Het kasteel was in vroeger eeuwen vooral in de zomer bewoond. In de winter trok men naar de stad, waar men vaak ook een huis had. Een kasteel als Amerongen, met hoge plafonds, grote ramen van enkel glas en gigantische ruimtes is ook naar 21ste eeuwse maatstaven slecht te verwarmen.
De haard
Toen Margaretha Turnor in de 17de eeuw op het kasteel woonde heeft ze in de vele door haar geschreven brieven het ook vaak over de winter gehad. De belangrijkste manier van verwarmen was toen door haardvuren. Er was in ongeveer de 16de en 17de eeuw sprake van een kleine ijstijd. De koude winters moesten toen bestreden worden door kamers te voorzien van een open haard. Ook een (voet)stoof kon z’n diensten bewijzen. De warmteopbrengst van open haarden is beperkt, zeker afgezet tegen moderne vormen van verwarming. De tocht in het kasteel, onder andere door het slecht kunnen afsluiten van de ramen, heeft daar zeker aan bijgedragen. Het leven concentreerde zich wel rondom de open haard, zoals te zien is op onderstaand schilderij. Overigens dateren de eerste kachels uit de zeventiende eeuw, maar er werd toen nog niet veel gebruik van gemaakt. Wel kwamen ze in oranjerieën en kassen voor.

Kachels
In de tijd van graaf Bentinck werden er vele nieuwe producten en apparaten ontwikkeld. Eind negentiende eeuw was de industriële revolutie in Nederland immers goed op gang gekomen. Dat betekende dat er ook mogelijkheden kwamen om het leven te veraangenamen. Het kwam goed uit dat er meer soorten kachels op de markt kwamen, vooral ook omdat de graaf ook in de winter in het kasteel wilde vertoeven.
De kachels (fabricaat Faber) van Bentinck hebben zeker hun functie gehad, maar je werd meer warm van voren dan van achteren. De ouderen onder ons hebben in hun jeugd waarschijnlijk de kolenkachel en het soort warmte die deze gaf nog meegemaakt. Ook turf werd als brandstof gebruikt. De familie Bentinck leefde in de winter in een beperkt aantal vertrekken, waarbij de kachels dag en nacht loeiden. Bentinck had een huisknecht in dienst, die specifiek verantwoordelijk was voor het halen van hout uit de houtschuur, het sjouwen van turf en steenkool, het doen van boodschappen en het pompen van water.

Vloerverwarming
Wie heden ten dage in de winter in het kasteel komt weet dat het nog steeds koud aanvoelt. Inmiddels zorgt de vloerverwarming wel voor een dusdanige temperatuur dat het interieur en het meubilair beschermd wordt. Centrale verwarming (soms gekoppeld aan aardwarmte) wordt wel in kastelen toegepast, maar is voor Amerongen geen optie. Dit heeft alles te maken met kwaliteit en ouderdom van de aanwezige objecten. Centrale verwarming betekent in de winter vaak dat de luchtvochtigheid sterk daalt en dat draagt niet bij aan een goed onderhoud van de kwetsbare collectie.
Geef een reactie