mij met
mijn vier liefve kindere van den vijande bevrijde,
in wiens heijlige bescherminge uhEd beveelle die de
selfve voor alle ongelucke wil bewaeren dit bidt
van harte

Wat schrijft ze nu? Gaat ze de kinderen slachten? Is ze een soort Medea die haar kinderen doodt om haar echtgenoot te straffen? Of moet je het overdrachtelijk zien en lezen als ‘kill your darlings” (in de zin van laten vallen wat je belangrijk vindt) of als een variant op ‘van je hart een moordkuil maken’ (in de zin van je gedachten niet uitspreken, de boel opkroppen)? Hoewel dat laatste letterlijk is wat ze zegt te zullen doen, bedoelt ze hier met ‘de kindere slachte’ volgens de ‘kinderslag’: zoals de kinderen doen. Zoals we bijvoorbeeld ook ‘schoolslag’ (manier van zwemmen voor beginners) kennen of ‘met de Franse slag’ (op de Franse manier). Ze zal zich dus voortaan braaf als een kind opstellen, eigenlijk letterlijk zoals in het sinterklaasliedje ‘Sinterklaas is jarig‘: (…) ‘Maar wie het niet weer doet, en er spijt van heeft, kan er op vertrouwen, dat de Sint hem vergeeft‘.

Nieuws uit het Zuiden

Eigenlijk houdt de brief hier op. Ze heeft haar handtekening al gezet. Blijkbaar was het bedoeld als een kort briefje van nog geen anderhalf kantje, waarin ze naast het bovenstaande natuurlijk ook nog even aandacht heeft besteed aan de ordinantie van 6000 gulden die ze nu echt déze week verwacht. Maar er komt nog een extra anderhalf kantje achter aan: de post uit Maastricht is binnengekomen. Zijne Hoogheid en zijn leger zijn gisteren en eergisteren bij Mol en Balen gearriveerd, twee plaatsjes halverwege Antwerpen en Maastricht. Er zouden ook 6000 Spaanse soldaten in Luik zijn aangekomen, maar dat is een gerucht dat in Den Haag rond gaat en nog niet uit Maastricht is bevestigd. Niemand weet wat de plannen van de prins zijn, maar men twijfelt er niet aan dat de keurvorst van Brandenburg het ondertussen wel weet, want Willem heeft hem een boodschapper gestuurd.

Brieffragment over Willem III in de Zuidelijke Nederlanden

Met de post van
Maestricht komt
tijdinetijding, nieuws dat sijn hoocheiijt
gistere en Eergistere
te mol5Mol (B) en bael6Balen(B) met het bij
hebbende leeger is geweest het welck so geseijt wort
wat ter sijde van Maestricht af, meer naer Anwerpen
leijt, en datter 6000 Spaense binnen Luijk soude
gekoome sijn dan dit leste sijn maer loopende ge=
ruchte het welcke niet van Maestricht geschreefve
wort, niemant weet hier noch het rechte deseijn7Dessein: doel, plan
van sijn hoocheijt dat wel goet is, men twijfelt niet
of den Edelman die sijn hoocheijt aende keurvorst
van brandenburch gesonde heeft , is nu al daer, so
dat men daer nu het deseijn da weet, [de heer wilt]

Gravure van een huis waar allemaal ladders tegenaan staan, de rechterkant is ingestort en slaan de vlammen uit. Op de voorgrond zijn allemaal mensen met emmers in de weer, emmers liggen ook overal op straat. Met de ladders worden mensen uit het huis gered.
Burgers met ladders en brandemmers in de weer bij een brand in Amsterdam in 1652. Fragment uit: De brand in het Oude Stadhuis van Amsterdam, Jan de Baen, 1652. Collectie Rijksmuseum

Geruchten uit Utrecht

Verder gaat het gerucht de hele Franse ruiterij uit de provincie Utrecht zou zijn vertrokken. Turenne zou namelijk aan de Hertog van Luxembourg hebben gevraagd of hij alle troepen die hij in Utrecht kon missen naar hem toe zou willen zenden. Door ziekte was zijn leger sterk verzwakt en zou hij anders niet genoeg tegenstand tegen de Duitse troepen kunnen bieden. In het dagboek van de Utrechter Booth staat inderdaad tien dagen eerder vermeld dat 3000 man ruiterij is vertrokken. Een minder prettig gerucht uit Utrecht is dat de Fransen alle brandladders zouden hebben verbrand en alle brandemmers in hebben genomen en achter slot en grendel zouden hebben gedaan. Ze zouden takkenbossen onder de Domtoren hebben verzameld en wat dat zou beduiden… In het dagboek van Booth is hier niets over te vinden. Wel maakt hij die week melding van het feit dat alle brandemmers zijn verzameld in bepaalde huizen en dat voortaan alleen Zwitserse soldaten en speciaal aangewezen burgers branden mogen blussen, terwijl de rest bij brand binnen moeten blijven. Daar zou alsnog dat verhaal uit kunnen zijn ontstaan.

Brieffragment over de toestand in Utrecht

men seijt ock dat turaijne8Turenne aen lutsenburch9Hertog van Luxemburg soude ge
schreefve hebbe dat hij hem toch alt volck dat hij
Eenichsins kost misse soude toe sende so dat hij sonder
t selfve niet bestant was de duijtse troepees te rees
sesteere10weerstaan doordien sijn leeger seer verswackt is door
alde siecke die hij had, daer om al de ruijterij
wt Sticht van wtrecht11Utrecht meest naer turaijne12Turenne toe soude sijn
men seijt ock datse te wttrecht13Utrecht onder den doms
toorn14domtoren vol tackebosse hebbe geleijt en alde brant
leere15brandladders op Een geleijt16op elkaar gelegd hebbe verbrant, alde brant
Emers17brandemmers op en bij Een gehaelt en wech gesloote
wat dat beduijt staet te verwachte,

  • 1
    voortdurende verhoging, lichte koorts
  • 2
    afmatten, vermoeien
  • 3
    fascheren: verdriet doen
  • 4
    op de manier van de kinderen, zoals kinderen doen
  • 5
    Mol (B)
  • 6
    Balen(B)
  • 7
    Dessein: doel, plan
  • 8
    Turenne
  • 9
    Hertog van Luxemburg
  • 10
    weerstaan
  • 11
    Utrecht
  • 12
    Turenne
  • 13
    Utrecht
  • 14
    domtoren
  • 15
    brandladders
  • 16
    op elkaar gelegd
  • 17
    brandemmers

Pagina 4 van 5

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén