Ten voeten uit portret van een trotse man met een harnas aan. Hij heeft zijn rechter hand in zijn zij, zijn linker hand leunt op zijn helm met rode en witte veren die naast hem op een tafel ligt. Hij heeft lang pluizig haar, een hoog voorhoofd en een snor.
Een kist op een eenvoudig bruinen onderstel. De voorkant van de kist is opengeklapt en blijf met kettinkjes aan weerszijden ongeveer horizontaal hangen. In de kist ziten allemaal verschillende formaten laadjes. Ze zijn rood en hebben in het midden een lichte knop waar een ruit omheen geschilderd is. Aan de zijkanten zitten handvaten waarmee de kist opgetild kan worden.
Op de voorgrond Lodewijk XIV op een witte schimmel. Op de achtergrond de Rijn die zwart ziet van de ruiters die de Rijn oversteken. Aan de overkant Tolhuis. Vanaf een toren komt nog een verdwaasd rookpluimpje van de verdediging.
Brief van Margaretha Turnor aan haar man
Een man met een vierkant hoofd met lange donkere krullen staat naar rechts gewend. Hij kijkt ons aan met donkere ogen, een rechts neus, een smalle snor en een kneveltje. Om zijn nek draagt hij een witte kanten sjaal. Daaronder een harnas met daaroverheen een blauwe sjerp. Hij heeft witte kanten manchetten.Links op de achtergrond een veldslag, rechts een gordijn. Hij leunt met zijn linker hand op zijn helm met witte veren.

Godard Adriaan van Reede: Op zoek naar bondgenoten
Al vroeg waarschuwt Godard Adriaan dat Nederland militair er niet goed voor staat. Hij ziet tijdens zijn reis naar Berlijn dat de verdedigingswerken in slechte staat verkeren. Ook verneemt hij dat het Franse leger voorbereidingen treft voor een grootse aanval over land. Zijn waarschuwingen vinden in Den Haag maar weinig gehoor.

In 1672 arriveert hij aan het Berlijnse hof van Frederik Willem, keurvorst van Brandenburg (1620-1688). Zijn opdracht is de keurvorst en zijn raadslieden over te halen om Nederland militair te ondersteunen. Dit blijkt een hele opgave te zijn. Het wemelt er van Franse diplomaten die hetzelfde proberen en hij ontvangt vrijwel geen post uit bestuurlijk Den Haag.

Gelukkig stuurt Margaretha hem driemaal per week een brief waarin ze hem uitgebreid informeert over de uitzichtloze situatie in Nederland. Uiteindelijk weet de heer van Amerongen de keurvorst te overtuigen. Later sluit ook de Duitse keizer Leopold I (1640-1705) zich aan bij de Republiek. In september 1672 vertrekt Godard Adriaan met een groot Duits leger richting Nederland.