Strijdvaardige familie in het Rampjaar 1672
1672 staat bol van angst, geweld, plundering en de verwoesting van complete dorpen en kastelen. In deze expositie bekijken we het Rampjaar door de ogen van mensen die het hebben meegemaakt: de bewoners van Kasteel Amerongen. Ze verdedigen hun ‘Goet en Bloet’ (hebben en houden) met alles wat ze in zich hebben en belichamen daarmee ook de veerkracht van de nog jonge Republiek Nederland.
Godard Adriaan is een belangrijke diplomaat en verblijft aan het Berlijnse hof om de belangen van de Republiek te behartigen.
Zijn vrouw Margaretha vlucht naar Amsterdam en Den Haag achter de Hollandse Waterlinie. Zo zorgt ervoor dat haar schoondochter en kleinkinderen veilig zijn.
Hun enige zoon Godard vecht aan de zijde van Stadhouder Willem III aan het front, eerst aan de IJssel, dan aan de Hollandse Waterlinie.
Het Huys blijft alleen achter in Amerongen. Zullen vader, moeder en zoon elkaar ooit weer op hun oude, vertrouwde kasteel terug zien?
Vader, moeder en zoon voeren een intensieve briefwisseling, waarin ze elkaar op de hoogte houden van de gebeurtenissen en hun ervaringen. Hun brieven zijn bewaard gebleven en geven een persoonlijk en indringend beeld van een jaar waarin alles lijkt mis te gaan.
‘Mijn liefste hartje, nu de vijand zo snel op ons afkomt, zal het er echt op aan komen’, schrijft Margaretha Turnor aan haar man Godard Adriaan van Reede op 9 juni 1672. Drie dagen later valt het oppermachtige Frankrijk en zijn bondgenoten de kleine Nederlandse Republiek binnen. Het Rampjaar is begonnen.