Een rechthoekig geschilderd portret met een zwarte lijst met erbinnen een goudkleurig bandje van een officier. Hij is tot taillehoogte, schuin naar rechts afgebeeld. Hij kijkt de kijker met een neutrale blik, aan. Zijn gezicht lijkt iets gerimpeld. Hij heeft donker kortgeknipt haar, een snor met brede punten en sik. Hij heeft een grote smalle neus. Hij draagt een zwart harnas met daar overheen een oranje met goud gedecoreerde sjerp van zijn rechterschouder schuin over zijn borst naar rechts. Boven het harnas is een zogenaamde molensteenkraag te zien, witgrijs van kleur. De achtergrond is egaal donker.
Philips Willem van Oranje Nassau, naar Jan van Ravesteyn. Collectie Kasteel Amerongen.

In het Verhaal van Nederland, de Oranjes, werd Filips Willem van Oranje-Nassau, uitgebreid besproken. Hij is de oudste zoon van Willem de Zwijger, prins van Oranje, maar veel minder bekend dan zijn twee halfbroers, Maurits en Frederik Hendrik. In de grote zaal hangt een portret van hem. Het is wel een beetje verstopt achter de deur naar de Gobelinkamer. Misschien is dit wel een goede illustratie van de plaats van Filips Willem in onze vaderlandse geschiedenis: verstopt, in dit geval achter een deur. Zijn halfbroers hangen wel duidelijk zichtbaar in de grote zaal!

Jonge jaren

Filips Willem (1554-1618), graaf van Buren, was de oudste zoon van Willem van Oranje en Anna van Egmond, gravin van Buren. Hij is deels vernoemd naar de zoon van de Habsburgse keizer Karel V, de latere Filips II. Filips II was zelfs zijn dooppeter.

Een foto van een soort steegje dat dood loopt op twee huizen. Het geheel oogt armoedig. Het linkerhuis met beneden een donker deur en erboven een raam, Het rechterhuis is heel donker van kleur met beneden een doorgang naar een ruimte erachter. Erboven is een rechthoekig raam wit omlijst met links en rechts kleine, uitspringende rechthoeken. Boven het raam zijn drie witte geometrische versieringen waarvan de buitenste twee gelijk zijn. Er is ook nog een stukje dak te zien met een schoorsteen. Erboven is nog een stuk lucht te zien. Vooraan de steeg zijn de twee huizen aan weerszijden verbonden door een bakstenen lijst. Omdat deze lijst ondersteund wordt door twee rechthoekige zuilen gemaakt van geometrisch gevormde, gestapelde natuurstenen, oogt het geheel als een poort zonder boog. Rechts ervan is een stuk huis te zien met beneden een raam dat lijkt van een winkel te zijn met erboven een raam waarvan de rolluiken dicht zijn of dichtgetimmerd is. Links is maar een heel klein gedeelte te zien van het andere huis dat aan de 'steeg' grenst. Te zien zijn nog het trottoir en een gedeelte van de straat. Aan de linkerkant staan een paar zwarte emmers in elkaar en een doos. Tussen de twee huizen voor hangt een elektriciteitsdraad. In de 'steeg' is rechts een stuk muur van het huis rechts te zien. Het is beplakt met papier. Ervoor ligt een niet nader te definiëren, zwart, lang object.Er tegenover, is van het andere huis een kleine zonnewering boven een deur te zien.
Leuven Busleidengang 1, Collegium Trilingue. Foto: Vlaamse gemeenschap, 1976.

Filips Willem studeerde vanaf zijn twaalfde jaar aan het beroemde, mede door Erasmus opgerichte, Collegium Trilingue (Drietalencollege) aan de universiteit van Leuven (waar ook Frederik van Reede studeerde). Kort na het begin van zijn studie brak in 1566 de Beeldenstorm uit. Filips II stuurde de hertog van Alva op strafexpeditie naar Nederland. Willem van Oranje moest vluchten, maar hij heeft Filips Willem niet meegenomen op zijn vlucht. Wellicht dacht hij dat zijn oudste zoon in Leuven werd beschermd. De universiteit had namelijk verschillende privileges. Zo mochten haar leden niet door buitenstaanders worden ondervraagd, noch door hen voor de rechter gedaagd worden. Helaas trok Filips II zich daar niets van aan. Hij liet Filips Willem, intussen dertien jaar, door de hertog van Alva naar Spanje brengen. Deze gijzeling was vooral strategisch. Hij hoopte dat de jongen in de toekomst ingezet zou kunnen worden bij onderhandelingen.

Gegijzelde

Filips Willem mocht zijn gouverneur, kamerdienaar en twee pages meenemen. Hij mocht in Spanje zijn studie afmaken en zou gedurende tien jaar een redelijk comfortabel leven leiden. Hij kreeg een katholieke opvoeding en werd vooral omringd door Spanjaarden. Het was de bedoeling om hem zoveel mogelijk te vervreemden van zijn Nederlandse roots en het protestantse geloof. Wat het geloof betreft is dat goed gelukt maar zijn vader bleef hij zijn leven lang trouw. Toen Filips II ontdekte dat Filips Willem nog steeds contact had met zijn vader deed hij hem in de ban en stuurde hij hem naar een afgelegen burcht in Castilië. Deze burcht van Arévalo was berucht omdat de oudste zoon van Filips II, Carlos, hier onder mysterieuze omstandigheden was overleden. Filips Willem leed daar een Spartaans leven. Het was er koud en vochtig en het gebruik van pen en papier werd hem verboden.

Een donker schilderij van een grote ruimte waarvan de achterwand een lichtere kleur heeft dan de twee zijwanden. In de achterwand is een open deur te zien. De zijwanden suggereren hoge bruine kasten. In het midden houdt een man in een zwarte toga een jongen beschermend vast. De jongen klemt zich verschrikt tegen hem aan. Hij heeft een licht gekleurd jak aan boven een korte, geel-blauwe pofbroek met daaronder beige kousen. Ze staan bij een lessenaar waarop een stuk papier ligt. Achter hen staat een soldaat met helm op die naar de jongen wijst. Daarachter staan nog wat mannen in burger en een soldaat met helm. Rechts ernaast zit een man in een stoel, eveneens in een toga gekleed en met de handen ineen geslagen. Hij oogt ouder dan de andere man in toga want hij heeft wit haar en een witte baard. Rechts daarnaast lopen twee mannen, eveneens in pofbroek weg naar het midden van de ruimte. Links op het schilderij staat een man met een boos gezicht achter een tafel. Hij heeft een wit stuk papier in zijn handen. Hij kijkt boos naar een soldaat die voor hem staat met een zwaard in zijn hand. Achter hem staat een kleine jongen verschrikt naar hem te kijken. Achter deze man staan soldaten met lange hellebaarden in de hand en helmen op hun hoofd. Op de grond ligt een opengevallen boek en een stuk wit papier.
Filips Willem wordt uit de hogeschool te Leuven ontvoerd. Anno 1568. David van der Kellen, 1842-1895. Collectie Amsterdam Museum.

Ondertussen in de Republiek

Op 10 juli 1584 werd Willem van Oranje vermoord. Filips Willem werd als oudste zoon nu de nieuwe prins van Oranje. In opdracht van Filips II onthielden zijn Spaanse bewakers hem het nieuws van zijn vaders overlijden. Ook kon de erfenis van Willem van Oranje niet afgehandeld worden.

Een rechthoekig geschilderd portret van een man met een zwarte lijst met erbinnen een goudkleurig bandje. Hij is tot taillehoogte, schuin naar rechts afgebeeld. Hij kijkt de kijker met een neutrale blik, aan. Hij heeft bruin kortgeknipt haar, een klein, dun snorretje en een ronde sik. Onderaan zijn wangen is een zweem van een baard te zien. Hij heeft een grote smalle neus. Hij draagt een bronskleurig, gedecoreerd harnas met daar overheen een oranje met goud gedecoreerde sjerp van zijn rechterschouder schuin over zijn borst naar rechts. Boven het harnas is een zogenaamde molensteenkraag te zien, witgrijs van kleur.
Maurits, prins van Oranje Nassau. Collectie Kasteel Amerongen

Maurits, zijn halfbroer, zat intussen ook niet stil. Hij werd in 1585 op 18-jarige leeftijd tot stadhouder van Holland en Zeeland benoemd. Bovendien bleek hij een zeer succesvol legeraanvoerder. Van de Staten van Holland kreeg hij ten onrechte de titel ‘geboren prins van Oranje’. Die titel behoorde natuurlijk aan zijn oudere broer Filips Willem toe. De Staten Generaal zagen in Maurits, die in tegenstelling tot Filips Willem protestant was, de ware opvolger van Willem van Oranje.

Vrij?

Dat maakte dat Filips Willem minder waarde kreeg als gijzelaar. Filips II veranderde daarom van tactiek. Hij liet Filips Willem in 1595 vrij, elf jaar na de moord op zijn vader. Hij hoopte dat door deze vrijlating er onenigheid in de familie Nassau zou ontstaan over de verdeling van de erfenis. Ook wilde hij Filips Willem gaan gebruiken om in de Nederlanden dissidente katholieken om zich heen te verzamelen. In 1596 kwam Filips Willem, samen met de nieuwe landvoogd van de Zuidelijke Nederlanden, Albrecht, aartshertog van Oostenrijk, in Brussel aan. Het werd Filips Willem echter al snel duidelijk dat niemand op zijn terugkeer zat te wachten. De Staten Generaal feliciteerden Filips Willem weliswaar met zijn vrijlating maar verleenden hem geen inreisvergunning. Ook van Maurits viel niet veel medewerking te verwachten, omdat hij in Filips Willem een concurrent zag.

De erfenis

Filips Willem kreeg in de gaten dat, als hij aanspraak wilde maken op zijn erfdeel, hij een andere koers moest varen. Willem van Oranje had een grote erfenis nagelaten, bestaande uit bezittingen in Brabant, Holland en Zeeland, in de Franche-Comté en het prinsdom Orange. Maar deze bezittingen werden door verschillende partijen beheerd zoals de Staten Generaal, Filips II en de koning van Frankrijk Hendrik IV. Bovendien was de erfenis op zichzelf al een zeer ingewikkelde zaak. Willem van Oranje had twaalf kinderen uit vier verschillende huwelijken. Filips Willem zocht toenadering tot de vijanden van de Habsburgers, de Franse koning Hendrik IV en zijn twee halfbroers, Maurits en Frederik Hendrik.

Een schilderij van een groep van ca. negen ruiters waarvan de drie voorste het grootst en duidelijk het belangrijkste zijn. Ze zitten op paarden met mooi gebogen halzen, lange witte manen, naar verhouding kleine hoofden met kleine, spitse oren. Het witte linkerpaard heeft zijn hoofd naar links gebogen en zijn linkervoorbeen en rechterachterbeen gebogen. Het middelste, witte paard kijkt naar voren en heeft zijn rechtervoorbeen en linkerachterbeen gebogen. Het bruinbonte rechterpaard springt als het ware naar voren met twee voorbenen van de grond en zijn hoofd naar links gebogen. De drie ruiters dragen grote zwarte of blauwe hoeden met losse rand. Ze hebben alle drie de teugels met hun linkerhand vast. Hun rechterhand hangt naast hen. De middelste man heeft zijn rechterhand in zijn zij. Ze dragen kleurrijke kledij met een witte kraag. Ze kijken recht naar voren. Op de achtergrond zijn links bomen te zien, rechts meer naar achteren ook. Daarboven en in het midden is een grijze wolkenlucht. Links van de ruitergroep zijn wat figuren te voet te zien met op de voorgrond een witte hond met zwarte vlekken die naar de ruitergroep kijkt. Aan de rechterkant zijn drie mannen te zien met lansen. Een van hen lijkt een grote, donkergekleurde hond vast te houden.
Ruiterstoet van Nassause vorsten, Gerrit Claesz. Bleker, 1627. Collectie: Geschiedkundige Vereniging Oranje-Nassau. Bron: Paleis Het Loo

Een huwelijk

In 1599 deed Filips Willem eindelijk zijn intrede in zijn prinsdom Orange, maar hij kon vanwege de bezetting door de Franse troepen geen werkelijke bestuurlijke macht uitoefenen. De Franse koning Hendrik IV beloofde zijn troepen daar weg te halen als Filips Willem met zijn achternicht Eleonora van Bourbon-Condé zou trouwen. Hendrik hoopt dat door dit huwelijk Filips Willem bij zijn halfbroers uit de gratie zou raken. Na jaren van aarzeling gaf Filips Willem toe en trouwde in 1606 met de negentienjarige Eleonora. Filips Willem was 51 jaar! Het paar ging in Orange wonen. Filips Willem ontwikkelde zich in zijn prinsdom Orange tot een goed bestuurder en probeerde protestanten en katholieken in goede verstandhouding naast elkaar te laten leven.

Het huwelijk veroorzaakte inderdaad weer een verwijdering tussen Maurits en Filips Willem. Maurits was bang dat er uit dit huwelijk een zoon geboren zou worden. Die zou dan de ware opvolger van Willem van Oranje zijn. Maar toen het huwelijk kinderloos bleef, kon Maurits weer opgelucht ademhalen en werden de contacten weer aangehaald.

Op de linker pagina staat "1611, PROGREDIOR, Philippe G de Nassau prince d'Orange". Rechts boven staat: "le siel est seul drigne de mis desirs, leonordebourbon princesse d'orange" daaronder "1611 En Dieu seul mis esperanse, Marie de Nassaw née princesse d'Orange, Contesse douagire de Hohenlohe"
Bijdragen van Filips Willem van Nassau, prins van Orange (pagina links), Eleonore de Bourbon, prinses van Oranje (rechts boven) en Maria van Nassau (zus van Filips Willem) in het Album Amicorum van Anna van den Boetzelaer. Collectie Kasteel Amerongen.

Eindelijk overeenkomst

Met de Staten Generaal bereikte Filips Willem een overeenstemming hetgeen ertoe leidde dat Filips Willem de baronie van Breda terugkreeg. Ook ging hij in onderhandeling met zijn twee halfbroers, Maurits en Frederik Hendrik, om de ingewikkelde erfenis van hun vader, na bijna 25 jaar, af te wikkelen. In 1609 sloten zij een overeenkomst om de familiebezittingen te verdelen. Na tientallen jaren waren de familietwisten eindelijk beëindigd. Filips Willem overleed in 1618 op 63-jarige leeftijd. Hij had in zijn testament laten opnemen dat zijn halfbroer Maurits zijn bezittingen zou erven dit tot ongenoegen van zijn echtgenote Eleonora. Ondanks de verschillen in geloof en politieke ideeën overheerste de wil om de dynastie Oranje-Nassau te laten voortbestaan!

Een gravure van een zaal. De zijwanden, achterwand, plafond en vloer zijn te zien. De kleuren zijn bruin, zwart, grijs en wit. In het midden van de ruimte staat een bed met een rechthoekige baldakijn erboven. Op de baldakijn hangt in het midden een wapenschild met een familiewapen erin. Het wapenschild is gevat in een vierkanten lijst dat aan één punt is opgehangen. Het familiewapen is in vier vierkanten verdeeld met rechtsboven een leeuw, van de zijkant gezien, die op zijn achterste poten staat. Linksonder zijn drie strepen boven elkaar te zien waarvan de middelste wit. Bovenop het wapenschild staat een kroontje. Het bed is omgeven door aan de zijkant vier lange dunne kaarsen in standaarden. Ze zijn twee keer manshoog. Voor het bed staan twee iets kleinere kaarsen in een standaard op een rechthoekig tafeltje met een kleed erover. Tussen de twee kaarsen staat een kruis, ongeveer een derde van de twee kaarsen hoog. Aan beide zijden knielen links achter de kaarsen zes personen, allen met tot de grond hangende capes om en sommigen met een monnikskap op. Van de personen rechts achter de kaarsen zitten er drie waarvan een een boek leest. Ze zijn allen hetzelfde gekleed als de personen rechts, soms met een monnikskap op of half op. Links achterin staat een man die niet als monnik gekleed is maar een mantel tot over de knie en een molensteenkraag draagt. Achter hem is nog een klein figuurtje te zien, eveneens gekleed in 17de eeuwse kleedij, rechtsachter is een staande man van opzij te zien en een knielende man op de rug, beiden met een monnikspij. Op het bed ligt, half zittend, in vol ornaat een man met een heel erg grote molensteegkraag om, een hoed met pluim aan de linkerkant, een wijduitstaande mantel, met een gedecoreerd kraagje, in ruime plooien vallend en aan de onderkant versierd met strepen. Onder de mantel draagt hij een pak met verticale strepen versierd. Hij draagt laarzen met punten. Zijn voeten vallen naar buiten. Hij heeft een snor en een sik. Hij heeft zijn ogen stijf dicht. Boven hem hangt een crucifix met erboven INRI Aan de rechtermuur hangt opvallend een rechthoekig wit papier. Het zit alleen met de bovenste punten aan de want vastgemaakt. Te lezen valt: 'Exellentisimae Principi Eleonora Borbonae ad aeternam Coniugis Sui memoriam Boëtius A: Bolsvaerd dedicabat.
Praalbed van prins Filips Willem, 1618, Boëtius Adamsz. Bolswert, 1618. Collectie Rijksmuseum.

Gerelateerde berichten